Week 51 werkwoordspelling

Pak je spullen en je leesboek en ga lezen.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pak je spullen en je leesboek en ga lezen.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Tegenwoordige tijd
Ik
Hij
Wij
word
worden
wordt

Slide 10 - Sleepvraag

Onderwerp
Onderwerp
Ik
Wij
Jij
Jullie
Hij, zij, het
Zij
Tegenwoordige tijd
Infinitief
Infinitief
Infinitief
Stam+t
Stam+t
Stam

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

stam + t
stam
hele werkwoord
stam + te(n) /stam + de (n)
klinkerverandering
hij, zij, het (tegenwoordige tijd)
ik 
je/jij erachter               (tegenwoordige tijd)
gebiedende wijs
meervoud tegenwoordige tijd (wij en zij)
sterke werkwoorden verleden tijd
persoonsvorm verleden tijd
zwakke werkwoorden

Slide 18 - Sleepvraag

tegenwoordige tijd
verleden tijd 
vlogen
verrassen
begrijpen
kuste
zit
krabde
slaagde
maakt
zongen
sprinten
verbaasde
eten

Slide 19 - Sleepvraag

tegenwoordige tijd
verleden tijd
Ik loop.
Wij sliepen.
Job zaagt.
Vera loog.
Het waaide.
U wenst.

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide