herhaling grammatica PTO 3

herhaling grammatica PTO 3
haben, sein, feesttenten
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

herhaling grammatica PTO 3
haben, sein, feesttenten

Slide 1 - Tekstslide

Sleep het juiste Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het 
Nederlandse persoonlijk voornaamwoord in de 1e naamval
timer
2:00
ik
jij
hij
zij e.v.
wij
jullie
het
u
zij
ich
ihr
er
es
wir
du
sie e.v
Sie
sie

Slide 2 - Sleepvraag

Het werkwoord sein.  
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind
sein
sein

Slide 3 - Sleepvraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie
Sie
Het werkwoord haben  
haben
hast
habe
hat
haben
haben
habt

Slide 4 - Sleepvraag

het zwakke werkwoord feESTTENTEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
stam + en
stam + t
stam + e
stam + st
stam + t
stam + en

Slide 5 - Sleepvraag

feesttenten
stam s-klank
stam d/t
wohnen
heißen
finden
rennen
tanzen
reisen
chatten
arbeiten
schreiben
fassen
beißen
streiten

Slide 6 - Sleepvraag

Hans und Fred _______ (zijn) gute Freunde

Slide 7 - Open vraag

Mein Bruder _______ (singen) unter der Dusche

Slide 8 - Open vraag

________ (kommen) du aus Deutschland?

Slide 9 - Open vraag

Mein Opa ________ (arbeiten) in einem Restaurant

Slide 10 - Open vraag

Wir ________ (hebben) einen kleinen Hund.

Slide 11 - Open vraag

Du ______ (reden) immer zu viel!

Slide 12 - Open vraag

Meine Eltern ________ (kochen) sehr gut!

Slide 13 - Open vraag

Wohin _______ (reisen) du gerne?

Slide 14 - Open vraag

Jantine _______ (antworten) auf meine Frage

Slide 15 - Open vraag

Die Geschwister ________ (spielen) gerne am Playstation.

Slide 16 - Open vraag

Ihr _________ (arbeiten) sehr gut!

Slide 17 - Open vraag

________ Sie gut in Physik?

Slide 18 - Open vraag

Meine Mutter _______ (finden) den Film toll!

Slide 19 - Open vraag

Ich _______ (zijn) 14 Jahre alt.

Slide 20 - Open vraag