In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Van oorlog naar oorlog
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Spellen
Slide 3 - Tekstslide
Spellen
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Hoe kwam het tot een oorlog?
Slide 6 - Tekstslide
Wat kun je straks uitleggen?
Deelvraag: Welke oorzaken had de Eerste Wereldoorlog?
Wat is het verschil tussen een oorzaak en een aanleiding?
Welke landen deden mee aan de Eerste Wereldoorlog en waarom?
Hoe begon de Eerste Wereldoorlog?
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Oorzaak 1: Nationalisme
Nationalisme is trots zijn op je eigen volk en land. Nationalisme kan ook extreem worden: óns land is het beste land, andere landen zijn minder.
Nationalistische gevoelens kunnen ook voort komen uit wraak. Zo wilden vele Fransen wraak nemen op de Duitsers omdat ze de oorlog van 1870-1871 hadden verloren en Elzas-Lotharingen moesten afstaan aan Duitsland.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Oorzaak 2: Modern Imperialisme
Hiermee wordt bedoeld dat West-Europese landen uit waren op het uitbreiden van het koloniale bezit. 'Modern' slaat op het feit dat deze ontwikkeling zich vanaf de 2e helft van de 19e eeuw voordeed.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Oorzaak 3: Bondgenootschappen
Het nationalisme zorgde voor spanningen. Landen wilden meer macht maar waren ook bang voor elkaar, Daarom gingen ze bondgenoten zoeken.
Nog voor WO I hadden Frankrijk, Engeland en Rusland de 'Triple Entente' gesloten. Zij zouden tijdens WO I de Geallieerden worden genoemd. De Duitsers hadden zich met Oostenrijk-Hongarije en Italië verenigd in de 'Driebond'.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Oorzaak 4: Militarisme
Militairen stonden in hoog aanzien:
Militaire waarden als je opofferen, vaderlandsliefde, eer en steun aan de keizer/koning speelden een grote rol;
De militaire uitgaven van de landen bedroegen vaak meer dan de helft van het nationale inkomen;
Regeringen waren vaak in handen van de militairen.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Oorzaak 5: Wapenwedloop
Strijd tussen landen om wie de meeste en krachtigste wapens heeft
Slide 19 - Tekstslide
De aanleiding
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Wat is een aanleiding?
Juiste antwoord
De meest directe reden voor een bepaalde gebeurtenis
De reden(en) voor een bepaalde gebeurtenis
De veranderingen door / na een bepaalde gebeurtenis
Slide 22 - Sleepvraag
Welk begrip past bij de daad van Gavrilo Princip en de Zwarte hand?
Juiste antwoord
De aanslag was een indirecte oorzaak van de Eerste Wereldoorlog
De aanslag was de aanleiding van de Eerste Wereldoorlog
De aanslag was de directe oorzaak van de Eerste Wereldoorlog
De aanslag was het gevolg van de Eerste Wereldoorlog
Slide 23 - Sleepvraag
Welke zinnen over de aanslag in Sarajevo zijn waar?
Juiste antwoord
Wapenwedloop
Nationalisme
Bondgenootschappen
Kolonialisme
Slide 24 - Sleepvraag
Geallieerden
Centralen
Neutraal
Nederland
Duitse rijk
Frankrijk
Rusland
Servie
Oostenrijk- Hongarije
Spanje
Groot-Brittannie
Ottomaanse rijk
Slide 25 - Sleepvraag
Blz. 84 tm 86 Opdr. 1 t/m 4, 8 en 10.
Slide 26 - Tekstslide
Zandzakken waren gevuld met aarde en modder, en waren bedoeld om de soldaten te beschermen
In het begin van de oorlog waren de rantsoenen nog wel redelijk, maar naarmate de oorlog langer duurde, was er ook steeds minder (goed) eten.
Als de soldaten niet hoefden te vechten, speelden ze bijvoorbeeld met kaarten.
Behalve de vijand hadden de soldaten veel last van ongedierte, zoals ratten en vlooien. Sommige soldaten kwamen de tijd tussen de gevechten door met het doden van ratten.
Honden hielden de soldaten niet alleen gezelschap, ze bezorgden ook boodschappen tussen de verschillende loopgraven.
Soldaten konden vaak alleen maar overdag slapen, omdat 's nacht een goed moment was om de loopgraven van de vijanden te bespioneren.
Met een periscoop konden de soldaten de vijand bekijken, zonder grote risico's te nemen. Een periscoop werkt met spiegels.
Er zijn duizenden brieven en dagboeken van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog bewaard gebleven. Dit zijn tegenwoordig belangrijke en waardevolle bronnen.
Voor de veiligheid van de soldaten waren de loopgraven in zigzag-vorm.
Tussen de Noordzee en de Zwitserse grens (Westfront) wordt 40.000km aan loopgraven aangelegd.
Het gebied tussen de loopgraven wordt in vier jaar tijd compleet omgeploegd. Er ontstaat een niemandsland.
Op wacht staan was één van de belangrijkste taken die je kon krijgen. Op het in slaap vallen tijdens de wacht stonden zeer zware straffen.
Behalve vechten en wacht houden, waren er nog genoeg andere vervelende klusjes in een loopgraaf, zoals zandzaken bijvullen, prikkeldraad repareren of het leegmaken van de latrines (wc's)