4.2. De macht van koningen BB

4.2. De macht van koningen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

4.2. De macht van koningen

Slide 1 - Tekstslide

Start van de les!
Bij de start van de les heb je op tafel:
- Je boek Plein M (blz. 127)
- Je pen/etui

timer
1:30

Slide 2 - Tekstslide

Wat we doen:
  • Doelstellingen
  • Meer macht voor de koning
  • De macht op één plek
  • Burgers willen inspraak
  • De machtige Kerk
  • Kruistochten

Slide 3 - Tekstslide

Doelstellingen:
  • weet je hoe koningen hun staten meer als eenheid en vanuit één plek gingen besturen;
  •  begrijp je waarom burgers in steden meer inspraak wilden;
  • begrijp je hoe machtig de kerk was in de samenleving; 
  • weet je wat de kruistochten zijn en kun je uitleggen waarom deze plaatsvonden.

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de hoofdstad van Nederland?
(vul het antwoord in bij 1a)

Slide 5 - Open vraag

In welke stad zit de regering van Nederland?
(Vul het antwoord in bij 1b)

Slide 6 - Open vraag

Vul de antwoorden in bij 1c.
In de meeste landen zit de regering wel/niet in de hoofdstad van het land.

Dit geldt ook/niet voor Nederland

Slide 7 - Tekstslide

Meer macht voor de Koning
  • Hoe zat het ook alweer met Floris V?
  • Edelen in Europa luisteren niet meer naar de Koningen.
  • Dit veranderen toen Koningen (door belastinggeld) zelf ridders konden inhuren.
  • Koningen maakten wetten, stelden rechters aan voor het hele land.
  • Een gebied werd steeds meer als één geheel bestuurd
    Dit noemen we staatsvorming

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Macht op één plek
  • Door staatsvorming ontstaan grote staten met dezelfde regels, belasting en straffen.
  • Het land wordt bestuurd vanuit één plek. Vaak een groot paleis in de hoofdstad (vaak een centrale plek)
  • Dit noemen we centralisatie 

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken opdracht 2 en 3
We kijken samen na! Hulp nodig? Laat het weten!

Klaar? Maak 4.2. herhaling opdracht 1: Meer macht (blz. 132)



timer
6:00

Slide 11 - Tekstslide

Burgers willen inspraak
  • Burgers willen in ruil voor belasting meer terug dan alleen stadsrechten. Ze wilden inspraak .
  • Koningen hielden een vergadering met edelen, geestelijken en burgers. Zo kon iedereen advies geven.
  • In Frankrijk heet deze vergadering de Staten-Generaal.
    In Engeland heet deze vergadering het Parlement.

Slide 12 - Tekstslide

Maria van Bourgondië
  • Kroonprinses wordt Koningin van een groot deel van Nederland, Belgie, Luxemburg en delen van Frankrijk en Duitsland. 

  • Ze is enorm populair

  • Andere Koningen willen met haar trouwen. Zo kunnen ze hun gebied uitbreiden zonder oorlog te voeren. 

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken opdracht 4 en 5
We kijken samen na! Hulp nodig? Laat het weten!

Klaar? Maak 4.2. herhaling opdracht 1: Meer macht (blz. 132)



timer
6:00

Slide 14 - Tekstslide

De machtige kerk
  • In de middeleeuwen was de kerk heel machtig
  • Dood was belangrijker dan het leven op aarde, dus leven volgens de regels van het Christendom was heel belangrijk.
  • Mensen moeten bidden en geld geven aan de kerk.  
  • Leven je goed kom je in de hemel, leef je slecht dan ga je naar de hel. 
  • Meeste koningen zijn Christelijk. Niet-Christenen werd gestraft, soms levend verbrandt. 

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken opdracht 6 en 7.
We kijken samen na! Hulp nodig? Laat het weten!

Klaar? Maak 4.2. herhaling opdr. 2:  Het Christendom(blz. 132)



timer
7:00

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Kruistochten
  • Jeruzalem is een belangrijke stad voor Christen en Moslims (en Joden).
  • Moslims verover de stad op de Christenen
  •  De Paus roept Christenen op om gewapend naar jeruzalem te trekken.
  • De tochten worden de kruistochten genoemd.
  • De Moslims weten de kruisvaarders te verdrijven. 

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken opdracht 8 
We kijken samen na! Hulp nodig? Laat het weten!

Klaar? Begin alvast met de herhaling: Het Christendom, blz. 132. 
Herhaling klaar, maak de Verdieping (blz. 133)



timer
4:00

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag!
Maken herhaling en verdieping.
We kijken samen na! Hulp nodig? Laat het weten!

Klaar? Begin alvast met de herhaling, blz. 125 en 126) 




timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide

In welke tijd ontstaan de meeste steden?
De tijd van ....
A
Regenten en vorsten
B
Grieken en Romeinen
C
Steden en staten
D
Jagers en verzamelaars

Slide 21 - Quizvraag

De tijd van steden en staten is van.... tot.....?
A
10.000 v. Chr. - 3000 v. Chr.
B
3000 v. Chr. - 500 n. Chr.
C
500 n. Chr. - 1000 na. Chr.
D
1000 n. Chr. - 1500 n. Chr.

Slide 22 - Quizvraag

Hoe noemen de gewapende tochten van Christenen om land op niet-Christenen te veroveren?

Slide 23 - Open vraag

Leg uit wat inspraak is?

Slide 24 - Open vraag

Wat betekent centralisatie?

Slide 25 - Open vraag

Waarom luisterden de Christenen naar de leiders van Kerk?

Slide 26 - Open vraag

Noem iets dat je deze paragraaf hebt geleerd.

Slide 27 - Open vraag

Wat vind je van deze paragraaf?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Waarom vind je dat?

Slide 29 - Open vraag