LES 9: Architectuur

LES 9: ARCHITECTUUR
                              Moderne vs Postmodern 

Modern gebouw
Le Corbusier, Villa savoye
Poissy, Frankrijk
 1928-1931
Postmodern gebouw
Inntel Hotel Zaandam 
2010 
Vanaf jaren '70 van 
de 20e eeuw
1e helft 20e eeuw
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

LES 9: ARCHITECTUUR
                              Moderne vs Postmodern 

Modern gebouw
Le Corbusier, Villa savoye
Poissy, Frankrijk
 1928-1931
Postmodern gebouw
Inntel Hotel Zaandam 
2010 
Vanaf jaren '70 van 
de 20e eeuw
1e helft 20e eeuw

Slide 1 - Tekstslide

UITLEG VAN DE LES
 Deze les bestaat uit uitlegslides, filmpjes en vragen. Uitleg slides zijn geel en vragen zijn zijn blauw. Antwoorden die je geeft zijn zichtbaar voor mij. Zo kan ik goed in de gaten houden of je het snapt en kan ik bij het nabespreken hierop ingaan. 
Soms zie je een oogje naast een tekst of plaatje staan. Deze geeft je extra info, het is de bedoeling dat je deze goed leest. Klik er maar eens op.

Het maken van deze les kost je 30 - 45 minuten. SUCCES
Hier vind je extra info of uitleg over/bij een afbeelding of tekst

Slide 2 - Tekstslide

LEERDOELEN
  1. Kennis maken met moderne en postmoderne architectuur
  2. Het leren kennen en herkennen van de belangrijkste kenmerken van moderne en postmoderne architectuur
  3.  Verschillen kunnen benoemen tussen moderne en postmoderne architectuur
Deze les bespreken we volgende week na. Kom je dingen tyegen die je niet snapt maak daarvan een notitie.

Slide 3 - Tekstslide

Vóór het modernisme

                  We zappen even terug in de tijd. 
Laten we nog eens kijken naar de Renaissance. Weet je nog hoe er toen gebouwd werd?
Palazzo van Cosimo de Medici 
1444
Herhaling

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je nog over de bouwkunst in de Renaisaance? Beschrijf deze kort hieronder.

Slide 5 - Open vraag

Begin 20e eeuw
 We zappen nu even vooruit en gaan door naar de moderne tijd aan het begin van de 2Oe eeuw. 

Jullie hebben de afgelopen periode al veel geleerd over deze tijd. Wat weet je nog over deze periode? Noteer in de volgende slide zoveel mogelijk kenmerken van deze tijd.
Herhaling

Slide 6 - Tekstslide

Wat weet je nog over de moderne tijd. Noteer minimaal 3 kenmerken.

Slide 7 - Woordweb

Moderne bouwkunst
Deze kenmerken zijn van grote invloed geweest op de kunst en cultuur en dus ook op de bouwkunst en vormgeving.
Aan de hand van een filmpje  neem ik jullie deze les mee naar de bouwkunst in de moderne tijd. 

Bekijk het eerste deel van het filmpje op de volgende pagina (filmpje stopt vanzelf) en kijk VOORAL goed naar wat je ziet, dus hoe de gebouwen die er voorbij komen uitzien. Heel anders dan de gebouwen uit de Renaissance of Barok!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is je opgevallen aan de vormen en materialen, van de moderne gebouwen, die je in dit filmpje gezien hebt? Noteer zoveel mogelijk kenmerken.

Slide 10 - Woordweb

Als je kenmerken als rechte vormen, hoeking, strak, veel glas, staal en beton en weinig kleur hebt opgeschreven dan heb je het goed. 

Maar waarom werd er begin 20e eeuw op deze manier gebouwd?

Bekijk hiervoor het volgende stukje van het filmpje op de volgende slide.
Kenmerken modern
 bouwen
Van Nellefabriek Rotterdam
1927 - 1930

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Kenmerken materiaal en constructie
Je weet nu al iets meer over moderne bouwkunst. 
Kun je nu de belangrijkste kenmerken, wat betreft materiaal en constructie, van het moderne bouwen, op de volgende pagina naar de juiste plek slepen?
Materiaal
Waarmee het gebouw gebouwd is: steen, hout, beton, staal, ....
Constructie
De constructie is het dragende deel van een bouwwerk, bijvoorbeeld de betonconstructie (het betonnen skelet) van een gebouw of de staalconstructie. Dus eigenlijk hoe het gebouw in elkaargezet is.

Slide 13 - Tekstslide

Moderne bouw- materialen
Klassieke bouw- materialen
Moderne constructie (technieken)
Klassieke constructie (technieken)
Beton
Hout
Steen
Skeletbouw
Staal
Glas
Kleine ramen
Grote ramen
Constructie zichtbaar
Constructie weggewerkt
Dragende muren

Slide 14 - Sleepvraag

Wikiwijs les 2
Is alles tot nu toe duidelijk?
Zo ja, kijk het filmpje dan verder op de volgende slide. Zo niet lees dan eerst les 9.1. en 9.2. van wikiwijs: maken.wikiwijs.nl/165482/Leerling_HAVO_4_2020_2021__de_Cultuur_van_het_moderne_in_de_1e_helft_van_de_20e_eeuw#!page-6654053

Is nu alles duidelijk? Ga dan verder naar de volgende slide.
Modern
Sanatorium Zonnstraal Hilversum
1928

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Het filmpje eindigt met de uitspraak form follows function. Wat denk je dat hiermee bedoelt wordt?
A
Elk onderdeel van het gebouw moet mooi zijn.
B
Je moet aan een gebouw kunnen zien welke functie het heeft.
C
De vorm bepaalt welke functie het gebouw krijgt.
D
De functie van het gebouw bepaalt het uiterlijk van het gebouw.

Slide 17 - Quizvraag

Form Follows Function

Nadruk komt vooral te liggen op functionaliteit:
 
De uitspraken: 'form follows function' &
'less is more' zijn typerend voor moderne architectuur.

Hoe denk je dat je dit terug in een gebouw?



Slide 18 - Tekstslide

Hoe zie je functionaliteit terug in een gebouw?

Slide 19 - Open vraag

In welke afbeelingen herken je de uitspraken 'forms follows function' en 'less is more'. Sleep ze naar het gele vierkant.

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Video

Moderne architectuur werd pas echt omarmd vlak na WOII. Hoe kan dit?
A
Er was weinig hout te krijgen dus werd er gezocht naar alternatieven.
B
Er was behoefte aan mooie huizen en gebouwen.
C
Er was behoefte aan goedkope betaalbare woningen.
D
Er was behoefte aan iets nieuws.

Slide 22 - Quizvraag

Postmodernisme
 
Na het modernisme is het moeilijk voor te stellen wat de kunst nog kan betekenen. Kan er nog iets nieuws gebeuren in de kunst? Alles is toch al gedaan? Postmoderne kunstenaars en architecten zoeken dan ook helemaal niet naar iets nieuws maar gebruiken wat er al is.  


Post-modernisme betkend 'na het modernisme’. Dit betekent dat je het postmodernisme eigenlijk alleen kunt begrijpen als je iets van het modernisme weet.
Zelfportret Rob Scholte
1987

Traditionele opvattingen binnen de schilderkunst gooit Scholte overboord, zijn geschilderde copyrightteken – een copyright van het copyright – getuigt daarvan.
2e helft 20e eeuw

Slide 23 - Tekstslide

Verzet
Postmodernisme begon in de architectuur. 
Dit als verzet tegen modernistische architectuur. 

Er was kritiek op het moderne bouwen?

Slide 24 - Tekstslide

Wat denk je dat deze kritiek op het moderne bouwen was? Meerdere antwoorden mogelijk.
A
Bouwmaterialen als beton, glas en staal gaan niet lang mee.
B
Alles lijkt hetzelfde: functioneel, platte daken, glas, beton, ….
C
Goedkoop om te bouwen maar duur in onderhoud.
D
Je ziet niet al het gebouw wat de functie is.

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Video

Form follows fantasy
De nadruk komt te liggen op het zichtbaar maken van de functie en status van een gebouw. De volgende uitspraken horen bij het postmodernisme:
'form follows fantasy' en 'less is a bore'
Postmodern
Team Disney- gebouw in Burbank , Californië , Michael Graves
1986 

Slide 27 - Tekstslide

Welke gevolgen heeft deze visie (forms follows fantasy) voor het uiterlijk van een gebouw. Noteer zoveel mogelijk kenmerken.

Slide 28 - Woordweb

Combineren
Waarschijnlijk heb je veel verschillende dingen genoteerd. Dat is juist want architecten zetten namelijk allemaal verschillende stijlen, vormen, kleuren, materialen en bouwtechnieken naast elkaar in één gebouw. Bijvoorbeeld klassieke Griekse zuilen in combinatie met koel staal en glas, barokke tierelantijnen naast strakke moderne vormen. 

Weet je nog? Kenmerk van postmodernsiem is putten uit wat er al is!

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Zoek zelf minimaal 2 voorbeelden van gebouwen waarin verschillende stijlen, vormen, kleuren, materialen en bouwtechnieken gecombineerd zijn.

Slide 31 - Open vraag

Modern vs Postmodern
                                
Dit was het einde van de les. Je als het goed is ontdekt dat Moderne architectuur lijnrecht tegenover Postmoderne architectuur staat. In het schema met de kenmerken is dat duidelijk te zien.

Slide 32 - Tekstslide

Wat vind jij van moderne architectuur?
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

En van postmoderne architectuur?
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll

Wat is de uitkomst. Wat vind jij mooier. Leg je keuze uit. Gebruik zoveel mogelijk kenmerken en begrippen die deze les voorbij zijn gekomen.

Slide 35 - Open vraag

Noteer hier vragen die je hebt naar aanleiding van deze les.
Volgende les spreken we deze les kort na en probeer ik antwoorden te geven op alle vragen die er nog zijn.

Slide 36 - Open vraag

Slide 37 - Tekstslide