Muziek les 3

1. Lesopening/Lesdoel               Muziek les 3      
2. Terugblik                                    Theorie les 1 & 2      
3. Instructie                                   Luisteren naar muziek                               
4. Begeleid inoefenen              Uitleg praktische opdr    
5. Zelfstandig werken                Aan de slag     
6. Evaluatie
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Culturele en kunstzinnige vormingVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1. Lesopening/Lesdoel               Muziek les 3      
2. Terugblik                                    Theorie les 1 & 2      
3. Instructie                                   Luisteren naar muziek                               
4. Begeleid inoefenen              Uitleg praktische opdr    
5. Zelfstandig werken                Aan de slag     
6. Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening/Lesdoel
Waar gaan we het over hebben:
  • Muzikale vormgeving
  • Opdracht muziek bij een schilderij plaatsen

Lesdoel:
  • Goed luistern naar toonsoort etc. 
  • Muziek in een andere context plaatsen

Slide 2 - Tekstslide

2. Terugblik 
Waar hebben we het ook al weer over gehad in les 1 & 2?
  • Geschiedenis van de muziek
  • Mening geven over muziek
  • Muziek in een categorie plaatsen

Slide 3 - Tekstslide

3. Instructie
Muzikale vormgeving

TIJD
Toonduur
Tempo (langzaam <-> snel)

GELUID
Toonhoogte, melodie (hoog <-> laag)
Klankkleur (helder <-> donker)
Dynamiek (hard <-> zacht)

Slide 4 - Tekstslide

Toonduur: de tijd / lengte van klanken

Slide 5 - Tekstslide

TEMPO: De snelheid waarmee een muziekstuk uitgevoerd wordt.Wat één tel is wordt aangegeven door de maatsoort (4/4, 3/4 etc.)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Geluid
TOONHOOGTE: de hoogte van klanken, instrumenten of stemmen. Aangegeven door noten op de notenbalk of door akkoordenschema's.

MELODIE: opeenvolging van klanken van verschillende toonhoogte, in een bepaald ritme en als herkenbaar geheel. Vaak opgeschreven in notenschrift op bladmuziek.

Slide 8 - Tekstslide

KLANKKLEUR
De persoonlijke klank van een instrument of stem.
* Strijkers: zachte klanken / afhankelijk van snaren
* Houtblazers: ronde klanken / duidelijk
* Koperblazers: fel / brutaal
* Percussie: hard / maar ook melodieus
* Vocaal: verschillende soorten stemmen / wenbaar

Slide 9 - Tekstslide

DYNAMIEK
Toonsterkte van muziek, waardoor een verschil in karakter en spanning kan ontstaan.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Je krijgt nu 3 verschillende nummers te horen. Luister hierbij goed naar de dynamiek en de klank kleur.
DYNAMIEK: toonsterkte van muziek, waardoor een verschil in karakter en spanning kan ontstaan.
KLANKKLEUR: de persoonlijke klank van een instrument of stem.
WAT HOOR JE?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Wat hoor je als je luistert naar dynamiek en klank kleur?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video

Wat hoor je als je luistert naar dynamiek en klank kleur?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video

Wat hoor je als je luistert naar dynamiek en klank kleur?

Slide 18 - Open vraag

4. Begeleid inoefenen
Zoals eerder besproken kunnen er bepaalde emoties ervaren worden of verhalen verteld worden door muziek. Wat jullie gaan doen is de emoties of het verhaal over een kunstwerk benadrukken.
Je kunt zometeen kiezen uit een aantal verschillende kunstwerken en hier ga je muziek bij zoeken die jij toepasselijk vind. Dit zal geen heel nummer zijn maar fragmenten.Deze nummers ga je daarna bij het schilderij plaatsen.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

De schilderijen 
waaruit jullie
kunnen kiezen.

Slide 21 - Tekstslide

5. Zelfstandigwerken
Stap 1: Kies een kunstwerk uit.
Stap 2: Ga opzoek naar muziek wat jij hier bij vind passen. 
Stap 3: Selecteer fragmenten- Minimaal 5 verschillende nummers/fragmenten- Maximaal 15 verschillende nummers/fragmenten
Stap 4: Maak er een mooi document van in Befunky, Word, Powerpoint of een playlist in Spotify. Stap 5: Inleveren in Kunst uit het Vuistje. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

6. Evaluatie
Welk schilderij heb je gekozen en waarom?

Hoe vond je deze opdracht? (leuk, moeilijk, makkelijk, etc) 

Slide 24 - Tekstslide

*Plusopdracht of Klaaropdracht

Slide 25 - Tekstslide