lezen hoofdstuk 2.2, les 1 en 2

Doel
In jouw eigen woorden kunnen uitleggen wat een tekstverband is
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Doel
In jouw eigen woorden kunnen uitleggen wat een tekstverband is

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning

Start

  • Feit /mening

Kern

  • tekstverband
  • aan de slag

Afsluiting

  • Doel
  • Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Start
FEIT: is werkelijk gebeurt of is werkelijk zo. Dit kun je altijd checken/controleren.

MENING: wat iemand ergens van vindt, deze verschillen vaak per persoon ( standpunt, oordeel, opinie en opvatting)

Schrijf 3 feiten en 3 meningen in je schrift!

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Tekstverbanden

In een goedgeschreven tekst is er verband tussen de woorden, de zinnen en de alinea's.


Lees blz. 60. 

Weet je nu wat tekstverbanden zijn? Nee: zoek dan nog een filmpje online waar het uitgelegd wordt of vraag het aan iemand anders.

Slide 5 - Tekstslide

Herhalen

Je gaat nu de kernbegrippen herhalen van hoofdstuk 1.2 en 2.2

Slide 6 - Tekstslide

Noem 3 signaalwoorden van een tegenstellend tekstverband

Slide 7 - Open vraag

Welk woord hoort niet bij een opsommend tekstverband?
A
verder
B
daarnaast
C
vervolgens
D
ten slotte

Slide 8 - Quizvraag

'Daarentegen' hoort bij welk tekstverband?
A
tegenstellend
B
tijdvolgorde
C
opsommend

Slide 9 - Quizvraag

moeilijke woordenwijzer

Slide 10 - Woordweb

Aan de slag
Jullie gaan nu de volgende opdrachten maken:
7 t/m 10 van hoofdstuk 2.2 ( online op Talent)

Daarnaast moeten jullie de tekstverbanden van blz. 60 leren!

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiting
Kun je nu de kernbegrippen in eigen woorden uitleggen?
Feiten en meningen
moeilijke woordenwijzer
tekstverbanden

Slide 12 - Tekstslide