Ecologie oefentoets

Leerdoelen
-Je kunt de voedselrelaties van organismen aangeven (een voedselketen opstellen).
- Je kunt uitleggen wat er wordt bedoelt met de volgende begrippen: producent, consument en reducent.
-Je kunt een voedselketen weergeven in een piramide van aantallen en/of biomassa.
- Je kunt de koolstofkringloop beschrijven aan de hand van een afbeelding.
- Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren.
- Je kunt uitleggen wat er wordt bedoelt met de volgende begrippen: individu, populatie, levensgemeenschap, biotoop en ecosysteem.


1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Leerdoelen
-Je kunt de voedselrelaties van organismen aangeven (een voedselketen opstellen).
- Je kunt uitleggen wat er wordt bedoelt met de volgende begrippen: producent, consument en reducent.
-Je kunt een voedselketen weergeven in een piramide van aantallen en/of biomassa.
- Je kunt de koolstofkringloop beschrijven aan de hand van een afbeelding.
- Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren.
- Je kunt uitleggen wat er wordt bedoelt met de volgende begrippen: individu, populatie, levensgemeenschap, biotoop en ecosysteem.


Slide 1 - Tekstslide

In een bos komen veel organismen voor. Vormen alle organismen in een bos samen een biotoop, een ecosysteem, een levensgemeenschap of een populatie?
A
Een biotoop
B
Een ecosysteem
C
Een levensgemeenschap
D
een populatie

Slide 2 - Quizvraag

Langs de slootkant zie je vaak reigers. Een reiger eet allerlei dieren uit de sloot. Vis is het belangrijkste voedsel voor reigers, bijvoorbeeld de baars. De baars leeft van watervlooien, die op hun beurt weer leven van algen.
Welke voedselketen hoort bij de informatie hierboven?
A
reiger --> baars --> alg --> watervlooi
B
reiger --> baars --> watervlooi --> alg
C
alg --> watervlooi --> baars --> reiger
D
watervlooi --> alg --> baars --> reiger

Slide 3 - Quizvraag

In de sloot kun je de volgende voedselketen vinden:
alg --> watervlooi --> baars --> reiger

In de afbeelding is de voedselketen van hierboven weergeven in een piramide van biomassa.

Welke organisme uit de voedselketen worden aangegeven met de laag S?
A
reigers
B
watervlooien
C
baarsen
D
algen

Slide 4 - Quizvraag

In een weiland bestaat een bepaalde voedselketen uit de volgende organismen:
gras --> sprinkhaan --> koekoek --> havik
Deze voedselketen wordt weergegeven in een piramide van aantallen. In welke piramide is de piramide van aantallen op de juiste manier getekend?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 5 - Quizvraag

In een weiland bestaat een bepaalde voedselketen uit de volgende organismen:
gras --> sprinkhaan --> koekoek --> havik
Deze voedselketen wordt weergegeven in een piramide van biomassa. In welke piramide is de piramide van biomassa op de juiste manier getekend?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 6 - Quizvraag

Weet je nog? De fotosynthese kun je schematisch zo samenvatten:
glucose + zuurstof --> koolstofdioxide + water + energie. Juist of onjuist?
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

In de afbeelding is de kringloop van stoffen in een ecosysteem schematische weergeven.
Met nummer 1 wordt een ..... aangegeven.
A
producent
B
consument
C
reducent

Slide 8 - Quizvraag

In de afbeelding is de kringloop van stoffen in een ecosysteem schematische weergeven.
In nummer 1 vindt fotosynthese plaats.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Welke stelling is juist?
1: Producenten nemen organische stoffen op uit hun milieu.
2: Consumenten nemen zowel organische als anorganische stoffen op uit hun milieu.
A
Alleen stelling 1
B
Alleen stelling 2
C
Stelling 1 en 2

Slide 10 - Quizvraag

In de afbeelding is het verband tussen de temperatuur en het aantal individuen van de populatie. Bij welke temperatuur zijn de groei- en voortplantingskansen van deze organisme het grootst?
A
10 graden celsius
B
20 graden celsius
C
30 graden celsius

Slide 11 - Quizvraag

In de afbeelding zie je de koolstofkringloop schematisch weergegeven. Met welke pijlen wordt het proces 'verbranding' aangegeven?
A
5 , 2 , 3
B
1, 2 en 3
C
4, 5, 7
D
3, 6 en 7

Slide 12 - Quizvraag

In de afbeelding zie je de koolstofkringloop schematisch weergegeven. Met welke pijl wordt de fotosynthese aangegeven?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quizvraag

In de afbeelding zie je de koolstofkringloop schematisch weergegeven. Welke organismen worden met de letter A aangegeven?
A
producenten
B
consumenten
C
reducenten

Slide 14 - Quizvraag

Een merel is een vogel die o.a. leeft in parken. Een merel kan worden opgegeten door een kat. Een kat is een roofdier. Is de kat een biotische factor of een abiotische factor voor de merel
A
abiotische factor
B
biotische factor

Slide 15 - Quizvraag

Welke van de volgende organisme(n) zijn producenten? alg, blauwalg, blauwwier, plantaardig plankton, klaproos, tulp, eikenboom.
A
alg, blauwalg, plantaardige plankton
B
klaproos, tulp en eikenboom
C
alg, klaproos, tulp en plantaardig plankton
D
alg, blauwalg, blauwwier, plantaardig plankton, klaproos, tulp en eikenboom

Slide 16 - Quizvraag

In een ecosysteem komen meerdere populaties voor.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag