Fase 2, periode 2, les 5 accentwoorden-tremawoorden aaneenschrijven tussenklanken bezit-s STARTER

Fase 2 
accentwoorden - tremawoorden 
aaneenschrijven en tussenklanken 
bezit-s
starter en gevorderd
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Fase 2 
accentwoorden - tremawoorden 
aaneenschrijven en tussenklanken 
bezit-s
starter en gevorderd

Slide 1 - Tekstslide

In deze les
  • Uitleg en oefeningen accentwoorden - tremawoorden 
  • Uitleg en oefeningen aaneenschrijven en tussenklanken 
  • Uitleg en oefeningen bezit-s
  • Actieve werkvorm bezit-s

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

trema meervoud
Klemtoon op de laatste klank? Schrijf een extra 'e' aan het einde
Om aan te geven dat je de letter apart uitspreekt
knie -> knieën
zee -> zeeën 

Klemtoon ergens anders? 
bacterie -> bacteriën
porie -> poriën 

Slide 4 - Tekstslide

accent
  • Lang /
café, privé
  • Kort \
scène, crème, ampère
  • Klemtoon
Ik wil dát boek hebben!

Slide 5 - Tekstslide

Welk woord is goed geschreven?
A
café
B
cafè

Slide 6 - Quizvraag

Wat is goed geschreven?
A
feëriek
B
fe-eriek
C
fëeriek

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
anti-aanbaklaag
B
antiaanbaklaag

Slide 8 - Quizvraag

Wat is goed geschreven?
A
financiëel
B
financieel

Slide 9 - Quizvraag


A
afvloeiïngsregeling
B
afvloeiingsregeling

Slide 10 - Quizvraag

Welke is correct geschreven?
A
comediënne
B
comédienne
C
comédiënne

Slide 11 - Quizvraag

Zelfstandig aan het werk met de opdrachten week 5
Ronny
Mauro van Wezep
Romy
Sharissa
Joël
Thijs
Jorinde
Luuk

Slide 12 - Tekstslide

aaneenschrijven
  • Basisregel: Schrijf zoveel mogelijk aaneen!
    bijvoorbeeld samenstellingen:
oplaadkabel, badkamerdeur, driesterrenrestaurant

Behalve bij klinkerbotsingen:
Autoongeluk, lenteui, galaavond
Of bij de voorvoegsels niet-, non-, oud-, ex-:
niet-drinkers, non-alcoholisch, oud-Ajacied, ex-echtgenoot

Slide 13 - Tekstslide

koppelteken
Of als een deel van de samenstelling bestaat uit een naam, letters, cijfers of tekens: 

het kabinet-Rutte, de mbo-student, 32-urige werkweek, A4-papier, 
het #-teken

Slide 14 - Tekstslide

koppelteken
  • in samengestelde aardrijkskundige namen en afleidingen daarvan: 
Midden-Oosten, Latijns-Amerika, West-Europese
  • in vaste combinaties:
kant-en-klaarmaaltijd, doe-het-zelfzaak
Je kunt me het heen-en-weer krijgen!

Slide 15 - Tekstslide

top 50 liedje

Slide 16 - Woordweb

goed
fout
radioactief
drieeenheid
alineaindeling
xtc-pil
zondagrust
radio-interview

Slide 17 - Sleepvraag

A 4 formaat

Slide 18 - Woordweb

goed
fout
politieauto
slaemmer
maximumsnelheid
groentenschotel
binnenzak
vakantie-oord

Slide 19 - Sleepvraag

bezits-s 
  • 's na een a, o, i, u, y 
Danny's auto, Otto's jas, Ferdi's fiets, Anna's laptop

  • 's na een afkorting, initiaal of cijfer
ABN's rente, M's rol, Willem II's overwinning, R2D2's geluiden


Slide 20 - Tekstslide

bezits-s 
  • eindigt op een s-klank: geen extra s maar wel een '
Bas' fiets, Max' vriendin, Niels' motor, Jonas' hond

  • geen ' maar wel een s aan vastplakken
Sannes huis, Jeroens vriend, Brams hulp
Milous kamer, Leonies gitaar


Slide 21 - Tekstslide

De jas van Anna.
A
Anna's jas
B
Annas jas
C
Annas' jas

Slide 22 - Quizvraag

De fiets van Jos.
A
Jos' fiets
B
Jos's fiets
C
Jos fiets

Slide 23 - Quizvraag

De rente van ABN.
A
ABNs rente
B
ABN's rente
C
ABNs' rente

Slide 24 - Quizvraag

goed
fout
Onno's jas
Sanne's kind
Debbys hond
Kims neus
Max' verjaardag

Slide 25 - Sleepvraag

goed
fout
Jelmers tas
Anna's vriend
Bas's scooter
Ellen's foto
Niels' moeder

Slide 26 - Sleepvraag

actieve werkvorm
In tweetallen
Zoek de goed geschreven bezit-s woorden. 
Leg ze apart en tel de cijfers op de achterkant bij elkaar op. 

Klaar? Laat het getal op je telefoon zien aan mij. 
Goed? Top! Maak weer een stapel van de kaartjes en lever in. 
Fout? Wat klopt er niet? Bekijk de woorden nog een keer. 


Slide 27 - Tekstslide

StartTaal les 5
3F Taalverzorging | Spelling | Accentwoorden - tremawoorden
oefening 1 starter
oefening 1,2,3 gevorderd
3F Taalverzorging | Spelling | Aaneenschrijven en tussenklanken
oefening 1
oefening 1,2,3 gevorderd
3F Taalverzorging | Spelling | Bezit-s
oefening 1
oefening 1,2,3 gevorderd

Slide 28 - Tekstslide