Grammatica blok 1 week 36

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Grammatica blok 1

Afspraken

Werken digitaal, heb je de groepscode al ingevuld ?

Score telt mee voor de toets.

Grammatica,spelling,over taal en lezen bepaalt de helft van het cijfer, de bloktoets is de andere helft. 

Wat gaan we    behandelen ?

Persoonsvorm

Werkwoordelijk gezegde

Onderwerp

pv, heel ww, het vdw

Korte uitleg

Werkwoorden zijn woorden die je kunt doen.

Er zijn verschillende vormen. Een ervan is de pv, deze kun je in de tt zetten en in de vt.

Wil je de pv weten dan doe je de tijdsproef

Voorbeeld

Wie had mij vanmorgen gebeld ? Deze zin staat in de VT. Nu schrijf ik hem in de TT. Ik doe de tijdsproef.

Wie heeft mij vanmorgen gebeld ? Je ziet dat het woordje had verandert in heeft. Had/heeft is dus je PV

even oefenen

De politie werkt ook met paarden.

Deden jullie flink je best ?

De verf is door de schilder flink verdund.

Dat had ik niet verwacht.

En nu jullie : Maak opdracht 1, 2 en 3

Het wwg en het ond.

Alle werkwoordsvormen in een zin noem je het werkwoordelijk gezegde (wwg).

Om het onderwerp in de zin te vinden doe je de vraag :

wie/wat + het wwg.

Even een paar zinnen.

De gitarist heeft haar instrument gestemd.

Daan heeft mij een leuke verjaardagskaart gestuurd.

Ik zal je straks helpen.

Johnny moest de auto wassen.

Maak opdracht 4. 5 en 6 

De werkwoordsvormen

Je hebt er drie :

De persoonsvorm, het hele werkwoord en het voltooid deelwoord.

Manuela lakt haar teennagels.

Manuela zal haat teennagels lakken.

Manuela heeft haar teennagels gelakt.

Even oefenen

Ik zal mijn tas inpakken.

We hebben een doelpunt gemaakt.

De fietsenmaker zou mijn band plakken.

Benoem de werkwoordsvormen.

Maak nu grammatica blok 1 helemaal af.