4.2 Duitsland wordt een republiek - BUI

TvG- Nooit meer...
4.2 Duitsland wordt een republiek.

Log alvast in Tijd voor Geschiedenis
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

TvG- Nooit meer...
4.2 Duitsland wordt een republiek.

Log alvast in Tijd voor Geschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Toetsbespreking
Introductie: Interbellum
Aantekeningen 4.2.1 Een wankele republiek
Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Ga naar Tijd voor Geschiedenis
Toetsbespreking

Slide 3 - Tekstslide

Terug naar 1918...
De Eerste Wereldoorlog is voorbij
Wat was er ook alweer gebeurd?

Slide 4 - Tekstslide

Duitsland is na WO I opeens van een keizerrijk...
 ...een 'democratie' geworden.
Keizer Wilhelm II leeft als balling in Doorn (NL).

Slide 5 - Tekstslide

Verdrag van Versailles:
Duitsland krijgt de schuld !

  • Herstelbetalingen aan de geallieerden betalen
  • Gebieden afstaan (kolonies, Elzas-Lotharingen)
  • Leger moet klein blijven
  • Geen soldaten in grensgebied met Frankrijk

Slide 6 - Tekstslide

Herstelbetalingen
Duitlsand moet een enorm bedrag betalen aan de geallieerden. Eerst wordt het bedrag tot 1921 vastgesteld op 20 miljard Goudmark. Na 1921 wordt het bedrag verhoogd naar 132 miljard. Ook moest Duitsland in natura betalen aan de zwaarst getroffen landen, waaronder België. Dit deden ze met steenkool en ijzer. 
132 MILJARD!!!
132 miljard Goudmark staat gelijk aan 7 miljoen kilo Goud. 
De goudprijs is op dit moment 56,38 Euro per gram. 7 miljoen kilo goud kost nu dus ongeveer 394 miljard Euro. 

Slide 7 - Tekstslide

Duitsland na de 
Eerste Wereldoorlog 

  • Het vertrouwen in de republiek is laag. Liberalen en sociaaldemocraten willen het als democratie proberen.

  • Extreemlinkse en extreemrechtse groepen proberen juist de macht te grijpen en er is daardoor veel politiek geweld (o.a. moorden op politici)

Slide 8 - Tekstslide

Communisten (extreemlinks) doen een staatsgreep
Spartacusopstand

Slide 9 - Tekstslide

Van Berlijn naar Weimar
Door het geweld op straat in Berlijn verhuist de politiek tijdelijk naar Weimar. Berlijn blijft gewoon de hoofdstad.

Slide 10 - Tekstslide

Weimar
In het plaatsje Weimar werd de grondwet voor de nieuwe republiek getekend. Vanaf dat moment was de Weimarrepubliek een feit

Slide 11 - Tekstslide

De Republiek van Weimar 
1919-1933

Slide 12 - Tekstslide

Problemen in de jonge republiek 1: versnippering 

Slide 13 - Tekstslide

Problemen in de jonge republiek 2: De Dolkstootlegende

  • Rechts vond dat het leger was verraden (Dolkstootlegende).

  • Overgave en schandelijke vrede   door de politieke machthebbers, joden en communisten.

Slide 14 - Tekstslide

De Dolkstootlegende
Veel Duitse burgers geloofden in de dolkstootlegende. Dit houdt in dat de nieuwe regering (van de Weimarrepubliek) er voor heeft gezorgd dat Duitsland de oorlog verloren heeft. De nieuwe regering heeft het leger dus in de rug gestoken, door de wapenstilstand en de Vrede van Versailles te tekenen. Men was niet blij met deze nieuwe regering, want men had in Duitsland het idee dat de oorlog nog gewonnen kon worden.  

Slide 15 - Tekstslide

aan de slag
Lees 4.2.1 Een wankele republiek
Maak opdracht 1a  - 2c
maak de invulsamenvatting

Slide 16 - Tekstslide

Vandaag: vervolg Interbellum
herhaling a.h.v. vragen
uitleg 4.2.2, 4.2.3
Videofragment
uitleg 4.3.1
aan de slag


Slide 17 - Tekstslide

Duitsland heet vanaf 1919:
A
Das Preussische Kaiserreich
B
Der Deutsche Demokratische Republik
C
Bundes Republik Deutschland
D
Weimar Republik

Slide 18 - Quizvraag

Waarom heet het ook alweer de Weimarrepubliek?

Slide 19 - Tekstslide

Beschrijf twee problemen waar de jonge Weimarrepubliek mee te maken krijgt.

Slide 20 - Open vraag

Problemen waar de jonge Weimarrepubliek mee te maken krijgt
- politieke versnippering
- Spartacusopstand
- Dolkstootlegende

Slide 21 - Tekstslide

De Dolkstootlegende is:
A
(onwaar) verhaal dat Duitsland WO I verloor door de nieuwe regering en linkse opstanden.
B
(waar) verhaal dat Duitsland WO I verloor door de nieuwe regering en linkse opstanden.
C
(onwaar) verhaal dat Duitsland WO I verloor door de nieuwe regering en rechtse opstanden.
D
(waar) verhaal dat Duitsland WO I verloor door de nieuwe regering en rechtse opstanden.

Slide 22 - Quizvraag

Bezetting van het 
Ruhrgebied 1923-1924






  • Duitsland kan de herstelbetalingen niet meer opbrengen 
  • Franse troepen bezetten het Ruhrgebied om Duitsland te dwingen
  • De Duitse arbeiders leggen er hun werk neer, maar de overheid betaalt door.
  • Om dit te kunnen doen drukt de overheid bankbiljetten bij. Gevolg: inflatie!


Slide 23 - Tekstslide

Hyperinflatie
Het Duitse geld, de Deutschmark, 
was niks meer waard...

Slide 24 - Tekstslide


Hitler pleegt een staatsgreep
1923



  • Duitse hyperinflatie leidt tot grote onvrede en onrust. 
  • Hitler gebruikt deze chaos en pleegt een staatsgreep. 
  • Deze mislukt en Hitler wordt gearresteerd en gevangengezet. 

Slide 25 - Tekstslide

Hitler en zijn mede-coupplegers

Slide 26 - Tekstslide

Vandaag: vervolg Interbellum
Inleveren en nakijken 4.2
uitleg 4.3.1
Videofragment
aan de slag met 4.3.1


Slide 27 - Tekstslide

Gustav Stresemann onderhandelt het Dawesplan met de Verenigde Staten

Slide 28 - Tekstslide

Hulp voor Duitsland

het Dawesplan

  • Plan van VS om Duitse economie te ondersteunen met leningen (1924).

  • Door Dawesplan ging het weer beter met Duitsland.

  • Door opbloeiende welvaart weer politiek vertrouwen tot 1929.



Slide 29 - Tekstslide

Roaring Twenties
  • In de VS ging het geweldig in de jaren '20. 

  • Veel mensen kochten spullen met een lening. 
  • Ook aandelen 

Slide 30 - Tekstslide

Hoe de VS in crisis raakte
  • Banken hadden veel geld uitgeleend aan bedrijven en mensen

  • Door de crisis kregen ze veel van dat geleende geld niet terug

  • Daardoor gingen ook veel banken failliet

  • Mensen met aandelen verloren het vertrouwen en gingen hun aandelen snel verkopen!

Slide 31 - Tekstslide


Beurskrach
'Black tuesday' 1929



  • De oorzaak voor de economische crisis noemen we de 'beurskrach'
  • De aandelenmarkt stortte in, bedrijven gaan failliet en ontslaan massaal personeel

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Hoe de VS Duitsland meezuigen in de crisis
  • De Amerikaanse economie is sterk vervlochten met die van West-Europese landen, w.o. Engeland en Duitsland
  • Om de eigen problemen op te lossen, moest Duitsland de leningen uit de VS versneld terugbetalen. 

Slide 34 - Tekstslide

In Duitsland stijgt de werkloosheid enorm,
En ook Nederland blijft niet gespaard.

Slide 35 - Tekstslide

Aan de slag
Lees 4.2.2, 4.2.3
Maak 3a t/m 8
Lees 4.3.1
Maak 1a t/m 3


Slide 36 - Tekstslide

Totalitaire samenleving

Slide 37 - Woordweb

In Italie...
Mensen waren ontevreden omdat:
  1. Beloofde gebieden niet gekregen
  2. Economische crisis

Slide 38 - Tekstslide

Mussolini 
  • Veteraan WO1
  • Uitvinder fascisme

Fasces (bundel takken)
die romeinse generaals kregen bij overwinningen

Slide 39 - Tekstslide

Hoe komt hij aan de macht?

1922:  Mars naar Rome, Mussolini minister-president.


1924: De koning wordt afgezet Mussolini wordt Il Duce.

Slide 40 - Tekstslide

Fascisme
  • Eén sterke leider

  • Extreem nationalisme 

  • Geweld is goed, zeker om mensen te laten gehoorzamen.

Slide 41 - Tekstslide

Totalitaire samenleving
  • Een leiderprincipe / een partij
  • Censuur
  • Geweld gebruiken om je doel te bereiken is goed
  • Propaganda
  • Nationalisme

Slide 42 - Tekstslide

Benito Mussolini
Adolf Hitler

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

    Stalin (SU)     Hitler (Dui)   Mussolini (It)

Slide 47 - Tekstslide

De belangrijkste kenmerkende aspecten van dit onderwerp zijn:

- De werking van de totalitaire ideologie van het nationaalsocialisme in de praktijk; 
- Het voeren van twee wereldoorlogen;
- Hoe racisme en discriminatie leidden tot genocide, in het bijzonder op de Joden;
- De Duitse bezetting van Nederland;
- Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens
- De betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering

Slide 48 - Tekstslide