Impératif

Grammaire C
Impératif - Gebiedende wijs

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Grammaire C
Impératif - Gebiedende wijs

Slide 1 - Tekstslide

 exemples
Prends une pomme, Marie!                                                            
Prenons le vélo pour aller au centre-ville.
Prenez vos affaires, monsieur!

Regarde le tableau, Olivier! (Regarde-le)
Regardons ces exemples! (Regardons-les)
Regardez la télé, les élèves! (Regardez-la)

Dit geldt voor zowel regelmatige en onregelmatige werkwoorden.



Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Grammaire C
 De gebiedende wijs heeft drie vormen:





Het onderwerp (tu, nous, vous) staat niet in de zin. 
Je richt je tot één persoon.
Visite!
Je-vorm met de tegenwoordige tijd
Je richt je tot jezelf en tot andere personen.
Visitons! 
Nous-vorm met de tegenwoordige tijd
Je richt je tot meer personen of tot een 'u'.
Visitez! 
Vous-vorm met de tegenwoordige tijd

Slide 4 - Tekstslide

'Eet!' in het Frans?
(Manger met tu en de Gebiedende wijs)

Slide 5 - Open vraag

'Laten we slapen!' in het Frans?
(Dormir met nous en de Gebiedende wijs)

Slide 6 - Open vraag

'Kook!' in het Frans?
(Cuisiner met vous en de Gebiedende wijs)

Slide 7 - Open vraag

avec un pronom

Slide 8 - Tekstslide

Grammaire C
Als er bij de impératif in een bevestigende zin een voornaamwoord komt, zet deze erachter. Je verbindt de impératif en het voornaamwoord met een streepje.

Tu achètes le billet
Achètes-le

Slide 9 - Tekstslide

Grammaire C
Me en te veranderen in moi en toi, omdat de klemtoon er nu op valt.


Invite-moi! --> Nodig me uit
Dépêche-toi! --> Haast je! (wederkerend)



Slide 10 - Tekstslide

exceptions
aller:                                                             être:
Va dans ta chambre!                             Sois à l'heure!
Allons-y!                                                      Soyons patients!
Allez tout droit!                                        Soyez prudents!

avoir:
Aie patience! [klinkt als est]
Ayons patience!
Ayez patience!

Slide 11 - Tekstslide

Onregelmatige ww
Avoir
Être
Aller
Tegen één persoon: jij
Aie
Sois
Va
Tegen jezelf en andere personen
Ayons
Soyons
Allons
Tegen meer personen of 'u'
Ayez
Soyez
Allez

Slide 12 - Tekstslide

Grammaire C
Bij een impératif in een ontkennende zin staat het voornaamwoord er gewoon voor.


Ne m'invite pas! --> Nodig me niet uit!
Ne l'achète pas! --> Koop hem niet!





Slide 13 - Tekstslide

impératif de verbes pronominaux
Habille-toi!                  mais       Ne t'habille pas!
Habillons-nous!                         Ne nous habillons-pas!
Habillez-vous!                             Ne vous habillez-pas!

Lève-toi !                      mais        Ne te lève pas!
Levons-nous!                               Ne nous levons pas!
Levez-vous                                    Ne vous levez pas!

Slide 14 - Tekstslide

Wacht op mij!
A
attendez-me!
B
attendez-moi!
C
attend-moi!
D
m'attends!

Slide 15 - Quizvraag

(vous- chercher) vos livres!
(ZOEK jullie boeken)
A
Cherchez
B
Cherches
C
Cherche
D
Cherchons

Slide 16 - Quizvraag

Quelle forme n'est pas correcte?
A
Dépêche-toi!
B
Ne nous dépêchons pas!
C
Te dépêche!
D
Dépêchez-vous!

Slide 17 - Quizvraag

Quelle forme n'est pas correcte?
A
Achète-la!
B
N'invite moi pas!
C
Levons-nous!
D
Ne me regarde pas comme ça!

Slide 18 - Quizvraag

(TU - ALLER) ... tout droit!
GA RECHT DOOR!
A
vas
B
va
C
vais
D
alle

Slide 19 - Quizvraag

Huil niet! (2 manières)

Slide 20 - Open vraag

Help mij! (2 manières)

Slide 21 - Open vraag

N'... pas nos parapluies!
A
oublions
B
oublies
C
oubliez
D
oublie

Slide 22 - Quizvraag

Oefeningen
37a : Luister naar het liedje en lees naar de tekst. Schrijf de 6 verschillende vormen van de impératif en vertaal deze in het Nederlands. 
37b : Luister naar de audio en kies het goede vorm. 
37c : Vul de tabel in met de goede vormen van de impératif. 

Slide 23 - Tekstslide

Oefeningen
38a : Herschrijf de ww tussen de haakjes met de impératif. 
38b : Lees de zinnen. Herschrijf deze net zoals in de voorbeeld met de impératif. 
38c : Lees de zinnen. Maak de tweede zin af met het goede persoonlijke voornaamwoord
38d : Kijk naar het afbeelding. Schrijf de regels van de festival met de impératif. 

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag


Faire: exercices 37 et 38

Slide 25 - Tekstslide