2.1 Botten [H2 Bewegen]

Welkom!

1. Introductie (nieuw hoofdstuk)
2. Bottenbingo
3. Waarvoor dient het skelet
4. Het skelet algemeen
5. Het skelet wervels en kootjes
6. Waar zijn botten van gemaakt
7. Groeischijven
8. Quiz?

Het skelet:



1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

1. Introductie (nieuw hoofdstuk)
2. Bottenbingo
3. Waarvoor dient het skelet
4. Het skelet algemeen
5. Het skelet wervels en kootjes
6. Waar zijn botten van gemaakt
7. Groeischijven
8. Quiz?

Het skelet:



Slide 1 - Tekstslide

H2 Bewegen > 2.1 Botten
het skelet, wervels en groeischivjen

Slide 2 - Tekstslide

Waarvoor dient het skelet?

Slide 3 - Tekstslide

Waarvoor dient het skelet
1. Stevigheid (anders ben je net een pudding!)
2. Vorm (bv. de vorm van je schedel bepaald de vorm van je hoofd)
3. Bescherming (bv. de borstkas beschermt je hart en longen)
4. Beweging mogelijk maken (aan botten zitten spieren vast, dankzij spieren kunnen botten > en dus het lichaam, bewegen)

Slide 4 - Tekstslide





                                                        De wervelkolom: een dubbele S-vorm

Slide 5 - Tekstslide

Maar waarvan is bot gemaakt?

Slide 6 - Tekstslide

Bot is gemaakt van....
Samen kijken:
Been (wordt gemaakt door beencellen)
Beenmerg
Kalk en lijmstof
Kraakbeen
(en: twee soorten botten > pijpbeenderen en platte beenderen
OOK DIT KOMT STRAKS TERUG IN DE QUIZ

Slide 7 - Tekstslide

Groeischijven
Dit zijn cirkels van kraakbeen, hierin wordt in 'jongeren' (van baby tot jongvolwassenen ~ max 25 jaar) kraakbeen omgezet in nieuw hard bot.
Je wordt langer!

Slide 8 - Tekstslide

Botten oefenen met de laptop
Ga naar :
biologiepagina.nl
en volg mijn instructies

Slide 9 - Tekstslide

Wat is geen functie van het skelet?
A
Stevigheid
B
Bloed rond pompen
C
Bescherming
D
Beweging

Slide 10 - Quizvraag

Hoe heet het onderste botje van de wervelkolom
A
Lendenbotje
B
Borstbotje
C
Staartbeen
D
Heiligbeen

Slide 11 - Quizvraag

Een bot bevat heel veel lijmstof, wat kan je over dit bot zeggen?
A
Het is van een bot vanouder persoon
B
Het is een heel stijf bot
C
Het zijn 2 botten die aan elkaar vast zitten
D
Het bot is waarschijnlijk een beetje bewegelijk

Slide 12 - Quizvraag

Hoe noem je de vorm die de wervelkolom van mensen heeft?
A
de dubbele s-vorm
B
de L-vorm
C
de heuvel-vorm
D
de kraakbeenvorm

Slide 13 - Quizvraag

Hoe heten de cirkels van kraakbeen die leerlingen van klas 1B nog in hun benen of bv. vingers hebben.
A
kraakbeencirkels
B
groeischijven
C
rekschijven
D
bamischijven

Slide 14 - Quizvraag

Hoe heet het gedeelte dat stevigheid geeft aan de wervelkolom?
A
het wervelgat
B
het stevigheidsgat
C
het wervellichaam
D
de kraakbeenschijf

Slide 15 - Quizvraag

Kraakbeen veranderd vanaf jouw geboorte steeds meer in been. Hoe noem je dit proces?
A
Verharding
B
Volharding
C
Verbening
D
Versteviging

Slide 16 - Quizvraag

Voorbereiden op de quiz?
- Lezen 2.1
- Maken opdrachten 2.1 werkboek
- Vragen? Vinger omhoog en ik kom langs! (wel eerst zelf proberen)

Goed aan het werk = aan het einde een quiz!


Slide 17 - Tekstslide

Bedankt voor jullie aandacht!



Slide 18 - Tekstslide