herhaling lezen H4 + kijk- en luisteraardigheden

Goedemorgen klas 2A

Vandaag...
- kijk- en luistervaardigheden!

Leg je opdrachten van Smiley op de hoek van de tafel.
Maak de startopdracht in stilte.





timer
10:00
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen klas 2A

Vandaag...
- kijk- en luistervaardigheden!

Leg je opdrachten van Smiley op de hoek van de tafel.
Maak de startopdracht in stilte.





timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel: ik heb geoefend met kijk- en luistervaardigheden.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag

  • Herhaling lezen                         10 min           
  • Nakijken                                      10 min
  • Je zal het maar hebben  + quiz 40 min

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat was het verschil tussen een feit, mening en argument?
Kan je een voorbeeld noemen?
Feit, mening en argument.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pak je wisbordje!

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Gebruik de bron.
Tegenwoordig vinden sommige mensen dat de vrouw een collaborateur was, anderen vinden van niet.  
➤ Geef voor beide meningen een argument.
Doe het zo:
De vrouw was een collaborateur, omdat ... (geef een argument). De vrouw was géén collaborateur, omdat ... (geef een argument).

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het argument of zijn de argumenten?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Pak een andere kleur pen erbij!!!
Nakijken

Slide 8 - Tekstslide

Uitleg:
Een voegwoord ‘voegt’ of ‘metselt', woorden maar vooral zinnen (zinsdelen) aan elkaar.
Voegwoorden kun je vaak herkennen door de komma die ervoor staat, maar die hoeft er niet altijd te staan.
Nakijken

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg:
Een voegwoord ‘voegt’ of ‘metselt', woorden maar vooral zinnen (zinsdelen) aan elkaar.
Voegwoorden kun je vaak herkennen door de komma die ervoor staat, maar die hoeft er niet altijd te staan.
Nakijken

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg:
Een voegwoord ‘voegt’ of ‘metselt', woorden maar vooral zinnen (zinsdelen) aan elkaar.
Voegwoorden kun je vaak herkennen door de komma die ervoor staat, maar die hoeft er niet altijd te staan.
Je zou het maar hebben+ quiz
We gaan kijk- en luistervaardigheden oefenen m.b.v: je zou het maar hebben.
Maak tijdens het kijken aantekeningen van dingen die belangrijk zijn!

Alle vragen goed --> drie extra pluspunten!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies