§5.2 Gevolgen voor herkomstgebieden

Wat is braindrain?
A. Verschijnsel waarbij hoogopgeleide een land verlaten voor een hoger salaris elders & beter werk te kunnen vinden.

B. Verschijnsel waardoor scholen en universiteiten moeten sluiten, met als gevolg dat de bevolking daalt in opleidingsniveau.

C. Verschijnsel waar door economische groei in een land, meer mensen gaan studeren en het opleidingsniveau toeneemt. 

D. Verschijnsel waar het vertrek van arbeidsmigranten ervoor zorgt dat er te weinig arbeiders zijn & te veel hoogopgeleide mensen. 
timer
1:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat is braindrain?
A. Verschijnsel waarbij hoogopgeleide een land verlaten voor een hoger salaris elders & beter werk te kunnen vinden.

B. Verschijnsel waardoor scholen en universiteiten moeten sluiten, met als gevolg dat de bevolking daalt in opleidingsniveau.

C. Verschijnsel waar door economische groei in een land, meer mensen gaan studeren en het opleidingsniveau toeneemt. 

D. Verschijnsel waar het vertrek van arbeidsmigranten ervoor zorgt dat er te weinig arbeiders zijn & te veel hoogopgeleide mensen. 
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn migratienetwerken?


A. Routes die migranten afleggen naar hun bestemmingsgebied.
B. De relaties die thuisblijvers en migranten met elkaar onderhouden.
C. Geldstromen tussen migranten en thuisblijvers.
D. Het laten overkomen van een partner uit het herkomstgebied door een vrijgezelle migrant.

timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Migratienetwerken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is braindrain?
A
Hoogopgeleiden vertrekken voor functie elders.
B
Daling opleidingsniveau door sluiten scholen
C
Door economische groei, stijging opleidingsniveau
D
Te weinig arbeiders, te veel hoogopgeleiden

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les.. 
.. kun je uitleggen waarom welvaartsgroei in de herkomstgebieden eerst leidt tot meer migratie, daarna tot minder migratie en uiteindelijk soms tot retourmigratie en immigratie.

.. kun je het push-pull model van Lee uitleggen d.mv. een tekening in je schrift 

.. kun je economische en demografische gevolgen noemen van migratie voor het herkomstgebied

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe gaan we dat doen? 
  • Korte uitleg
  • Aan de slag! 
  • Afsluiter 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Teken mee! 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geldzendingen 
''Remittances'' 
Jonge mannen 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Controlevraag 
Noem een demografisch gevolg van arbeidsmigratie voor de bevolkingssamenstelling van Gambia. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 

Maak de opdrachten van §5.2 

Tevens het huiswerk 
timer
11:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiter
Schrijf een korte samenvatting van de les in je schrift. 
timer
3:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiter 
Leg uit waarom welvaartsgroei in de herkomstgebieden eerst leidt tot meer migratie, daarna tot minder migratie en uiteindelijk soms tot retourmigratie en immigratie.

Tip 
Schrijf in stappen/fases van 3

Slide 18 - Tekstslide

Meer migratie in het begin:
Een arm land groeit een beetje in welvaart. Mensen willen wel weg (aspiratie), maar kunnen niet. Met een beetje geld krijgen ze die mogelijkheden wel. Gevolg: meer migratie.

Minder migratie later:
Het land wordt steeds welvarender. Er zijn goede banen en een fijn leven. De wens om te vertrekken (aspiratie) neemt af. Gevolg: minder migratie.

Uiteindelijk retour- en immigratie:
Wordt het land écht rijk? Dan komen mensen terug (retourmigratie) of komen er juist nieuwe mensen naartoe (immigratie).