Herhaling overtuigende teksten + actief formuleren

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Aan het einde van de les:

• weet je wat een overtuigende tekst is en hoe deze in elkaar steekt
• kun je 'actief formuleren'

Wat gaan we doen?

• Voorkennis ophalen over overtuigende teksten
• Stukje theorie: actief formuleren
• Oefenen met actief formuleren

±10 min. pauze

• Zelfstandig werken in Talent

Wat is een overtuigende tekst?

Wat is een voorbeeld van een overtuigende tekst?

1. Ingezonden brief
2. Column
3. Recensie
4. Een verkiezingsfolder van een politieke partij

Hoe zorg je er in een overtuigende tekst voor dat je je doel bereikt?

Je moet je telefoon bij je kunnen houden in de klas. (standpunt)
Verzin een argument.

Welk tekstverband geeft het signaalwoord 'omdat' aan?

1. Conclusie
2. Tegenstelling
3. Reden
4. Oorzaak - Gevolg

Welk tekstverband geeft het signaalwoord 'maar' aan?

1. Conclusie
2. Tegenstelling
3. Reden
4. Oorzaak - Gevolg

Welk tekstverband geeft het signaalwoord 'kortom' aan?

1. Conclusie
2. Tegenstelling
3. Reden
4. Oorzaak - Gevolg

Inleiding

Kern

Slot

Argumenten

Ten eerste, ten tweede, ten derde

Mening

Lezer nieuwsgierig maken

Conclusie

Kortom: ...

Voorbeelden

Wat weet je al van actief formuleren?
Wat is het? Wat doe je dan? Kun je een voorbeeld geven?

Actief formuleren

Actief formuleren

Als je actief formuleert, maak je duidelijk wie iets doet.

Actief formuleren

Als je actief formuleert, maak je duidelijk wie iets doet.

Degene die iets doet zet je vooraan in de zin.

Actief formuleren

Als je actief formuleert, maak je duidelijk wie iets doet.

Degene die iets doet zet je vooraan in de zin.

Energiedrankjes moeten door de minister verboden worden.

Actief formuleren

Als je actief formuleert, maak je duidelijk wie iets doet.

Degene die iets doet zet je vooraan in de zin.

Energiedrankjes moeten door de minister verboden worden.

Actief formuleren

Als je actief formuleert, maak je duidelijk wie iets doet.

Degene die iets doet zet je vooraan in de zin.

Energiedrankjes moeten door de minister verboden worden.

De minister moet die energiedrankjes verbieden.

Actief formuleren... waarom?

Actief formuleren... waarom?

1. Actief geformuleerde zinnen zijn makkelijker te lezen,
   omdat ze duidelijker zijn. 

Actief formuleren... waarom?

1. Actief geformuleerde zinnen zijn makkelijker te lezen,
   omdat ze duidelijker zijn. 
2. Meestal zijn actief geformuleerde zinnen korter.

Actief formuleren... waarom?

1. Actief geformuleerde zinnen zijn makkelijker te lezen,
   omdat ze duidelijker zijn. 
2. Meestal zijn actief geformuleerde zinnen korter.
3. Actief geformuleerde zinnen zijn overtuigender.

Deze reacties zijn door leerlingen geschreven op de schoolwebsite.

Door de leerlingenraad werd het voorstel voor een schooluniform afgekeurd.

Actief

(a)

(b)

Deze reacties zijn door leerlingen geschreven op de schoolwebsite.

Door de leerlingenraad werd het voorstel voor een schooluniform afgekeurd.

Actief

(a)

(b)

Deze reacties zijn door leerlingen geschreven op de schoolwebsite.

Door de leerlingenraad werd het voorstel voor een schooluniform afgekeurd.

Actief

Leerlingen...

(b)

Deze reacties zijn door leerlingen geschreven op de schoolwebsite.

Door de leerlingenraad werd het voorstel voor een schooluniform afgekeurd.

Actief

Leerlingen schreven deze reacties op de schoolwebsite.

(b)

Deze reacties zijn door leerlingen geschreven op de schoolwebsite.

Door de leerlingenraad werd het voorstel voor een schooluniform afgekeurd.

Actief

Leerlingen schreven deze reacties op de schoolwebsite.

De leerlingenraad...

Deze reacties zijn door leerlingen geschreven op de schoolwebsite.

Door de leerlingenraad werd het voorstel voor een schooluniform afgekeurd.

Actief

Leerlingen schreven deze reacties op de schoolwebsite.

De leerlingenraad keurde het voorstel voor een schooluniform af.

En nu voor jezelf (in je schrift)...

De hele klas werd door de mentor uitgenodigd voor een WhatsAppgroep. 

Anouk werd gebeld door de rector.

Die grote beker werd gewonnen door het schoolbasketbalteam.

Zelfstandig werken in Talent

§3.4 Schrijven en formuleren (p.40)

Opdracht 7 t/m 10 

Wat neem je mee uit deze les?