H3 Water (paragraaf 1 & 2 herhaling)
1 / 20
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Tekstslide
Wat is nuttige neerslag?
A
Neerslag die door planten wordt opgenomen
B
Neerslag min de verdamping
C
De absolute hoeveelheid neerslag die valt
D
Neerslag die infiltreert in de grond
Slide 4 - Quizvraag
Hoeveel procent van het water op aarde is zout?
A
65%
B
90,5%
C
97,5%
D
99%
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel procent van het zoete water is toegankelijk voor de mens?
A
50%
B
25%
C
5%
D
1%
Slide 6 - Quizvraag
Hoe noem je al het water dat je kunt zien, zoals meren, rivieren, vennen en zeeën?
A
plat water
B
oppervlaktewater
C
vernieuwbaar-water
D
groen water
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een aquifer?
A
Een soort oase
B
Een systeem om je landbouwgrond te bewateren
C
Een soort rivier die door droge gebieden stroomt
D
Een waterhoudende laag in de ondergrond
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen de korte en lange waterkringloop?
Slide 9 - Open vraag
Sleep de begrippen naar de goede plek in de driehoek.
verdampen
Smelten
Rijpen
Condenseren
Sublimeren
Stollen
Slide 10 - Sleepvraag
Juist of onjuist?
Het gebruik van fossiel water is een vorm van duurzaam waterbeheer?
Het gebruik van fossiel water is een vorm van duurzaam waterbeheer?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Op welke 4 manieren kan een gebied aan zijn water komen?
Slide 12 - Open vraag
Ondanks zoet water erg schaars is, stroomt een groot gedeelte ongebruikt richting zee. Wat zijn de reden hiervoor?
Slide 13 - Open vraag
Wat kan jij zelf doen om je virtueel watergebruik te verminderen?
Slide 14 - Open vraag
Leg uit: Nederlanders hebben invloed op de waterschaarste in sommige (semi-)perifere gebieden.
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Hoe heet het bovenste gedeelte waar van gletsjers waar sneeuw veranderd in ijs? (geleerd in H2)
Slide 17 - Open vraag
Vragen over de eerste twee paragrafen?
