Quiz ziektebeelden breed; VZ 0-meting

Globale kennis ziektebeelden
     Q                                                             Q
     U                                                             U
      I                                                               I
                                                                  Z
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Globale kennis ziektebeelden
     Q                                                             Q
     U                                                             U
      I                                                               I
                                                                  Z

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de medische naam voor een hartaanval
A
gastro-oesofageale reflux
B
decompensatio cordis
C
myocardinfarct
D
endocarditis

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn twee soorten beroertes (CVA's). Welke twee?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Roken is niet gezond. Noem twee aandoeningen waarbij roken de belangrijkste oorzaak is.

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Alcohol is ook niet gezond. Noem twee aandoeningen waarbij alcoholgebruik een belangrijke risicofactor is.

Slide 7 - Open vraag

- Maagvliesontsteking en maagzweer.
- Hersenbeschadiging: het geheugen gaat achteruit, het denken wordt vertraagd en aanpassing aan nieuwe situaties wordt moeilijker.
- Hoge bloeddruk, hartritmestoornissen en hersenbloedingen.
- Verstoorde afbraakfunctie van de lever dat kan leiden tot leververvetting, leverontsteking en levercirrose.
- Korsakovsyndroom, dit is een vroegtijdige dementie veroorzaakt door alcohol.
- Verhoogde kans op kanker. (mond, keel, slokdarm, lever, maar ook darm en borst)





Stelling: Obstipatie moet je zo snel mogelijk behandelen
A
Ja, met medicatie
B
Ja, maar hoeft niet altijd direct met medicatie
C
Nee, dit hoeft meestal niet

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stelling: Diarree moet je zo snel mogelijk behandelen
A
Ja, met medicatie
B
Ja, maar hoeft niet altijd direct met medicatie
C
Nee, dit hoeft meestal niet

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een aandoening die veel vaker bij vrouwen voorkomt dan bij mannen is 'prolaps'. Wat is een prolaps?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de overeenkomst tussen artritis, hepatitis, appendicitis, meningitis en bronchitis?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Helaas eindigt niet elke ontsteking in het lichaam op '-itis'.
Wat is er ontstoken bij een pneumonie?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wordt elke ontsteking in het lichaam veroorzaakt door een infectie?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef minimaal 2 voorbeelden van ontstekingen in het lichaam die niet veroorzaakt worden door een infectie.

Slide 15 - Open vraag

allergische reacties
auto-immuun (r.a., psoriasis,.....)
zonverbranding
kneuzing
Iemand die psychotisch is kan last hebben van hallucinaties en/of wanen. Wat is het verschil tussen een hallucinatie en een waan?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Laatste vraag: Wat is de medische term voor manisch depressief?
A
Bipolaire stoornis
B
Schizofrenie
C
Borderline persoonlijkheids-stoornis
D
obsessieve-compulsieve stoornis

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies