3 Schuldig of onschuldig

7.4 Schuldig of onschuldig?
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

7.4 Schuldig of onschuldig?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier het rechtsproces in Nederland verloopt.

Slide 2 - Tekstslide

De rechter beslist
Van politie, via officier...naar de rechter!

Slide 3 - Tekstslide

Belangrijkste personen
  1. De verdachte geholpen door een advocaat.
  2. De officier van jusititie die wil bewijzen dat de verdachte schuldig is.
  3. De rechter die beslist of de verdachte schuldig is en wat voor straf hij krijgt.

Slide 4 - Tekstslide

Wie is wie?

  1. Verdachte
  2. Rechter
  3. Advocaat
  4. Getuige(n)
  5. Pers
  6. Publiek
  7. Officier van Justitie
  8. Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek

Slide 5 - Tekstslide


Hoe verloopt 

een rechtszaak?

Slide 6 - Tekstslide


1. 
De opening



Controleren van jouw gegevens

Slide 7 - Tekstslide


2. 
De aanklacht


De officier van justitie leest de aanklacht (=tenlastelegging) voor

Slide 8 - Tekstslide


3.
Het verhoor van de verdachte


Eerst zelf vertellen wat er is gebeurd. Dan ondervragen de rechters, de officier van justitie en je eigen advocaat jou.

Slide 9 - Tekstslide


4.

Het getuigenverhoor



Mensen die iets gehoord of gezien hebben dat met de zaak te 

maken kan hebben. Getuigen mogen niet liegen.

Slide 10 - Tekstslide

5.


De officier van justitie zet na de ondervragingen alles nog even op een rijtje en komt met de strafeis

Slide 11 - Tekstslide


6. 
Het pleidooi



Jouw advocaat gaat jou verdedigen en vraagt om vrijspraak of een lichte straf. Soms doet de verdachte zelf zijn verdediging

Slide 12 - Tekstslide


7. 
Het laatste woord



Als verdachte heb je altijd het laatste woord. Je kunt ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier

Slide 13 - Tekstslide


8. 

De uitspraak



De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Meestal is de uitspraak of het vonnis pas later

Slide 14 - Tekstslide

Van wie is de volgende uitspraak?
"Ik heb het echt niet gedaan"
A
OFFICIER VAN JUSTITIE
B
VERDACHTE
C
RECHTER
D
GETUIGE

Slide 15 - Quizvraag

Van wie is de volgende uitspraak?
"IK HEB HET ZELF GEZIEN!"
A
RECHTER
B
VERDACHTE
C
OFFICIER VAN JUSTITIE
D
GETUIGE

Slide 16 - Quizvraag

Van wie is de volgende uitspraak?
"IK VEROORDEEL DE DADER TOT DRIE JAAR GEVANGENISSTRAF."
A
RECHTER
B
GETUIGE
C
VERDACHTE
D
OFFICIER VAN JUSTITIE

Slide 17 - Quizvraag

Van wie is de volgende uitspraak?
"IK VIND DAT DEZE MEVROUW EEN HOGE STRAF VERDIENT."
A
RECHTER
B
GETUIGE
C
OFFICIER VAN JUSTITIE
D
VERDACHTE

Slide 18 - Quizvraag

Rechter geeft straf
  1. geldboete
  2. (voorwaardelijke) gevangenisstraf
  3. taakstraf

Slide 19 - Tekstslide

TBS (terbeschikkingstelling)
- iemand kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor zijn daad (hij moet behandelt worden in een TBS-kliniek)
Bijvoorbeeld heel agressieve daders of kinderverkrachters

Slide 20 - Tekstslide

SAMENVATTING 7.4 

EEN RECHTSZAAK BEGINT MET EEN                 VAN DE GEGEVENS. ALS ALLES KLOPT, LEEST DE OvJ DE             VOOR. HIERIN STAAT WAAR DE VERDACHTE VAN BESCHULDIGD WORDT. DAARNA WORDEN ER VRAGEN GESTELD. EERSTE AAN DE VERDACHTE EN DAARNA AAN DE                 . NA DE ONDERVRAGING EIST DE OvJ EEN             . DE ADVOCAAT, DIE DE VERDACHTE               , PROBEERT DE RECHTER ERVAN TE OVERTUIGEN DAT EEN LAGERE STRAF BETER IS. UITEINDELIJK BESLIST DE RECHTER OF DE VERDACHTE                  IS. DIE UITSPRAAK NOEM JE HET              .
AANKLACHT
CONTROLE
GETUIGEN
HELPT
SCHULDIG
STRAF
VONNIS

Slide 21 - Sleepvraag

7.5 Hoe pakken we criminelen aan?

Slide 22 - Tekstslide

Doel van straffen 
- Straf moet afschrikken 
- Straffen maakt de samenleving veiliger
- Doel van straffen is ook wraak

Slide 23 - Tekstslide

Welk doel past bij de situatie? 

1. De moeder van een meisje dat ontvoerd was:" ik wil dat de dader nooit meer de kans krijgt zoiets uit te halen."

2. Rechter: "U krijgt een taakstraf van 20 uur. Hopelijk leert u er wat van."

3. Rechter: "Bovendien moet u uw rijbewijs inleveren voor het komende halfjaar. Ik ga ervan uit dat u de volgende keer wel twee keer nadenkt voordat u dronken achter het stuur kruipt."

4. Vader van een jongen diei n elkaar geslagen is:" Ik zou willen dat de dader dezelfde pijn kon voelen als mijn zoon. Dat kan niet. Maar hij gaat wel een tijdje de cel in, gelukkig." 
Wraak
Afschrikking
veiligheid vd samenleving
gedrag verbeteren

Slide 24 - Sleepvraag

criminaliteit verminderen
Rechtse politieke partijen zoals de VVD en PVV, zijn voor repressie: criminaliteit hard aanpakken. 

Linkse partijen zoals GroenLinks, zijn vooral voor preventie: het voorkomen van criminaliteit 

Slide 25 - Tekstslide

Vormen van preventie zijn....

Slide 26 - Open vraag

Samenvatting 7.5 

Er zijn verschillende doelen om te straffen: om mensen af te schrikken, om de samenleving                  te maken en om                    te nemen. De meningen verschillen over de beste manier om criminaliteit te verminderen. 
Rechtse partijen vinden dat je criminaliteit harder aan moet pakken. Zij leggen de nadruk op                      : ze willen langere celstraffen en extra                         .
Linkse partijen zijn vooral voor                     . Zij willen criminaliteit voorkomen door meer toezicht. Ook willen ze jonge criminelenhelpen aan een stageplek of een                    .
Repressie
veiliger
Baan
wraak
agenten
preventie

Slide 27 - Sleepvraag

Het hoofdstuk criminaliteit is af. Zijn er nog dingen uit het hoofdstuk waar je extra uitleg over zou willen?

Slide 28 - Open vraag