Week 36 maandag 4B - Werkwoordencheck en tegenwoordig deelwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Tegenwoordig deelwoord

Leerdoel

• Ik kan het tegenwoordig deelwoord op de juiste manier spellen. 

Deze en volgende les

• Leerdoelcheck a.d.h.v. quizvragen: zijn de leerdoelen van afgelopen lessen behaald? 
• Uitleg spelling tegenwoordig deelwoord
• Zelfstandig werken
• Einde les 2: terugblik en leerdoelcheck
• Morgen: laptop en inloggegevens mee! 

Leerdoelen

• Ik kan de persoonsvorm tegenwoordige tijd op de juiste manier spellen.
• Ik kan de persoonsvorm verleden tijd op de juiste manier spellen. 
• Ik kan het voltooid deelwoord op de juiste manier spellen. 

Wat hoort er op de plek van de puntjes?

.... je dit leuk om te doen?

1. Vint
2. Vind
3. Vindt
4. Vinden

Wat hoort er op de plek van de puntjes?

Merk je niet dat hij ... is?

1. verandert
2. veranderd
3. veranderdt
4. verandertd

Waar of niet waar?

De stam van het werkwoorden 'durven' is 'durv'.

1. waar
2. niet waar

Welke twee woorden horen er op de puntjes?

Hij .... vroeger weinig tijd aan haar, maar gelukkig heeft zij dat niet zo ... .

1. bestede - beleeft
2. bestede - beleefd
3. besteedde - beleeft
4. besteedde - beleefd

Wat hoort er op de plek van de puntjes?

Zoiets (gebeuren) .... niet dagelijks!

Zijn de werkwoorden in onderstaande zin juist of niet juist gespeld?

Het word niet vaak gezegd, maar ik vermoedt dat hij jou waardeert.

1. Alle werkwoorden zijn juist gespeld.
2. Eén werkwoord is niet juist gespeld.
3. Twee werkwoorden zijn niet juist gespeld.
4. Alle werkwoorden zijn niet juist gespeld.

Wat hoort er op de plekken van de puntjes?

Zij heeft het ... meisje beterschap .... .

1. gepeste - belooft
2. gepeste - beloofd
3. gepestte - belooft
4. gepestte - beloofd

Tegenwoordig deelwoord

• Geeft aan dat je iets doet, terwijl je ook iets anders aan het doen bent. 

Tegenwoordig deelwoord

• Spelling: voor elk werkwoord hetzelfde
• Kan net als VD ook bijvoeglijk gebruikt worden
• Voorbeelden? 

Aan de slag!

• Wat?                                   Les 3 opdracht 1 t/m 5 en les 4:                                                                                           opdracht 1 t/m 4 af
• Hoe?                                   Zelfstandig, zachtjes overleggen mag
• Hulp?                                 Buurman/buurvrouw, docent
• Tijd?                                   Tot 10.20 uur
• Resultaat?                       Les 3 en 4 af
• Klaar?                                 Nakijken: diagnostische toets + les 3 en 4

Leerdoelcheck

• Opdracht 4 les 4