V5 Latijn 10 oktober 2025

V5 Latijn 
10 oktober 2025
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

V5 Latijn 
10 oktober 2025

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
SO vraag 8
Homerische vergelijking
Weektaak: vertalen t/m v. 137

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

SO vraag 8
Afbeelding niet goed zichtbaar, vraag kon daardoor niet goed gemaakt worden. 
Keuze:
  • Laten zitten, vraag telt niet mee (max 18 pt ipv 20)
  • Opnieuw maken, met kans op bonuspunt. (max 20 pt + 1)


Slide 4 - Tekstslide

Keuze
Laten zitten, vraag telt niet mee (max 18 pt ipv 20)
  • Werken aan de weektaak
  • Mag ook na afloop beslissen

Opnieuw maken, met bonuspunt. (max 20 pt + 1)
  • je hebt ca. 6 minuten.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Weektaak

Slide 7 - Tekstslide

Beeldspraak
Beeldspraak is figuurlijk taalgebruik. Je bedoelt niet letterlijk wat je zegt, maar gebruikt beelden om iets sterker uit te drukken. 
Korte herhaling: 
de vergelijking, de metafoor en de personificatie.

Slide 8 - Tekstslide

HH. Beeld, afgebeelde & tertium comparationis
Francesco is een varken
Beeld: varken
Afgebeelde: Francesco
tertium comparationis (punt van vergelijking): Fr. is vies

Slide 9 - Tekstslide

"De jongen die een tien had gehaald was zo trots als een pauw."
Wat is hier het beeld?
A
De jongen
B
een pauw
C
een tien
D
trots

Slide 10 - Quizvraag

"Het 'neuzen' van eskimo's is al zo oud als de weg naar Rome."
Wat is hier het afgebeelde?
A
Het 'neuzen' van eskimo's
B
de weg naar Rome
C
ouderdom van de weg naar Rome
D
eskimo's

Slide 11 - Quizvraag

De metafoor
De metafoor is uiteraard ook een vorm van beeldspraak. 
Hij lijkt ook een beetje op de vergelijking, maar het object ontbreekt hierbij: alleen het beeld wordt genoemd. Spreekwoorden en veel vaste uitdrukkingen
zijn metaforen. Denk bijvoorbeeld aan: 
'De appel valt nooit ver van de boom.' 

Slide 12 - Tekstslide

Welke zin bevat een metafoor?
A
Jouw ogen zijn als sterren.
B
Wat een boom van een kerel.
C
Als het kalf verdronken is, dempt men de put.
D
Dat meisje lijkt wel een prinses, zo elegant!

Slide 13 - Quizvraag

"Wie de schoen past, trekke hem aan."
Is dit een metafoor of een vergelijking?
A
metafoor
B
vergelijking

Slide 14 - Quizvraag

"Dat oude dametje is zo mager als een lat." Is dit een metafoor of een vergelijking?
A
metafoor
B
vergelijking

Slide 15 - Quizvraag

Homerische vergelijking
Een homerische vergelijking is een vergelijking die wordt uitgewerkt met allerlei bijzonderheden. De homerische vergelijking dankt haar naam aan Homerus, de dichter van de Ilias en de Odyssee, waarin dit type vergelijking veel voorkomt.

Hij smurfte zoals een x smurft die blablablabla bla bla en bla bla...bla bla
Zo smurfte hij, toen ....

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeelden van een homerische vergelijking
Zoals in het begin van de lente Apollo voortgaat over de bergruggen bij het eiland Delos en de reidansen opnieuw instudeert, zo ging Aenas zelf.

zoals de zon in mei,
de warme zomerdag in juni,
en de stranddag in juli,
zo heb ik graag een vrije dag.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video