Gezondheid en Welzijn les 1

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 6

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht (per twee)
Zoek 5 gezonde en 5 ongezonde voedingsmiddelen in de reclamefolders. 

timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Gezond

Slide 3 - Woordweb

Ongezond

Slide 4 - Woordweb

Wat is voor jou gezond?

Slide 5 - Woordweb

Wat doe jij om gezond te leven?

Slide 6 - Woordweb

Ben je bezig met je voeding?
A
Ja, elke dag
B
Ja, heel vaak
C
Soms; in periodes
D
Neen

Slide 7 - Quizvraag

Ik heb al eens een dieet gevolgd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Gezondheid is meer dan NIET ziek zijn.. het gaat om kwaliteit van leven, sociale contacten, financieel rondkomen, zichzelf accepteren en zinvol leven.

Slide 9 - Tekstslide

Het probleem
- levensstijl

- gezond

- ongezond

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel glazen water drink je per dag?
A
0
B
1-2
C
3-4
D
meer dan 4

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel glazen frisdrank en/of fruitsap drink je per dag?
A
0
B
1-2
C
3-4
D
meer dan 4

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel porties groenten eet je per dag?
A
vrijwel nooit
B
2 per dag
C
1 per dag
D
meer dan 1 per dag

Slide 13 - Quizvraag

Ik eet bijna altijd verse maaltijden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Wat kan helpen om gezonde keuzes te maken?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

De niet meer zo nieuwe actieve voedingsdriehoek
 3 uitgangspunten :

1. Eet in verhouding meer plantaardige dan dierlijke voeding
2. Vermijd sterk bewerkte producten zo veel mogelijk
3. Vermijd overconsumptie en voedselverspilling.
Hoe donkerder groen de zone, hoe gezonder het voedingsmiddel. Rode bol is te vermijden!

Slide 18 - Tekstslide

In welke lagen bevindt jouw ontbijt zich?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Reden ongezonde levensstijl?

Slide 21 - Woordweb

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Bewerkt of ultra-bewerkt?
A
Bewerkt
B
Ultra-bewerkt

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Bewerkt of ultra-bewerkt?
A
Bewerkt
B
Ultra-bewerkt

Slide 27 - Quizvraag

Opdracht (per 2)
Oriënteren - Wat is de opdracht?

Zoek in een foldertje twee voedingsmiddelen per laag van de voedingsdriehoek. Plak het op de juiste plaats in de driehoek op bord.

Slide 28 - Tekstslide

Voorbereiden - Hoe pak ik het aan?
Zoek twee voedingsmiddelen per laag.
  • Plantaardige producten: groenten, fruit, volle granen, peulvruchten, noten, plantaardige olie
  • Dierlijke producten: vis, gevolgte, melk, kaas, eieren, yoghurt
  • Met mate: rood vlees, boter, kokosvet
  • Te vermijden: koekjes, chips, alcohol, frisdrank, fastfood 
timer
10:00

Slide 29 - Tekstslide

Uitvoeren- Ik voer de opdracht uit.
Kom per duo je voedingsmiddelen op het bord plakken. Je klasgenoten mogen reageren als ze met iets niet akkoord gaan.

Slide 30 - Tekstslide

Reflecteren - Eens nadenken ...
  • Uit welke laag van de driehoek vond je de meeste voedingsmiddelen?
  • Hoe komt dat? 

Slide 31 - Tekstslide

Reflecteren - Eens nadenken ...
  • Welke voedingsmiddelen uit de driehoek zijn onbewerkt, bewerkt, ultra-bewerkt? 
  • Schrijf dit naast de prentjes op bord (O, B, U). 

Slide 32 - Tekstslide

Wat wil je in het thema gezondheid & welzijn aan bod zien komen?

Slide 33 - Woordweb