OSP - lesweek 8

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)
Semester: 4
Docenten: Jantien den Hoed
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)
Semester: 4
Docenten: Jantien den Hoed

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Programma
Wat
Hoe lang
Opening 
15 minuten
Theorie over evalueren
20 minuten
Opdracht evalueren
25 minuten
Werken aan de eindopdracht
20 minuten
Afronden les
10 minuten

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen



Je kunt aan het einde van de les een ondersteuningsplan op een passende manier evalueren.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is evalueren volgens jou?

Slide 4 - Woordweb

Waarom is het belangrijk om je ondersteuningsplan te evalueren?

Slide 5 - Woordweb

Evalueren van het ondersteuningsplan
Evalueren is de laatste stap van de methodische cyclus

Voorbeelden waarom je evalueert:
  1. Je wil je begeleiding een volgende keer beter laten verlopen 
  2. Je wil checken of de doelen die je hebt gesteld nog kloppen
  3. Je wil je handelen kunnen verantwoorden

Slide 6 - Tekstslide

Wanneer evalueer je?
Binnen de ondersteuning aan cliënten spreken we van tussentijdse evaluaties en eindevaluaties.

Eindevaluaties vinden plaats bij bijvoorbeeld de afronding van de begeleiding of na het behalen van een doel. 

Tussenevaluaties vinden plaats tijdens de begeleiding.



Slide 7 - Tekstslide

Hoe evalueer je?
Houd rekening met productevaluatie en procesevaluatie

Productevaluatie zegt iets over het resultaat dat bereikt is: heeft de cliënt bijvoorbeeld nieuw gedrag aangeleerd?

Procesevaluatie zegt iets over de manier waarop het resultaat bereikt is: hoe vond de cliënt de begeleiding die geboden is, hoe is de begeleiding gegaan?





Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld verschil product- en procesevaluatie
Casus: ik wil tussentijds evalueren hoe geslaagd de module OSP voor deze klas is. Het doel hierbij zou kunnen zijn: alle studenten uit de klas halen een voldoende voor de eindopdracht

Productvragen (gaan over het resultaat) zouden kunnen zijn:
Hoe veel eindopdrachten zijn er al ingeleverd, welke resultaten hebben de studenten behaald?

Procesvragen:
Hoe vinden de studenten de sfeer in de klas, hoe leerzaam vinden de studenten de lessen, is de eindopdracht voldoende uitgelegd?

Slide 9 - Tekstslide

Check
Casus: je loopt stage op een woning waar mensen met psychiatrische problematiek wonen. Je hebt een cliënt 2 maanden begeleid bij het leren opruimen van zijn eigen kamer. 

Op de sheet hierna staan 6 vragen die je zou kunnen stellen bij de evaluatie. Aan jullie de opdracht om deze 6 vragen te slepen naar links (bij productvraag) of rechts (bij procesvraag)





Slide 10 - Tekstslide

Productvraag
Procesvraag
Hoe vaak ruimt de client zijn eigen kamer op?
Maakt de client zijn eigen bed op?
Wat vond de client moeilijk bij het opruimen?
Was de client gemotiveerd om zijn kamer op te ruimen?
Hoe vond de client de begeleiding die geboden is?
Waar heeft de client zijn vuile kleren gelaten?

Slide 11 - Sleepvraag

Bedenk een productevaluatie-vraag bij de casus

Slide 12 - Open vraag

Bedenk een procesevaluatie-vraag bij de casus

Slide 13 - Open vraag

Manieren van evalueren
Je kunt op allerlei verschillende manieren evalueren. De meest voorkomende manieren zijn:

  1. Mondeling door een gesprek met bijvoorbeeld cliënt, naastbetrokkenen, collega's  
  2. Schriftelijk door een enquête of vragenlijst
  3. Observatie

Slide 14 - Tekstslide

Manieren van evalueren - opdracht
Wie: jij met je buurman/buurvrouw

Wat: Bedenk 3 voordelen en 3 nadelen van elke evaluatiemethode

Hoe lang: 10 minuten

Klaar? Kies uit: lezen van de theorie (Methodisch begeleiden, thema 6) of werk verder aan je eindopdracht.

Slide 15 - Tekstslide

Wat zijn volgens jullie voor- en nadelen van de 3 manieren van evalueren?

Slide 16 - Tekstslide

Evalueren in je eindopdracht voor OSP
Uit de eindopdracht:

Slide 17 - Tekstslide

Evalueren in je eindopdracht voor OSP
Uit de rubric:


Slide 18 - Tekstslide

Evalueren in je eindopdracht voor OSP

Voor je BPV-eindopdracht voor OSP hoef je de evaluatie NIET echt te doen. Dit hoort meer bij de module evalueren (komt na de zomervakantie).

Voor je eindopdracht voor OSP moet je wel na gaan denken over wanneer je gaat evalueren (evaluatiemomenten), hoe (evaluatiemethode), welke product- en procesvragen neem je mee om te meten of de ondersteuning is geslaagd/ doel is bereikt en met wie je gaat evalueren. 

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag!
Je mag de rest van de les aan de slag met wat voor jou het meeste nut heeft. Zorg er wel voor dat je bezig bent met schoolzaken! 

Je kunt bijvoorbeeld denken aan:

  1. Extra lezen over de theorie van Evalueren (Methodisch Begeleiden, Thema 6)
  2. Werken aan de eindopdracht van OSP
  3. Werken aan Nederlands, Engels, Rekenen of Burgerschap
  4. Zoeken van een stage

Slide 20 - Tekstslide

Planning OSP
Tip: Schrijf elke les mee - pak elke week in de les en op stage de eindopdracht erbij en ga aan de slag met de benoemde stappen!

Deadline: Vrijdag 6 juni
Herkansing: Vrijdag 20 juni

Eerder klaar: gewoon inleveren voor feedback! 
Opdrachten staan open!

Tussendoor komen er feedbackmomenten:

- Peerfeedback: Vrijdag 23 mei
- Feedback docent: Vrijdag 30 mei


Slide 21 - Tekstslide

Ik snap het verschil tussen productevaluatie en procesevaluatie
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Welke lesstof is voor jou nog niet helemaal duidelijk geworden?

Slide 23 - Woordweb

Slide 24 - Tekstslide