▪ Verken de tekst
▪ Lees de kop (en tussenkopjes)
▪ Zijn er foto’s die de tekst ondersteunen? Lees het onderschrift
▪ Wat weet je al over het onderwerp?
▪ Bekijk hoeveel alinea’s er zijn
▪ Elke alinea begint of eindigt met een belangrijke zin. Ga op zoek naar deze
zinnen en schrijf ze op
▪ Zoek belangrijke woorden. Als je ze niet begrijpt, probeer de betekenis te
achterhalen aan de hand van de tekst of zoek deze op
▪ Lees de hele tekst door
▪ Vat de tekst samen in een aantal zinnen