les 4 kraamopleiding %

Kraam les   Procenten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Kraam les   Procenten

Slide 1 - Tekstslide

rekenlessen

les 1     uitleg over rekenen in de kraam
             theorie + en -
Les 2   theorie x en :
Les 3   Maten en hoeveelheden
Les 4  percentage
Les 5   Toets

Slide 2 - Tekstslide

% = procenten= percentage

Hierbij is alles = totaal= normaal= eerst altijd 100%

Een jas die €100,00 was en nu weg gaat met 20% korting dan is de €100,00 je 100% en daar gaat 20% van af.


Slide 3 - Tekstslide

Hoe reken je met %?

Een jas van €100,00 is afgeprijsd. Je krijgt 20% korting.
Hoeveel kost de jas nu?

€100: 100%= dan weet je 1 % = €1,00
€1,00 x 20% = €20,00 korting
€100-€20=€80,00

of:
€100: 100%= dan weet je 1% = €1,00
€1,00 x 80%= je betaalt nl nog maar 80% = €80,00

of
100x 0,2= 20 100-20= €80 of 100x 0,8= €80

Slide 4 - Tekstslide

Nu volgen er % vragen

Vul alleen het cijfer in, geen maten of €-teken.
Is het een komma getal dan wel een komma.

Als het antwoord €24,95 dan vul je in 24,95
Als een antwoord 3.225 gram is dan vul je in 3225.

Slide 5 - Tekstslide

Kruitvat heeft een aanbieding.
Je krijgt op zaterdag maar liefst 40% korting op haarverf.
Je koopt een pak op zaterdag. Normaal kost het pak haarverf €14,30. Wat moet jij op zaterdag betalen?
Alleen het antwoord geen € teken.

Slide 6 - Open vraag

Een paar schoenen kostte €75,00. Jij krijgt 35% korting.
Hoeveel kosten de schoenen nu?

Alleen het antwoord geen € gebruiken.

Slide 7 - Open vraag

Procenten in de kraam

Niet voor een korting, maar wel het afvalpercentage van een baby.

In principe vallen (bijna) alle kinderen af na de geboorte. Dit hoort erbij. Baby’s vallen af als gevolg van plassen, ontlasting, zichzelf warm moeten houden en ademen. Hele normale dingen dus.

Kraamverzorgende houdt het gewicht bij. Tussen de 5% - 7% gewichtsverlies is normaal. Na 7% wordt er contact opgenomen met de verloskundige.
Tussen de 7% - 10% geeft de verloskundige aan hoe de behandeling verder gaat verlopen.

Slide 8 - Tekstslide

Afvalpercentage berekenen

Geboortegewicht is je uitgangspunt = 100%

Manier 1
geboortegewicht gram : 100 x 5=.........     
geboortegewicht - 5% verlies= ...........gram

geboortegewicht gram : 100 x 7=.........
geboortegewicht - 7% verlies= ...........gram

geboortegewicht gram : 100 x 10=.........
geboortegewicht - 10% verlies= ...........gram

Slide 9 - Tekstslide

Afvalpercentage berekenen

manier 2
geboortegewicht gram : 100 x 95=.........  gram  

geboortegewicht gram : 100 x 93=......... gram 

geboortegewicht gram : 100 x 90=......... gram 

Zo heb je gelijk het gewicht van de baby wat hij/zij zou mogen wegen met bv 5% gewichtsverlies.
    

Slide 10 - Tekstslide

Afvalpercentage berekenen

manier 3
geboortegewicht gram x 0,05=
geboortegewicht - 5% verlies= ...........gram

geboortegewicht gram x 0,07=
geboortegewicht - 7% verlies= ...........gram

geboortegewicht gram x 0,10=
geboortegewicht - 10% verlies= ...........gram

Slide 11 - Tekstslide

Afvalpercentage berekenen



manier 4
geboortegewicht gram x 0,95=..........gram

geboortegewicht gram x 0,93=..........gram

geboortegewicht gram x 0,90=..........gram

Zo heb je gelijk het gewicht van de baby wat hij/zij zou mogen wegen met bv 5% gewichtsverlies.

Slide 12 - Tekstslide

Nu volgen er  % vragen

Vul alleen het cijfer in, geen maten of €-teken.
Is het een komma getal dan wel een komma.

Als het antwoord €24,95 dan vul je in 24,95
Als een antwoord 3.225 gram is dan vul je in 3225.

Slide 13 - Tekstslide

Het geboortegewicht van Gydo is 4000 gram.
Wat weegt hij als hij 5% zou afvallen?

Alleen het getal geen maat erachter. Je mag je eigen manier van rekenen gebruiken.

Slide 14 - Open vraag

Het geboortegewicht van Gydo is 4000 gram.
Wat weegt hij als hij 7% zou afvallen?

Alleen het getal geen maat erachter. Je mag je eigen manier van rekenen gebruiken.

Slide 15 - Open vraag

Het geboortegewicht van Gydo is 4000 gram.
Wat weegt hij als hij 10% zou afvallen?

Alleen het getal geen maat erachter. Je mag je eigen manier van rekenen gebruiken.

Slide 16 - Open vraag

Nu volgen er  % vragen

Vul alleen het cijfer in, geen maten of €-teken.
Is het een komma getal dan wel een komma.

Als het antwoord €24,95 dan vul je in 24,95
Als een antwoord 3.225 gram is dan vul je in 3225.

Slide 17 - Tekstslide

Een pasgeborene bestaat voor ongeveer 70 % van zijn lichaamsgewicht uit water, bij een volwassene is dat 60 tot 65 procent. Om gezond te blijven moet een zuigeling in verhouding meer water opnemen per eenheid lichaamsgewicht dan een volwassene.
Een pasgeborene van 3500 g bestaat uit …………………......ml vocht ( 1 ml staat gelijk aan 1 g)

Slide 18 - Open vraag

De dagelijkse hoeveelheid water die een zuigeling nodig heeft ligt tussen de 10 en 15 procent van zijn lichaamsgewicht, terwijl de behoefte van een volwassene tussen de 2 en 4 procent ligt.

Hoeveel water heeft een vol slanke vrouw nodig van 80 kg die heel dorstig (4%) is? Hihih
………………………l ( 1 liter staat gelijk aan een kg)

Slide 19 - Open vraag

Een prachtige jongen is er geboren. Hij weegt 3500 gr. Om het gewicht in de gaten te houden maak je voor jezelf een lijstje met daarop hoeveel de jongen mag wegen bij 5% gewichtsafname, 7% en 10%.
Spatie tussen de antwoorden

Slide 20 - Open vraag

Rekenen op de manier die jij het prettigst vindt.
Zorg dat je je sterk voelt bij 1 manier en blijf die manier ook gebruiken.

Succes.

Slide 21 - Tekstslide