David les 5

les 5
  1. Schrijfopdracht bekijken + s/z klank oefenen
  2. korte en lange klank
  3. Oefening synoniemen B2
  4. Oefeningen B2 boek
  5. Verhaal schrijven
  6. Huiswerk: nieuwe schrijfopdracht, oefening synoniemen



1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

les 5
  1. Schrijfopdracht bekijken + s/z klank oefenen
  2. korte en lange klank
  3. Oefening synoniemen B2
  4. Oefeningen B2 boek
  5. Verhaal schrijven
  6. Huiswerk: nieuwe schrijfopdracht, oefening synoniemen



Slide 2 - Link

Deze slide heeft geen instructies

slaap
stoel
school
slim
schoon
huis
vaste
kussen
fiets
kassa
zelfstandig
zekerheid
zeldzaam
zintuigen
zorgvuldig
zichzelf
zakelijk
zelfvertrouwen
zwaarwichtig
zeggenschap

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

situatie
specifiek
statistisch
symbolisch
sociaal
sensorisch
sceptisch
structuur
subtiel
selectief
sensatie
seizoenen
samenstelling
organisatie
socialisatie
specialisatie
synchronisatie
transformatiezone
beschavingselementen
visualisatie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Link

Deze slide heeft geen instructies

schrijfopdracht
Situatie:
Je hebt je ingeschreven voor een cursus Nederlands bij een taalschool. Helaas kun je op de eerste lesdag niet komen omdat je ziek bent.

Opdracht:
Stuur een e-mail naar de school.
Schrijf:
waarom je niet komt,
wanneer je denkt dat je terugkomt,
of je het huiswerk kunt krijgen.


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

les 6
  1. Huiswerk samen bekijken 
  2. Dictee
  3. Grammatica die/dat/deze/dit
  4. Schrijfoefening examen
  5. Oefeningen B2 boek
  6. Huiswerk: nieuwe schrijfopdracht, oefening die/dit/deze/dat



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dictee
Het is belangrijk om goed voorbereid te zijn voordat je een belangrijke beslissing maakt.
De meeste mensen vinden het moeilijk om veranderingen in hun leven te accepteren.
We hebben een nieuwe strategie bedacht om de verkoop te verhogen.
Tijdens de vergadering bespraken we de voortgang van het project.
Het weer kan een grote invloed hebben op de sfeer van een evenement.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak zinnen met de woorden (schrijfoefening)
  1. abonnement
  2. bezorgd
  3. festival
  4. koffer
  5. leerling

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.  Uitleg: deze – die – dit – dat
 1. De-woorden en het-woorden
de-woord → gebruik je met deze of die
het-woord → gebruik je met dit of dat

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Dichtbij of ver weg?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbeeld
De-woorden (bijvoorbeeld: de tafel, de man):
Deze tafel is mooi. (de tafel, dichtbij)
Die man is mijn buurman. (de man, ver weg)

Het-woorden (bijvoorbeeld: het boek, het huis):
Dit boek is spannend. (het boek, dichtbij)
Dat huis is groot. (het huis, ver weg)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul in: deze, die, dit, of dat
  1. ___ hond is lief. (de hond, dichtbij)
  2. ___ meisje lacht. (het meisje, ver weg)
  3. ___ auto is van mijn moeder. (de auto, ver weg)
  4. ___ kind speelt buiten. (het kind, dichtbij)
  5. ___ jas past goed. (de jas, dichtbij)
  6. ___ boek is oud. (het boek, ver weg)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Link

Deze slide heeft geen instructies

schrijfopdracht
Situatie:
Je leest op een online forum een vraag:
"Hoe leer jij het beste Nederlands? Wat werkt voor jou goed?"

Opdracht:
Schrijf een reactie.
Vertel:
wat jij doet om Nederlands te oefenen,
wat je moeilijk vindt,
en geef een tip aan andere cursisten.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies