Snijplanken keuken

Hygiëne in de keuken
Snijplanken
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Consumptieve techniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hygiëne in de keuken
Snijplanken

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les:
Je kan 6 kleuren snijplanken benoemen met bij elke plank 1 product dat je op die plank moet snijden.

Je kan benoemen waarom we in de keuken verschillende snijplanken gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Wij hebben thuis:
A
1 snijplank
B
Verschillende kleuren snijplanken
C
2 snijplanken
D
Weet niet of we snijplanken hebben

Slide 3 - Quizvraag

Welke kleuren snijplanken ken jij?

Slide 4 - Open vraag

In de professionele keuken 



6 kleuren snijplanken

Slide 5 - Tekstslide

Waarom hebben we 6 kleuren snijplanken?
A
Iets met hygiene
B
Staat vrolijk in de keuken
C
Met veel kleuren weet je welke je als laatste vies hebt gemaakt
D
geen idee

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Vraag
"Stel je voor: je snijdt rauwe kip op een snijplank en daarna gebruik je dezelfde plank en hetzelfde mes om een tomaat te snijden voor een salade. Wat kan er dan gebeuren waardoor mensen ziek kunnen worden?"

Schrijf op.

Slide 8 - Tekstslide


                                     =

 
                                     =


 
                                          =

 
                                    =



                                          =


                                      =

Slide 9 - Tekstslide

Waar gebruik je de blauwe plank voor?
A
Vlees
B
Groente
C
Vis
D
Fruit

Slide 10 - Quizvraag

Waar gebruik je de bruine plank voor?
A
Gegaard vis
B
Gegaard vlees
C
Gestoomde groente
D
Vlees

Slide 11 - Quizvraag

Waar gebruik je de groene plank voor?
A
groente en vlees
B
fruit en groente
C
brood en kaas
D
groente en eieren

Slide 12 - Quizvraag

Waar gebruik je de gele plank voor?
A
kip
B
ei
C
kaas
D
meloen

Slide 13 - Quizvraag

Waar gebruik je de rode plank voor?
A
Rauw vlees
B
Gebraden vlees
C
Groente
D
Vis

Slide 14 - Quizvraag

Een witte snijplank is voor kaas, brood en zuivel
A
waar
B
niet waar
C
maakt niets uit
D
waar, maar niet voor brood

Slide 15 - Quizvraag

Praktijk opdracht
Leg de producten bij de juiste planken.

Slide 16 - Tekstslide

Lesdoel behaald?
Vul je opdracht verder in.

Samen nakijken.

Slide 17 - Tekstslide

Met welke doek hoor je de vaat af te drogen?
A
Handdoek
B
Werkdoek
C
Vaatdoek
D
Theedoek

Slide 18 - Quizvraag

Wat voor mes is dit?
A
vleesmes
B
groente mes
C
broodmes
D
schilmes

Slide 19 - Quizvraag

Wat is dit voor een doek?
A
Vaatdoek
B
Werkdoek
C
Theedoek
D
Handdoek

Slide 20 - Quizvraag

Wat is dit voor een doek?
A
Theedoek
B
Werkdoek
C
Handdoek
D
Vaatdoek

Slide 21 - Quizvraag

Wat is dit voor een doek?

A
Werkdoek
B
Theedoek
C
Handdoek
D
Vaatdoek

Slide 22 - Quizvraag

Waarom starten we met handen wassen voordat we beginnen met koken?

Slide 23 - Open vraag

Zet in de juiste volgorde als je begint te werken in de keuken :
ingrediënten pakken, recept lezen, handen wassen,
schort omdoen

Slide 24 - Open vraag

Wat voor mes is dit?
A
schilmesje
B
office mes
C
broodmes
D
vleesmes

Slide 25 - Quizvraag

Waar gebruik je dit voor?

Slide 26 - Open vraag

Waarvoor dient het?
1. theedoek 2. handdoek 3. vaatdoek

Slide 27 - Open vraag

Waarom moeten lange haren in een staart
A
Veiligheid
B
Hygiëne
C
Netheid
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 28 - Quizvraag

Noem 4 onderdelen van het afwassen in de goede volgorde

Slide 29 - Open vraag

Wat is het nut van voorspoelen
A
Hygiënischer, wordt het afwaswater niet zo vies,
B
Dan kun je sneller werken
C
Dat is nergens voor nodig
D
Niet doen, dat kost teveel water

Slide 30 - Quizvraag

Waarom moet je goed afdrogen
A
Anders plakt alles aan elkaar
B
Anders krijg je bacteriewerking
C
Anders trekken de glazen vacuüm
D
Alle 3 antwoorden zijn goed

Slide 31 - Quizvraag