Klas 1 - H5 - Getting Started

Chapter 5: Your World
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Chapter 5: Your World

Slide 1 - Tekstslide

Theme 5
(your world)

- After this lesson you will know names of animals and words for animal body parts. You also know how to use them correctly.

Slide 2 - Tekstslide

What will this chapter be about?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

What animals do you already know?

Slide 5 - Woordweb

mostly green, can jump and lives in water
A
princess
B
frog
C
hippopotamus
D
crocodile

Slide 6 - Quizvraag

produces wool
A
cow
B
horse
C
sheep
D
camel

Slide 7 - Quizvraag

Is big and produces milk for human consumption
A
horse
B
elephant
C
bull
D
cow

Slide 8 - Quizvraag

Has got eight legs
A
spider
B
caterpillar
C
ant
D
fly

Slide 9 - Quizvraag

A large cat-like animal with black stripes.
A
zebra
B
cheeta
C
tiger
D
lion

Slide 10 - Quizvraag

Has feathers, wings and is able to fly
A
dragonfly
B
pinguin
C
butterfly
D
bird

Slide 11 - Quizvraag

Insect that produces honey
A
wasp
B
ant
C
fly
D
bee

Slide 12 - Quizvraag

Large animal with a horn on the top of its nose.
A
elephant
B
rhino
C
hippopotamus
D
buffalo

Slide 13 - Quizvraag

big grey animal with a trunk and big ears
A
rhino
B
hippopotamus
C
elephant
D
mouse

Slide 14 - Quizvraag

animal that loves cheese and is related to Micky.
A
rat
B
mouse
C
ferret
D
hamster

Slide 15 - Quizvraag

Herhaling: Plurals

Slide 16 - Tekstslide

Hoe maak je meervouden in het Engels?
De algemene regel is:
Zet een -s achter het zelfstandig naamwoord.
Voorbeeld:
One boy --> two boys
One apple --> three apples
One house --> four houses
Onthoud: nooit 's! 

Slide 17 - Tekstslide

Woorden die eindigen op medeklinker+y
Natuurlijk zijn er uitzonderingen op de algemene regel.
De uitzonderingen zijn: 
1. Eindigt het woord op medeklinker + Y --> meervoud wordt -ies
Voorbeeld: 
One hobby --> two hobbies
One story --> three stories

Slide 18 - Tekstslide

Woorden die eindigen op een s-klank
2. Eindigt woord op -s, -ss, -sh, -tch, -x --> meervoud wordt -es
Voorbeeld:
one bus --> two buses 
one business --> two businesses
one wish --> two wishes
one witch --> two witches
one box --> two boxes 

Slide 19 - Tekstslide

Woorden die eindigen op f(e)
3. Eindigt het woord op -f(e) --> meervoud wordt -ves
Voorbeeld:
one knife - two knives
one wife - three wives
one life - four lives
one calf - ten calves

Slide 20 - Tekstslide

Onregelmatige woorden:
Volgende woorden veranderen in spelling, leer deze goed!!
one man - two men
one woman - two women
one child - two children
one mouse - two mice
one foot - two feet
one sheep - two sheep



Slide 21 - Tekstslide

Wat is het meervoud van girl?
A
Girl's
B
Girl
C
Girls
D
A,B,C zijn goed

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het meervoud van knife
A
Knifes
B
Knive
C
two pairs of knife
D
Knives

Slide 23 - Quizvraag

Wat is het meervoud van man?
A
Mans
B
Man's
C
Man
D
Men

Slide 24 - Quizvraag

READING
Practice makes perfect

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide