p1 les4 haben zahlen

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Herzlich Willkommen
p1 les4: haben zahlen vergelijken

Slide 2 - Tekstslide

Heute (vandaag) 
- Rückblick
- Hören
- Haben
- Zahlen
- Vergleichen

Slide 3 - Tekstslide

Lernziele Heute
Am Ende der Stunde:
- ken je het werkwoord haben beter en kan je haben und sein toepassen in de tegenwoordige tijd
- kan je tellen tot 31, en getallen herkennen en gebruiken
- ken je de trappen van vergelijking




Slide 4 - Tekstslide

Letzte Stunde
- Sein geübt, haben & mögen erklärt
- Wortschatz Persönliche Informationen besprochen
und damit geübt: sprechen und Lesetext

Slide 5 - Tekstslide

Geef antwoord op de vraag: Wie alt bist du?

Slide 6 - Open vraag

Geef antwoord op de vraag: Wann hast du Gebrutstag?

Slide 7 - Open vraag

Wat betekent: Wie bitte?

Slide 8 - Open vraag

Geef antwoord op de vraag: Was ist dein Hobby?

Slide 9 - Open vraag

Hörübungen
Mein Avatar und ich: S.18, Aufg. 1,2,3
Tipps gegen Langeweile, S. 36, Aufg 1, 2, 3

Slide 10 - Tekstslide

Zahlen
20 = zwanzig
30 = dreißig
40 = vierzig
50 = fünfzig
60 = sechzig
70 = siebzig
80 = achtzig
90 = neunzig
100 = hundert
1000 = tausend

Slide 11 - Tekstslide

Zahlen + Personalpronomen

Slide 12 - Tekstslide

Zahlen
Machen: S. 17
Aufgabe 6, 7, 8, 9

Slide 13 - Tekstslide

Vergleichen
De trappen van vergelijking:

klein - kleiner - am kleinsten
schnell - schneller - am schnellsten

Slide 14 - Tekstslide

Vergleichen
Zur dritt.
In het drietal vergelijk je jezelf op verschillende manieren
Schrijf de vergelijkingen op die jullie met elkaar kunnen verzinnen (3, 4, 5 of meer!)

Zoek het Duitse woord van de vergelijking
Schrijf ze dan op 3 a4tjes op en verdeel die volgens de vergelijking

Slide 15 - Tekstslide

Haben

Slide 16 - Tekstslide

Haben und sein
Aufgaben NK. S.42/43 (18, 19, 20)
S.44 (23)
S.46 (26)

Slide 17 - Tekstslide

An die Arbeit

Leren: Die Zahlen (S.29) + rijtje dat je vandaag hebt geleerd (30=40-50 etc)
Maken: Die Familie (S.74)



Selbständig arbeiten


in Ruhe! 

Slide 18 - Tekstslide

Nächste Stunde
- Schwache Verben (feesttenten)
- Familie umschreiben

Slide 19 - Tekstslide