HC Verlichting, deel I

HC Verlichting

De Verlichting in theorie en praktijk
(1650-1900)
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

HC Verlichting

De Verlichting in theorie en praktijk
(1650-1900)

Slide 1 - Tekstslide

Rationalisme
Empirisme
Wetenschappelijke revolutie
Renaissance
en humanisme
Ontdekkings-reizen
Technische vooruitgang
17e eeuw
16e eeuw
15e eeuw

Slide 2 - Tekstslide

De Verlichting
18e eeuw

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De Verlichting
  • Kennis en rationaliteit brengen de mensheid verder. 
  • Kennis leidt tot verdraagzaamheid en gelijkheid; 
  • De gehele samenleving is maakbaar: (rationeel) optimisme.



Slide 6 - Tekstslide

De Verlichting
  • Kennis en rationaliteit brengen de mensheid verder. 
  • Kennis leidt tot verdraagzaamheid en gelijkheid; 
  • De gehele samenleving is maakbaar: (rationeel) optimisme.



Rationeel optimisme 

Slide 7 - Tekstslide

De Verlichting
  • Kennis en rationaliteit brengen de mensheid verder. 
  • Kennis leidt tot verdraagzaamheid en gelijkheid; 
  • De gehele samenleving is maakbaar: (rationeel) optimisme.



Rationeel optimisme en een 'verlicht denken' dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
        

Slide 8 - Tekstslide

De Verlichting
  • Kennis en rationaliteit brengen de mensheid verder. 
  • Kennis leidt tot verdraagzaamheid en gelijkheid; 
  • De gehele samenleving is maakbaar: (rationeel) optimisme.



Rationeel optimisme en een 'verlicht denken' dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
        - godsdienst, 
        - politiek, 
        - economie 
        - sociale verhoudingen 

Slide 9 - Tekstslide

De Verlichting over de godsdienst
  • Godsdienst is een zaak van het individu (en dus niet van de staat). 
  • Dus:  scheiding van kerk en staat
  • Vrijheid en tolerantie zijn de belangrijkste waarden.

Slide 10 - Tekstslide

De Verlichting over de maatschappij

Slide 11 - Tekstslide

De Verlichting over de maatschappij
Sociale verhoudingen

Slide 12 - Tekstslide

De Verlichting over de maatschappij
  • Problemen komen niet uit de mens zelf, maar uit de samenleving waarin hij leeft (onderdrukking, ongelijkheid);
  • Die samenleving is maakbaar
  • De mens is van nature goed en wordt geboren als een 'tabula rasa', een onbeschreven blad.
  • Onderwijs is de oplossing voor alle maatschappelijke problemen -mits zonder dwang en drang.
Sociale verhoudingen

Slide 13 - Tekstslide

De Verlichting over de economie
  • De 'onzichtbare hand' van vraag en aanbod zal leiden tot algemene welvaart;
  • Tegen mercantilisme, voor een vrije markt: ondernemers moeten zich kunnen laten leiden door rationeel eigenbelang

Slide 14 - Tekstslide

De Verlichting over politiek & bestuur
Vóór de Verlichting: 
Droit Divin (goddelijk recht); de vorst hoeft zich tegenover niemand te verantwoorden, alleen tegenover god.

In de Verlichting:
- John Locke 
- Jean Jacques Rousseau
- Montesquieu


Slide 15 - Tekstslide

De Verlichting over politiek & bestuur
  • Alle mensen zijn vrij en gelijk geboren ('tabula rasa') en hebben natuurrechten; (John Locke)
  • Tussen burgers en overheid moet een sociaal contract worden gesloten: burgers leveren een deel van hun macht (het geweldsmonopolie) in, in ruil voor bescherming. 
  • Een onrechtvaardig bestuur (tirannie) mag door burgers worden afgezet.
  • De 'algemene wil' van het volk -volkssoevereiniteit- betekent directe democratie (Rousseau) of indirecte democratie (Montesquieu)
  • In een staat dienen de machten gescheiden te zijn: TRIAS POLITICA van wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

De Verlichting over politiek & bestuur
  • Alle mensen zijn vrij en gelijk geboren ('tabula rasa') en hebben natuurrechten; (John Locke)
  • Tussen burgers en overheid moet een sociaal contract worden gesloten: burgers leveren een deel van hun macht in (het geweldsmonopolie) in ruil voor bescherming. 
  • Een onrechtvaardig bestuur (tirannie) mag door burgers worden afgezet.
  • De 'algemene wil' van het volk -volkssoevereiniteit- betekent directe democratie (Rousseau) of indirecte democratie (Montesquieu)
  • In een staat dienen de machten gescheiden te zijn: TRIAS POLITICA van wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Sleepvraag

Slide 23 - Sleepvraag

Welk Verlichtingsideaal hoort vooral bij het afschaffen van de standenmaatschappij?
A
vrijheid
B
gelijkheid
C
broederschap
D
wetenschap

Slide 24 - Quizvraag


A
voorstander vd standenmaatschappij
B
tegenstander vd standenmaatschappij

Slide 25 - Quizvraag

Alle verlichte denkers waren atheïsten.
Waar 
Niet waar
Volgens de verlichting moest de onwetendheid licht brengen in de duisternis van de rede.
Verlichte denkers wilden alles met hun gevoel begrijpen.
De verlichting was een gevolg van de wetenschappelijke revolutie in de 17e eeuw.
De verlichting ontstond in westerse landen.
Verlichte denkers vonden dat God niet meer moest ingrijpen in het leven.

Slide 26 - Sleepvraag

Slide 27 - Tekstslide