Rechtspraak verklaring omtrent gedrag

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen 
  • Rechtspraak
  • Rechtszaak
  • Rechters 
  • Openbaar ministerie en advocaten
  • Hoger beroep
  • Strafblad en evt. VOG

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wie is wie?

  1. Verdachte
  2. Rechter
  3. Advocaat
  4. Getuige(n)
  5. Pers
  6. Publiek
  7. Officier van Justitie
  8. Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek

Slide 4 - Tekstslide

Rechtszaken
Rechtszaak:
conflict wordt aan de rechter voorgelegd
bijvoorbeeld overtreding van de wet of burenruzie
Rechtbank:
de instantie waar de rechtszaak plaatsvindt
rechters werken voor de rechtbank

Slide 5 - Tekstslide

Rechtspraak
Het nemen van een beslissing door een rechter in een conflict.
Voorwaarden voor eerlijke rechtspraak.
Rechters:
behandelen iedereen gelijk
zijn onafhankelijk
zijn onpartijdig
zijn objectief

Slide 6 - Tekstslide

Rechtspraak
Openbaar ministerie (OM), de instantie die ervoor moet zorgen dat mensen voor de rechter verschijnen.

Officier van justitie, werkt voor het OM en beslist of iemand voor de rechter moet komen.

Slide 7 - Tekstslide

Rechtsspraak
Rechtsbronnen, een wet, verdrag of andere bron waarop de rechter zijn uitspraak baseert.
De wet
Een internationaal verdrag
Jurisprudentie: de verzameling uitspraken die rechters eerder hebben gedaan.



Slide 8 - Tekstslide

Wel of niet naar de rechter
Seponeren=niet vervolgen
Schikken of transactie=boete geven
Vervolgen=rechtszaak

Strafbeschikking=bij bepaalde kleinere vergrijpen kan het OM zelf een straf opleggen. Er hoeft dan geen rechter aan te pas komen.

Slide 9 - Tekstslide

De Verdachte
Wanneer is iemand “ verdachte”? Als er een redelijk vermoeden is dat iemand een strafbaar feit heeft gepleegd.
Wanneer is er sprake van een redelijk vermoeden?
- Als je op heterdaad betrapt bent
- Als er aangifte is gedaan en jouw naam is genoemd

Slide 10 - Tekstslide

Verklaring omtrent gedrag
Voor sommige stages is een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) nodig. In bijvoorbeeld de kinderopvang, is dit wettelijk verplicht. 

Een VOG is een verklaring waaruit blijkt dat jouw (justitiële) verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke functie in de samenleving. Bij de beoordeling van een VOG-aanvraag kijkt Justis of u strafbare feiten op uw naam heeft staan die een risico vormen voor de het doel waarvoor u de VOG aanvraagt.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat is een VOG

Slide 13 - Open vraag

In Nederland wordt te zwaar gestraft
A
helemaal mee eens
B
mee eens
C
niet mee eens
D
helemaal niet mee eens

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video

Doel van straffen
1. Afschrikking van de dader en de samenleving: als je een dader een hoge straf geeft, hoop je dat de dader daarvan schrikt en geef je meteen ook het goede voorbeeld aan de samenleving.

2. Heropvoeding/ Resocialisatie: het opnieuw aanleren van waarden en normen. 
3. Beveiligen van de samenleving: zolang de dader vastzit kan hij niet opnieuw criminaliteit plegen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wat is het doel van straffen?

Slide 18 - Woordweb

welke straffen kent het strafrecht?

Slide 19 - Woordweb

Het Nederlandse strafrecht kent als straffen (meerdere antwoorden)
A
Hoofdstraffen
B
Bijkomende straffen
C
Maatregelen
D
Lijfstraffen

Slide 20 - Quizvraag

De Hoofdstraffen zijn
A
gevangenis, hechtenis, taakstraf en geldboete
B
Taakstraf, gevangenis en maatregelen
C
vrijheidsstraf, verbeurd verklaring en TBS
D
TBS, reclassering en vrijheidsstraf

Slide 21 - Quizvraag

Voorbeelden van bijkomende straffen zijn
A
TBS, ontzegging rijbevoegdheid
B
ontzeg. Rijbevoegdheid, verbeurdverklaring
C
Reclasseringstoezicht, Taakstraf
D
ontzeg.rijbevoegdheid, taakstraf

Slide 22 - Quizvraag

Wat kost een dag in de gevangenis voor een volwassene
A
niets, de gevangene moet werken voor zijn onderhoud
B
100 euro per dag
C
200 euro per dag
D
500 euro per dag

Slide 23 - Quizvraag

wat kost een dag in de gevangenis voor een jongere
A
niets
B
250 euro
C
550
D
1000

Slide 24 - Quizvraag

waarom zou een jongere in de gevangenis duurder zijn?

Slide 25 - Open vraag

Op de stoel van de rechter
Je krijgt dadelijk een aantal casussen. Welke straf vind jij een passende straf vindt voor dit vergrijp? Haal die straf van de strafthermometer. Zet de straf in de chat. Denk goed na waarom je dat een passende straf vindt. Aan het einde van de casus checken we de uitspraak.
!

Slide 26 - Tekstslide

Casus 1
Wiet verkoop aan een toerist in Amsterdam.
Julia is in Amsterdam opgepakt toen ze een zakje wiet verkocht aan een toerist. De rechter vindt dat Julia schuldig is. Welke straf zou de rechter aan Julia moeten geven?

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

uitspraak casus 1

Slide 29 - Tekstslide

uitspraak casus 1
Julia heeft taakstraf gekregen van 30 uur

Slide 30 - Tekstslide

casus 2
Jeroen (32) heeft een juwelierszaak overvallen met een pistool. Jeroen sloeg de juwelier met het pistool op zijn hoofd. Jeroen heeft op mensen geschoten toen hij wegrende uit de juwelierszaak. Hij heeft daarbij iemand in de arm geraakt.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

uitspraak casus 2

Slide 33 - Tekstslide

uitspraak casus 2
jeroen heeft een gevangenisstraf gekregen van  8 jaar

Slide 34 - Tekstslide

casus 3
Jadee (19) heeft met oud en nieuw illegaal vuurwerk (een mortierbom) afgestoken in het centrum van IJsselstein. Het kostte de gemeente 760€ om de schade te herstellen

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

uitspraak casus 3

Slide 37 - Tekstslide

uitspraak casus 3
De rechter vindt Jadee schuldig. Hij kreeg een straf:
120 uur taakstraf (en terugbetalen 760€)
Bijkomend: gaat hij nog eens in de fout dan kan hij rekenen op een extra gevangenisstraf van 3 maanden

Slide 38 - Tekstslide

casus 4
Jenna (14) werd verdacht van dierenmishandeling, maar de politie heeft dat nooit bewezen. Toen de politie kwam werd Jenna zo boos dat ze een agent in het gezicht spuugde en zo hard tegen de politieauto trapte dat het dashboard kapot is gegaan.

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

uitspraak casus 4

Slide 41 - Tekstslide

uitspraak casus 4
De rechter vindt dat Jenna schuldig is aan vernieling en belediging van een agent. De straf is:
50 uur taakstraf

Slide 42 - Tekstslide