TLK LE03 les 3 CZS

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
TrainingskundeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik les 3:
- coordinatieve vermogens
- trainingspijlers
- techniek

Slide 2 - Tekstslide

4 trainingspijlers

Slide 3 - Woordweb

Kinestetisch differentiatie v
koppelingsv
schakelv
v. om bewegingen aan te passen bij een veranderende situatie
v. om beweging te koppelen aan vervolgbeweging
v om op gevoel kleine aanpassingen te maken zodat de beweging hetzelfde blijft

Slide 4 - Sleepvraag

Algemene techniek
Specifieke techniek

Slide 5 - Sleepvraag

Slide 6 - Tekstslide

centraal zenuwstelsel

Slide 7 - Woordweb

We kijken nu naar een film over het zenuwstelsel.

Eerst wordt de hele film afgespeeld, daarna wordt hij onderbroeken door slides en vragen. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

6

Slide 10 - Video

00:15

Slide 11 - Tekstslide

00:15
'De hersenen zijn onderdeel van het centraal zenuwstelsel.' Waaruit bestaat het czs nog meer?
A
zenuwen
B
ruggenmerg
C
armen en benen
D
hele lichaam

Slide 12 - Quizvraag

00:28
Uit welke 3 delen bestaan de hersenen?

Slide 13 - Open vraag

01:33

Slide 14 - Tekstslide

01:50

Slide 15 - Tekstslide

8

Slide 16 - Video

00:10
ANATOMISCHE INDELING
FUNCTIONELE INDELING
WAAR?
WAT DOET HET?
RUGGENMERG
VECHT -of VLUCHTREACTIE

Slide 17 - Sleepvraag

00:29

Slide 18 - Tekstslide

00:29

Slide 19 - Tekstslide

00:29

Slide 20 - Tekstslide

00:29

Slide 21 - Tekstslide

01:24

Slide 22 - Tekstslide

01:55

Slide 23 - Tekstslide

01:57

Slide 24 - Tekstslide

01:50

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Je zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en het

Slide 28 - Open vraag

Uit welke 4 onderdelen bestaat het centraal zenuwstelsel. De eerste letters zijn: G K H R

Slide 29 - Open vraag

Welk onderdeel van je czs regelt de hartslag?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 30 - Quizvraag

Welk onderdeel van je czs hebben de grootte van een perzik?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 31 - Quizvraag

Welk onderdeel van je CZS wordt goed beschermd door banden en spieren?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 32 - Quizvraag

Welk onderdeel van je czs ligt aan de onderkant van je grote hersenen?
A
ruggenmerg
B
kleine hersenen
C
hersenstam

Slide 33 - Quizvraag

Je hebt 3 soorten neuronen. Een daarvan zijn de schakelneuronen.
Wat zijn de andere 2? De eerste letters zijn S en M.

Slide 34 - Open vraag

De verdeling willekeurig / onwillekeurig zegt iets over.....
A
functie
B
anatomie

Slide 35 - Quizvraag

Wat is juist?
A
willekeurig: bepaal je zelf onwillekeurig: bepaal je niet
B
willekeurig: bepaal je niet onwillekeurig: bepaal je zelf

Slide 36 - Quizvraag

wat is juist?
A
sympatisch zs; rem parasympatisch zs: gaspedaal
B
sympatisch zs: gaspedaal parasympatisch zs: rem

Slide 37 - Quizvraag