1. De kandidaat legt uit wie hij is en wat hij studeert. Inhoudelijk komt dit overeen met:
Ik ben [naam kandidaat] en studeer Industrieel Product Ontwerpen (aan de Haagse Hogeschool).
2. De kandidaat legt uit waarom hij schrijft, bv.
- Ik wil liever stage lopen.
- Ik weet dat ik in principe een keuzevak moet kiezen, maar zou het mogelijk zijn om in plaats daarvan stage te lopen?
- …