H.2 Woordenschat - Stijlfiguren: Hyperbool, understatement, litotes en eufemisme

Woordenschat H.2 - Stijlfiguren (2)
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Woordenschat H.2 - Stijlfiguren (2)

Slide 1 - Tekstslide

Stijlfiguren

Maken een tekst of verhaal aantrekkelijker, net als beeldspraak en uitdrukkingen. 
Stijlfiguren gebruik je om iets te benadrukken. 

       Les 1: Repetitio en enumeratio 
       Les 2: Hyperbool, understatement, litotes en                              eufemisme

Slide 2 - Tekstslide

Hyperbool
Een hyperbool is een sterke overdrijving.
We hebben ons kapot gelachen.

Zijn ogen vielen uit zijn kassen toen hij zag dat iemand zijn auto had gestolen.

Slide 3 - Tekstslide

Eufemisme
Een verzachtende, verbloemende manier om iets te zeggen dat als kwetsend of als taboe ervaren kan worden.
Hij gaat creatief om met de waarheid.
Onze hond is gisteren heengegaan. 
De liefde bedrijven.
Interieurverzorgster



Slide 4 - Tekstslide

Understatement
Een afzwakking. Iets minder erg laten lijken dan het is. Vaak is dit grappig bedoeld.
Messi kan wel een aardig balletje trappen.
De baas van KLM heeft een leuk salaris.


Dat is een prima huisje

Slide 5 - Tekstslide

Litotes


Een begrip wordt omschreven door de ontkenning van het tegenovergestelde.


Dat was niet bepaald een succes.
Ze konden er niet om lachen.

Slide 6 - Tekstslide

Gisteren hebben we opa naar zijn laatste rustplaats gebracht.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement
D
litotes

Slide 7 - Quizvraag

Ik had een twee voor het proefwerk, ik had dus wel een paar foutjes gemaakt.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement
D
litotes

Slide 8 - Quizvraag

Je wordt doodgegooid met informatie over de verkiezingen.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement
D
litotes

Slide 9 - Quizvraag

Daar zit ik niet op te wachten.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement
D
litotes

Slide 10 - Quizvraag

Die miljonair heeft wel
een aardig optrekje.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement
D
litotes

Slide 11 - Quizvraag

De rommelmarkt was niet bepaald een succes.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement
D
litotes

Slide 12 - Quizvraag

Kijk naar de volgende zinnen. 
Wat bedoelt de spreker of schrijver eigenlijk?

Slide 13 - Tekstslide

Een man uit Meppel heeft vannacht ongewenst bezoek gehad.

Slide 14 - Open vraag

Deze wijk heeft te maken met probleemjongeren.

Slide 15 - Open vraag

Dat is geen overbodige luxe.

Slide 16 - Open vraag

Mijn vriendin is momenteel in between jobs.

Slide 17 - Open vraag

Waarom gebruiken mensen eigenlijk eufemismen?

Slide 18 - Open vraag

Ik kan hyperbolen, eufemismen, litotes en understatements herkennen en gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

Aan de slag!

H.2 Woordenschat
Stijlfiguren (2): hyperbool, understatement, eufemisme en litotes. 

Maken online: Opdracht 1, 2, 4, 5, 6 

Slide 20 - Tekstslide