Toch eenheid

Toch eenheid
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Toch eenheid

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling
  • Leg de onderdelen van het nieuwe Nederlandse wapen uit: Leeuw | Zwaard | Pijlen | Spreuk.
  • In welke vorm zijn de Nederlanden een Republiek?
  • In welke vorm zijn de Nederlanden een Statenbond?
  • In welke vorm zijn de Nederlanden een aristocratie?
  • Waarom dachten provincies alleen aan provcincie-beland?
  • Hoe werkten de samenwerking tussen de provincies voor het landsbelang?

Slide 2 - Tekstslide

Toch eenheid
De Nederlandse provincies werkten zo min mogelijk met elkaar samen en dachten alleen aan het eigen belang. Toch bleef het één land.

Slide 3 - Tekstslide

Reden 1
Holland was heel rijk en machtig. Meer dan de helft van alle inwoners woonden in de provincie. Holland betaalde ook het meeste geld. De meeste provincies deden daarom wat Holland wilde, zonder konden ze niet.

Slide 4 - Tekstslide

Reden 2
Iedere provincie had een stadhouder. Deze stadhouder was de plaatsvervanger van de koning in de provincie. Sinds het afzetten van Filips werd een regent stadhouder.
De eerste stadhouder van Holland was Willem van Oranje. Omdat hij de Opstand leidde, kozen vele provincies hem als stadhouder. Alleen Friesland en Groningen kozen een ander: de prins van Nassau. 

Slide 5 - Tekstslide

Stadhouder of vorst
Vanaf 1747 kozen alle zeven provincies één stadhouder: een prins van Oranje-Nassau. Doordat er geen zeven stadhouders waren, bracht dit eenheid. De provincies waren zo verbonden

De stadhouder was geen vorst, maar hij gedroeg zich wel zo. Stadhouders trouwden met prinsessen, bouwden paleizen en sloten verbonden. 

Slide 6 - Tekstslide

Prins- en staatsgezinden
De Nederlanden hadden twee machtige mannen. De leider van de Staten-Generaal, de raadspensionaris & de stadhouder, de prins van Oranje. De twee hadden constant een partijstrijd
De aanhangers van de raadspensionaris noemden zich staatsgezinden. De aanhangers van de stadhouder prinsgezinden. De staatsgezinden vonden dat er geen stadhouder hoefde te zijn. De voornaamste taak van de stadhouder was het aanvoeren van het leger. Zonder oorlog was hij dus niet nodig. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Stadhouderloos tijdperk
Na de oorlog met Spanje (1648) en het overlijden van Willem II (1650) werd geen nieuwe stadhouder benoemd. Raadspensionaris Johan de Witt werd daardoor oppermachtig. Hij vond dat er in een republiek geen prins moest regeren. 

Slide 9 - Tekstslide

Rampjaar
In 1672 werd Nederland van drie kanten aangevallen: Engeland, Frankrijk en twee Duitse vorsten. De prinsgezinden gaven Johan de Witt de schuld van de noodsituatie. Het volk vroeg weer om een Oranje als stadhouder. Willem III werd de nieuwe stadhouder.  Johan de Witt en zijn broer werden in Den Haag afgeslacht. De stadhouder slaagde erin het land te redden van de drie aanvallers. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk
Maak opdracht 11 t/m 15

Slide 12 - Tekstslide