221121 zetpillen vr 1-2

Farmaceutisch rekenen
Rekenen met zetpillen 
Neem voor deze les altijd je rekenmachine mee!
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
FARMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Farmaceutisch rekenen
Rekenen met zetpillen 
Neem voor deze les altijd je rekenmachine mee!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het vulgewicht?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de verdringingsfactor?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de verdringingswaarde?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

verdringingsfactor en -waarde 
  • De verdringingsfactor is de hoeveelheid vet die door 1 gram gnm wordt vervangen.
  • De verdringingswaarde is de daadwerkelijke hoeveelheid vet die door een gnm wordt vervangen:
verdringingswaarde= verdringingsfactor x hoev gnm verdringingswaarde=vf x hoev gnm 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benodigd voor de berekening van zetpillen; 
  • Vulwaarde = vulgewicht = hoeveelheid zetpilbasis per geheel gevulde zetpilvorm. (1,15ml / 2,3ml / 2,8ml) 

  • Verdringingsfactor = een factor dat aangeeft hoeveel gram zetpilbasis verdrongen wordt door 1 gram gnm.  (Zie kennisbank voor tabel.) 

  • Verdringingswaarde = de hoeveelheid zetpilbasis die verdrongen wordt door de benodigde hoeveelheid gnm per zetpil.  
    →  Verdringingswaarde = hoeveelheid geneesmiddel × verdringingsfactor

  • Overmaat = extra aantal zetpillen berekenen → ivm verlies, gieten met kop, laatste twee zetpillen verwerpen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 vraag 1+2 
1. Bereken de verdringingswaarde van de volgende opgaven:
a.200 mg aminofylline, verdringingsfactor 0,65.
b.600 mg zinkoxide, verdringingsfactor 0,25.
c.100 mg cyclizinehydrochloride, verdringingsfactor 0,70.

2. Bereken de benodigde hoeveelheid zetpilbasis per zetpil in mg indien 100 mg chloorpromazinehydrochloride (v.f.  =  0,65) verwerkt wordt in een zetpil met een vulwaarde van 2,07 g.


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul in wat je bij vraag 1 a,b en c hebt berekend.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Hoeveel zetpilbasis zit er in 1 chloorpromazine zetpil?

Slide 10 - Open vraag

Bereken de benodigde hoeveelheid zetpilbasis per zetpil in mg indien 100 mg chloorpromazinehydrochloride (v.f.  =  0,65) verwerkt wordt in een zetpil met een vulwaarde van 2,07 g.
2.Bereken de benodigde hoeveelheid zetpilbasis per zetpil in mg indien 100 mg chloorpromazinehydrochloride (v.f.  =  0,65) verwerkt wordt in een zetpil met een vulwaarde van 2,07 g.
Berekening; 
Hoeveelheid zetpilbasis in 1 zetpil:
hoev vet= vulwaarde - verdringingswaarde
hoev vet= vulwaarde -(vf x hoev gnm) 
Dus in dit geval
2070mg-(0,65x100mg)= 2070mg-65mg=2005mg vet 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel denk je dat de zetpil van vraag 2 zal moeten wegen als je deze zou maken?

Slide 12 - Open vraag

Hoeveelheid vet + hoev gnm= 2005mg+100mg=2105mg 
Maak vraag 3 en 4 
Boek Farmaceutisch rekenen H7.1 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak vraag 3 uit het boek H7.1 
a. Bereken de benodigde hoeveelheid zetpilbasis per zetpil in mg indien 120 mg bismuth subgallas (v.f.  =  0,3) verwerkt wordt in zetpillen met een vulwaarde van 2,61 g.
b. Bereken de benodigde hoeveelheid zetpilbasis in mg per zetpil indien in een zetpil met een vulwaarde van 2.475 mg verwerkt worden: 100 mg bismuthi subnitras (v.f.  =  0,3); 300 mg zinci oxidum (v.f.  =  0,25).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies