H3.4 kookpunt en smeltpunt

H3.4 Kookpunt en smeltpunt
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H3.4 Kookpunt en smeltpunt

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.4 Smeltpunt en kookpunt
Water koken:
  1. Kleine belletjes lucht
  2. Grote bellen waterdamp
Smeltpunt en kookpunt
Smeltpunt en kookpunt verlagen:
Zout toevoegen

Slide 2 - Tekstslide

Lesstart 5 min
Elke stof heeft zijn EIGEN smeltpunt en kookpunt
Kookpunt en smeltpunt zijn belangrijke stofeigenschappen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 3a Terugblik & Water koken
3.4 Kookpunt en smeltpunt
Tabel 2 Smeltpunten en kookpunten (stoffen)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Smeltpunt en kookpunt
  • Onder het smeltpunt =
    vaste fase
  • Tussen smelt- en kookpunt = vloeibare fase
  • Boven het kookpunt = gasvormige fase


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kookpunt en smeltpunt

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kookpunt en smeltpunt

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke fase is het water in mist?
A
gasvormige fase
B
vaste fase
C
vloeibare fase

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Water (en andere stoffen) hebben ... fasen
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De belletjes in kokend water bestaan uit
A
lucht
B
CO2
C
waterdamp
D
gas

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je ijsblokjes en water bij elkaar doet heb je ...
A
een mengsel
B
limonade
C
een zuivere stof
D
twee zuivere stoffen

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dauw en mist bestaat uit water in de:
A
vaste fase
B
vloeibare fase
C
gas fase
D
water fase

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN eigenschap van water?
A
doorzichtig
B
geurloos
C
kleurloos
D
brandbaar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het kookpunt van water?
A
0 graden Celsius
B
50 graden Celsius
C
90 graden Celsius
D
100 graden Celsius

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je kan zout in water oplossen

Wat gebeurt er met het vriespunt van water, als je er keukenzout aan toevoegt?
A
Het smeltpunt van het ijs/ruitensproeiervloei-stof is hoger dan 0 °C
B
Het smeltpunt van het ijs/ruitensproeiervloei-stof is lager dan 0 °C

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de faseovergang van water naar ijs?
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Smelten
D
Bevriezen

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke fase van water is dit?
A
Vloeibaar
B
Vast
C
Gas

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de faseovergang van ijs naar water?
A
Bevriezen
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Smelten

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke overgang verandert water in gasvorm?
A
Verdamping
B
Condensatie
C
Bevriezing
D
Smelten

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als het regent, is water in de:
A
vaste toestand
B
vloeibaar toestand
C
gasvormige toestand

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat heeft een grotere dichtheid? Water of olie?
A
Water
B
Olie

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke fase zit water als het mist?
A
vast
B
gas
C
vloeibaar

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies