kern les 11

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Zit je klaar? Numo aan

Numo

Werk 10  minuten in NUMO;

dan heb je vrijdag 

45 minuten....

Leerdoelen

1: R Ik weet wat het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst zijn.

2: T1 Ik kan het onderwerp en de hoofdgedachte van de tekst herkennen.

3: T2 Ik kan bepalen welke hoofdgedachte het beste bij een gegevn tekst past

4: I Ik kan zelf een zin maken die de hoofdgedachte van een tekst weergeeft.

Waar staat het onderwerp van een tekst?

In welk stukje van de tekst kun je vinden waar de tekst over gaat(hoofdgedachte)?

woorden les 11

het buitenbeentje= iemand die er niet bij hoort

de behoefte= iets wat je nodig hebt of graag wil hebben

de mammoet= grote harige olifant

smokkelen= in het geheimspullen meenemen.

het achterste= een net woord voor je billen

Belangrijk

 Waar gaat de tekst over?

 1. Onderwerp

     Één of een paar woorden

     In de titel of ondertitel

 Wat zegt de schrijver over het onderwerp?

 2.Hoofdgedachte

     Samenvatting van één zin

Belangrijk

Onderwerp staat in de titel

Hoofdgedachte staat in de inleiding of slot

Aan de slag

Schrijf de woorden les 11 in je woordenschatschrift.

Maak de opdrachten van les 11.

Nabespreking

Lukt het om de opdrachten te maken?

Wat gaat goed?

Waar gaat het niet goed?

nakijken

nakijken

nakijken

nakijken

Begrippen uit deze les

Inleiding

het slot

het onderwerp

de hoofdgedachte

Begrippen uit deze les

de mamoet

smokkelen

het achterste

de behoefte 

het buitenbeentje

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen