3.4 Schaalniveaus & vergelijken

3.4 Vergelijken
Macro-, meso-, micro
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.4 Vergelijken
Macro-, meso-, micro

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op het niveau van gezinnen en families
Niveaus van cultuurverschillen
Op het niveau van school en werk
In de gezondheidszorg, consumentengedrag, politiek en geloof.
Microniveau
Mesoniveau
Macroniveau

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Micro
Meso
Macro

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Op welk niveau speelt dit probleem zich af?
Op welk niveau speelt dit probleem zich af?
A
Microniveau
B
Mesoniveau
C
Macroniveau

Slide 7 - Quizvraag

Dit is een beetje een strikvraag omdat de link verwijst naar de 'affaire-Halsema': de zoon van een burgemeester die verdachte is in een strafzaak. Dat speelt vooral op microniveau een rol maar omdat meer mensen zich er mee bemoeien kun je ook hogere niveau's aanwijzen. Alleen in het artikel gaat het er nu juist om dat het vooral als privé-zaak wordt gezien.


President VS dreigt met maatregelen tegen Iran. Op welk niveau speelt dit probleem zich af?
President VS dreigt met maatregelen tegen Iran. Op welk niveau speelt dit probleem zich af?
A
Microniveau
B
Mesoniveau
C
Macroniveau

Slide 8 - Quizvraag

U kunt een eigen actualiteit gebruiken.
Voorwaarden voor vergelijken
met

Dus op hetzelfde schaalniveau
Indicatoren zijn belangrijk.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is fout? (opdr. 22)
Een individueel geval (casus) van een seriemoordenaar wordt uitgebreid besproken in een studie naar oorzaken van seriemoorden.

De gezondheid van iemand uit Slagharen word vergeleken met de gezondheid van 500 Rotterdammers om iets te zeggen over de levensstijl van één Harderwijker.

Slide 10 - Tekstslide

1) Het gaat niet om een vergelijking. Het is een N=1 casus.
2) Het gaat om een individueel geval dat vergeleken wordt met een groep. Het individu woont op het platteland en de groep in een stad. Appels en peren.

Wat is fout? (opdr. 22)
De lage moordcijfers in Japan worden vergeleken met geweldsdelicten in Nederland om te onderzoeken of er culturele oorzaken zijn voor moord.

Het totaal aantal werklozen in 2016 in NL wordt vergeleken met het totaal aantal werklozen in de VS in hetzelfde jaar.

Slide 11 - Tekstslide

1) Moord valt onder geweldsdelicten, maar niet alle geweldsdelicten zijn moord.
2) De VS zal altijd hogere aantallen werklozen tonen dan Nederland: er wonen meer mensen. Het moet dus gaan om werkloosheidspercentages.

Werk
Aan de studieplanner
Kijk na (zie magister) met andere kleur.
Donderdag: aftekenen!

Bedenk een vraag (over iets wat je lastig vindt aan HS 1, 2, 3)
Vul in in LessonUp (volgende slide)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul hier je vraag over de eerste 3 hoofdstukken in.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies