H3, deeltaak 5.2: Verdieping de Grieken

Inhoud van deze Lesson Up:
  • Terugblik 
  • Achtergrond informatie a: Dyonisia 
  • Achtergrond informatie b: Tragedie en Komedie 
  • Achtergrond informatie c: Koor versus Acteurs 
  • Achtergrond informatie d: De Grote Drie
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Inhoud van deze Lesson Up:
  • Terugblik 
  • Achtergrond informatie a: Dyonisia 
  • Achtergrond informatie b: Tragedie en Komedie 
  • Achtergrond informatie c: Koor versus Acteurs 
  • Achtergrond informatie d: De Grote Drie

Slide 1 - Tekstslide

Deeltaak 5: (het begin van de-) Theatergeschiedenis

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik op introductie LessonUp

In de vorige LessonUp zijn de Grieken geïntroduceerd, de basis van de Westerse beschaving en daarmee ook van het theater. 

Voor de eindopdracht is het de bedoeling dat jullie een bepaald onderdeel van deze theatergeschiedenis gaan presenteren. Op deze verschillende onderwerpen zoomen we tijdens deze LessonUp verder in.

Slide 3 - Tekstslide

de Grieken en theater
Toneel wordt al eeuwenlang gemaakt. Het tragedie wordt sinds de Grieken beschouwd als de belangrijkste toneelsoort. De Grieken bedachten zelfs een aantal regels waar aan een tragedie moest voldoen

Slide 4 - Tekstslide

Wist je dat: 

- In de tijd van de Grieken alleen mannen toneel speelden


- In deze tijd de eerste theaters ontstonden


- Er in deze tijd altijd een koor meedeed in een toneelstuk

Slide 5 - Tekstslide

Onderwerpen:
a.  Dionysos en de Dionysia. Stel Dionysos voor. Het doel van het festival. Wat gebeurde er allemaal? De theaterwedstrijd. 

b. Tragedie en Komedie. Wat is een tragedie? Hoe zit het in elkaar, opbouw. Thema's van de tragedies. Wat was het doel van een tragedie bij het publiek. 

c. Koor versus acteurs: maskers, protagonist/antagonist/tritagonist, spel, koor, mannen, Thespis (eerste acteur ever) 

d.  De grote 3. De belangrijkste tragedie schrijvers: Euripides, Aischylos, Sophocles.  Verschillen en hun belangrijke stukken en thema's. De concurrentiestrijd tussen deze drie schrijvers.

Slide 6 - Tekstslide

Achtergrond informatie a
De Grote Dyonisia:
  • Toneelfestival in Dionysustheater (Athene, 5e eeuw v. Chr.)
  • 5 dagen eind maart (lente / extra publiek)
  • Voor iedereen toegankelijk
  • Wedstrijd
  • Subsidie & sponsoring

Slide 7 - Tekstslide

Aan de voet van de Akropolis
17.000 zitplaatsen (330 v.Chr.)

Slide 8 - Tekstslide

De Grote Dionysia
Organisatie
  • Dag 1         Beeld van Dionysus naar theater

  • Dag 2-4    3 dagen met tragedies
                          Elke dag trilogie + satyrspel van 1 auteur
                          Elke dag afgesloten met 1 komedie

  • Dag 5        Optocht, offers & prijsuitreiking


Slide 9 - Tekstslide

De Grote Dionysia
Toneelstukken
  • 900 tragedies, 300 komedies (5e/4e eeuw)
  • Weinig tot geen reprises (in herhaling nemen van een stuk)
  • Slechts 44 werken van 4 auteurs overgeleverd


       Aeschylos, Sophocles, Euripides     (tragedie)

      Aristophanes                                             (komedie) 


Slide 10 - Tekstslide

Achtergrond informatie, b
De verhalen uit deze tijd waren allemaal gebaseerd op mythes en historische verhalen. 
Dit waren in het begin alleen tragedies waar in hele nare zaken gebeurden. 
Later kwam hier het satyrespel bij. Deze verhalen kwamen in opbouw overeen met tragedies, maar waren vaak een stuk vrolijker.

Slide 11 - Tekstslide

Waaraan denk je aan bij
het genre tragedie?

Slide 12 - Woordweb

Waar komt de term tragedie vandaan?
A
Menselijke ellende
B
Dansgroep
C
Bokkenzang
D
Toneelspeler

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Slide 15 - Link

Tragedies
  • vaak over Griekse mythologie
  • over morele kwesties
  • drie acteurs en koor
  • alleen mannen op toneel
  • muziek (koor en instrumenten)
  • vaste structuur, 1 locatie
  • dood buiten beeld, deus ex machina

Slide 16 - Tekstslide

Opbouw Tragedie
1. Proloog - Informatie over wat vooraf ging.

2. Parodos - Entree van het koor, expositie en het oproepen van de juiste stemming

3. 3 tot 6 episoden waarin de belangrijkste gebeurtenissen plaatsvinden

4. Exodus - Het einde: de spelers en koorleden verlaten het toneel. Meestal is er eenheid van tijd en plaats

Slide 17 - Tekstslide

De Komedie
  • Komos  (feestelijke optocht voor Dionysius)
  • Revue met zang, dans, toneel
  • Woordgrappen, satire, maatschappijkritiek
  • Bizarre kostuums

Slide 18 - Tekstslide

Komedie
Vaste structuur:
  • parados: door 24ledig-koor (vaak gek gekleed en waar het stuk naar vernoemd is). Veel dansen en muziek.
  • agon: woordenwisseling tussen acteurs met fantastische plot elementen en snelle scènewisselingen
  • parabasis: koor spreekt direct tegen het publiek en spreekt als de schrijver. 
  • exodos: koor doet nog een optreden met liederen en dans

Slide 19 - Tekstslide

  • grappig, maar ook kritiek! volkomen absurde situaties
  • gebruikt elementen uit religie, maar niet over mythes
  • tijdens de Dionysia (festival Athene)
  • alleen mannen op het toneel, met maskers en kostuums andere rollen
  • drie acteurs voor alle spreekrollen, de rest is koor (soms als dieren)
  • meerdere rollen en dus snelle veranderingen en herkenbare kostuums en maskers nodig!
  • komedies werden gespeeld in dezelfde theaters als tragedies
  • nog maar 12 bewaard gebleven! (11 van Aristophanes)

Slide 20 - Tekstslide

Opbouw Komedie
1. Proloog - Informatie over wat vooraf ging.

2. Parodos - Entree van het koor, expositie en het oproepen van de juiste stemming

3. Agon - De verdiensten uit de proloog. Het stuk wordt hierbij in tweeën gedeeld: het sociaal/ politiek probleem en de resultaten van de overname van het ideaal.

4. Kosmos - Het einde, er is verzoening van alle figuren.

Slide 21 - Tekstslide

Noem een verschil tussen tragedies en komedies:

Slide 22 - Open vraag

Achtergrondinformatie c
In deze tijd ontstond de eerste vorm van het theater. In eerste instantie waren er nauwelijks acteurs. Alle teksten werden uitgesproken door het koor.
Hier voegde zich later de eerste acteur bij. Deze speler speelde alle rollen en werd ook wel de protagonist genoemd. 
Later werd hier een tegenspeler aan toegevoegd. Deze werd de antagonist genoemd. Dit was vaak de anti-held van het stuk.
Als laatste voegde men hier de derde acteur aan toe. Hij werd de tritagonist genoemd en speelde een bemiddelende rol tussen de eerste en tweede acteur.

Slide 23 - Tekstslide

Er waren dus maar drie acteurs, hoewel ze wel meerdere rollen speelden. Met behulp van maskers konden de acteurs dit duidelijk maken aan het publiek. Daarbij mochten alleen mannen spelen in het theater. De maskers werden dus ook gebruikt om vrouwenrollen aan te duiden.

Slide 24 - Tekstslide

Achtergrondinformatie d
De grote drie

Slide 25 - Tekstslide

Slag bij Salamis (480)
Aeschylus vocht in deze beroemde zeeslag tegen de Perzen mee, Sophocles zong als jongeman in het overwinningskoor en Euripides zou op de dag van deze strijd geboren zijn…

Slide 26 - Tekstslide

Aeschylos (525-456)
  • 90 tragedies
  • 7 over (trilogie Oresteia)
  • Uitheemse kostuums/dans
  • 2 acteurs, grote rol koor
  • Geen toeval, maar invloed
      van goddelijke gerechtigheid


Slide 27 - Tekstslide

Sophocles (495-406)
  • 123 stukken
  • 7 tragedies overgebleven
  • 24x eerste prijs
  • Introductie 3e acteur
  • Koor heeft commentaarfunctie
  • Aandacht voor karakter van
     personages

Slide 28 - Tekstslide

Euripides (480-406)
  • 92 tragedies
  • 18 overgeleverd
  • Slechts 5x eerste prijs
  • Griekse Verlichting (na Salamis)
  • Grote nadruk op psychologie van
      de personages (vrouwen)

     -->  de mens is verantwoordelijk

Slide 29 - Tekstslide

Euripides
  • geboren in Salamis rond 480 v. C.
  • goede opleiding
  • schreef vaak vanuit grot
  • 2x ongelukkig getrouwd
  • won 5x eerste prijs op Dionysia
  • schreef meer dan 90 stukken, maar 19 bewaard
  • modernere thema's; meer psychologische stukken

Slide 30 - Tekstslide

Samenvatting:
  • De bekendste 3 tragedieschrijvers
  • Aeschylus: 90 geschreven, 7 bewaard (2 acteurs en koor in stuk. Koor betrokken) bekendste werk: Oresteia (trilogie, Agamemnon is deel 1)
  • Sophocles: 123 geschreven, 7 bewaard (3 acteurs en koor. Koor geeft commentaar) bekendste werken: Oedipus, Antigone
  • Euripides: 92 geschreven, 18 bewaard (meer psychologische stukken) bekendste werken: Medea, Elektra

Slide 31 - Tekstslide