H1.3 Metamorfose

H1.3 Metamorfose
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1.3 Metamorfose

Slide 1 - Tekstslide


Welk nummer is de kiem?
A
1
B
4
C
7
D
8

Slide 2 - Quizvraag

Groeien is..
A
Nieuwe vorm krijgen
B
Ouder worden
C
Groter en zwaarder worden
D
Groter worden

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de functie van het poortje?
A
Neemt zuurstof op
B
Neemt water op
C
Hier komt het worteltje naar buiten
D
Hier komt het afval naar buiten

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van groei?
A
een plant krijgt bloemen
B
een plant wordt langer
C
allebei
D
geen van beiden

Slide 5 - Quizvraag

Om te groeien heeft de kiem:
A
Reserve voedsel nodig
B
Zonlicht nodig

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de juiste volgorde in de levenscyclus (Start bij het zaad)

1 het kiemplantje groeit en gebruik voedingsstoffen uit de zaadlobben
2 Er ontstaan bloemen, uit de bloemen ontstaan tomaten met zaden
3 het worteltje komt naar buiten
4 het zaadje neemt water op via het poortje, het zwelt op
5 het worteltje groeit de bodem in, de zaadlobben komen boven de grond
6 er is een volwassen tomatenplant ontstaan
7 het kiemplanttje wordt groter en krijgt meer bladeren, de zaadlobben verschrompelen
A
3-4-1-5-6-7-2
B
4-3-5-1-7-6-2
C
4-5-1-3-2-6-7
D
3-5-1-7-2-6-4

Slide 7 - Quizvraag

Met welk nummer is de navel aangegeven?
A
1
B
2
C
3
D
7

Slide 8 - Quizvraag

Functie van zaadlob is
A
fotosynthese uitvoeren
B
stevigheid geven aan zaadje
C
voedingsstoffen geven aan kiemplantje
D
bevruchting

Slide 9 - Quizvraag

Met welk nummer is de zaadlob aangegeven?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 10 - Quizvraag

Leerdoelen
  • Je kunt omschrijven wat metamorfose is.
  • Je kunt de levenscyclus van een koolwitje en van een kikker beschrijven.

Slide 11 - Tekstslide

Een babygiraffe ziet er hetzelfde uit als haar moeder, maar dan  kleiner. 

Slide 12 - Tekstslide

Een baby van een vlinder, kikker of vlieg  noemen we een 'larve'. Die ziet er heel anders uit dan een volwassen dier!

Slide 13 - Tekstslide

Metamorfose
Een ander woord voor metamorfose is gedaantewisseling

Het woord zegt het al een dier wisselt van gedaante. 
Het gaat er helemaal anders uit zien. 

Metamorfose: tijdens de metamorfose veranderen de lichaamsbouw en de leefwijze van het dier

Slide 14 - Tekstslide

Dieren zonder metamorfose hebben geen levenscyclus
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

Levenscyclus vlinder

Slide 17 - Tekstslide

Metamorfose vlinder

Levenscyclus bestaat uit vier stadia:
  • Ei
  • Larve
  • Pop
  • Imago

Slide 18 - Tekstslide

Deze cyclus bestaat uit verschillende stadia's (fases).
1. Eitjes komen uit. De rupsen gaan zich voeden aan bladeren. Ze groeien / vervellen.

2. De rups wordt een pop en hierin vindt een metamorfose plaats waardoor hij in een vlinder veranderd.

3. De imago (volwassen vlinder) gaat op zoek naar een een adere imago om te paren.

4. De imago legt eitjes op bladeren.

Slide 19 - Tekstslide

Levenscyclus van een koolwitje
1
2
3
4
Pop
Ei
Larve
Imago
eet niet
eet weinig
eet veel
eet niet

Slide 20 - Sleepvraag

Levenscyclus van de bruine kikker

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Volwassen kikkers
Volwassen kikkers paren

Slide 23 - Tekstslide

Ei
- Eieren worden door het vrouwtje afgezet in sloten als een kluit kikkerdril.
- In één kluit zitten tot wel 3000 eieren
- Elk eitje is een geleiachtig omhulsel. In het omhulsel ontwikkelt zich een larve

Slide 24 - Tekstslide

pas uitgekomen kikkervisje
- ongeveer 6 mm lang
- uitwendige kieuwen
- neemt zuurstof op uit het water via de kieuwen en de huid
- eet vooral algen

Slide 25 - Tekstslide

kikkervisje met inwendige kieuwen
- ongeveer 10-13 mm lang
- inwendige kieuwen
- staart groeit
- achterpootjes ontwikkelen

Slide 26 - Tekstslide

Kikkervisje met voor- en achterpoten
- ongeveer 35 mm lang
- voorpoten ontwikkelen
- staart wordt kleiner

Slide 27 - Tekstslide

Jonge kikker
- ongeveer 15 mm lang
- longen ontwikkelen
- kikker neemt zuurstof op door de huid en de longen
- eet insecten

Slide 28 - Tekstslide

Volwassen kikker
- ongeveer 6 - 9 cm lang
- leeft op het land bij poeltjes en sloten
- neemt zuurstof op met longen en door de huid
- eet vooral insecten, maar ook kleine muisjes en andere kikkers
- kan zich voortplanten

Slide 29 - Tekstslide

Levencyclus kikker
1. De "kikkers" in het kikkerdril groeien en ontwikkelen zich.
2. Kikkervis = uitwendige kieuwen voor zuurstof en pootloos.
3.Kikkervisjes worden groter en de metamorfose begint. Uitwendige kieuwen worden inwendig, ze krijgen achterpoten. 
4. Na 8 weken krijgen ze voorpoten en worden de inwendige kieuwen vervangen door longen.
5. Longen zijn ontwikkeld ze kunnen alleen ademen op het land. De staart wordt kleiner ook de tong is nu verder ontwikkeld.
6. Staart is weg en na 2 jaar is de kikker klaar om te paren. 

Slide 30 - Tekstslide

inwendige
kieuwen
uitwendige kieuwen
ademen huid en longen
kikkereieren
eet algen
eet insecten

Slide 31 - Sleepvraag

Evaluatie Leerdoelen
  • Je kunt omschrijven wat metaformose is.
  • Je kunt de levenscyclus van een koolwitje en van een kikker beschrijven.

Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk Leren H1.3 en maken vraag 1 t/m 8

Slide 33 - Tekstslide