5.4 automatische schakelingen

5.4 Automatische schakeling
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

5.4 Automatische schakeling

Slide 1 - Tekstslide

Programma van de les
Opdracht voorkennis paragraaf 1-3

Uitleg paragraaf 5.4
- Verlengde instructie

Zelfstandig aan de slag (& hw controle)

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht voorkennis paragraaf 1-3
Ga in een groepje met minimaal 4 leerlingen zitten. Bespreek met elkaar de vragen die op het werkblad staan. Zorg dat bij elke vraag een door iedereen uitlegbaar antwoord staat. 

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Leerlingen kennen de onderdelen van een automatische schakeling
  • De leerlingen weten wat een transistor is en kunnen beschrijven hoe deze werkt. 
  • De leerlingen kunnen schakelingen maken met een transistor

Slide 4 - Tekstslide

schuifdeuren
waterkoker
Automatische schakelen

Slide 5 - Tekstslide

onderdelen automatische schakeling
  1. Sensor             Neemt waar & produceert een elektrisch                                          signaal  (b.v. LDR of NTC)
  2.  Schakelaar   Reageert op het signaal van de sensor                                               (schakelt stroom in of uit)
  3. Actuator        Voert gewenste actie uit (bv. lamp gaat aan of                                alarm gaat aan)

Slide 6 - Tekstslide

Sensoren

LDR (lichtsensor bij een lamp die in het donker aan gaat)

Meer licht --> lagere weerstand



NTC (in een thermostaat, op een koeler in de computer)

Hogere temperatuur --> lagere weerstand

Slide 7 - Tekstslide

Transistor
Transistor heeft 3 aansluitpunten:

Basis
Collector
Emitter

Slide 8 - Tekstslide

Transistor
Transistor heeft 3 aansluitpunten:
* Basis
* Collector
* Emitter

UIT: Geen stroom op Basis => geen stroom van Collector naar Emitter

AAN: Stroom op Basis => stroom gaat lopen van Collector naar Emitter

Slide 9 - Tekstslide

Waarom een transistor
  • Automatisch aan/uit zetten schakeling
  • Goedkoper dan een relais
  • Gebruikt minder energie
  • Nadeel: alleen lage spanning!

Werking:
  • De basis (B)
  • De collector (C) ; 
  • De Emitter (E)

Slide 10 - Tekstslide

Transistor

kan een actuator aan/uit zetten

= een automatische schakelaar



De transistor krijgt een klein beetje stroom op de Basis, dan kan er een grote stroom lopen van de Collector naar de Emitter



Met een kleine stroom (van B naar E) kan je een grote stroom laten lopen (van C naar E)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

veel licht
weinig licht
 tip: weinig licht --> LDR hogere weerstand
1. waarom gaat het licht aan als het donker is 
2. welke component is de actuator in deze schakeling?

Slide 13 - Tekstslide

Hoeveel "pootjes" heeft de transistor?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 14 - Quizvraag

Wat zijn de onderdelen van een transistor?
A
Basis, Collector, Emitter
B
Actuator, Sensor, Schakelaar
C
Actuator, Basis, Collector
D
Collector, Detector, Emitter

Slide 15 - Quizvraag

Een transistor wordt opgenomen als schakelaar. Door welk onderdeel wordt de transistor bediend?
A
Basis
B
Emitter
C
Collector
D
Een draadje

Slide 16 - Quizvraag

Wat is geen stroomrichting in een transistor
A
basis --> collector
B
basis --> emitter
C
collector - emitter

Slide 17 - Quizvraag

Bij een inbraakalarm is het alarm de:
A
Sensor
B
Verwerker
C
Actuator

Slide 18 - Quizvraag

Samenvatting
Automatische schakeling heeft 3 onderdelen:
  • sensor
  • schakelaar
  • actuator
Transistor is een automatische schakelaar
  • als er een kleine stroom loopt van de Basis naar de Emitter
  • kan een grote stroom lopen van de Collector naar de Emitter

Slide 19 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag
Alles begrepen?
Maak nu paragraaf 5.4 & kijk na

Nog vragen? 
We maken een groepje voorin het lokaal om de schakelingen nog eens door te lopen.  

Slide 20 - Tekstslide