§3.2 Molecuul- en atoombinding

3.2 Molecuul- en atoombinding deel 2
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.2 Molecuul- en atoombinding deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Atoombinding


  • Niet-metaalatomen delen elektronen om zo te voldoen aan de edelgasconfiguratie.
  • Dit noem je de atoombinding/covalente binding.
  • Deze binding is erg sterk, verbreekt alleen bij chemische reacties.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn de covalenties van koolstof- en waterstof atomen?
A
de covalentie van C is 1 de covalentie van H is 1
B
de covalentie van C is 1 de covalentie van H is 4
C
de covalentie van C is 4 de covalentie van H is 1
D
de covalentie van C is 4 de covalentie van H is 4

Slide 4 - Quizvraag

Covalentie
Structuur-formule

Slide 5 - Tekstslide

Stappenplan structuurformules
  1. Schrijf de molecuulformule
  2. Bepaal de covalenties van de atoomsoorten
  3. Teken de atoombindingen als streepjes

Slide 6 - Tekstslide

Structuurformules
  • Met een tekening laat je zien hoe een molecuul is opgebouwd. 
  • Moet voldoen aan covalentie! 
  • Van water buiging weten!


Slide 7 - Tekstslide

Naamgeving 
  • Atoomnamen, griekse telwoorden (Binas 66C)
  • Binas 66C voor griekse telwoorden
  • griekse telwoorden komen voor de atoomsoort
  • Mono gebruik je alleen voor het woord 'oxide' 
  •  -ide op het eind. 
  • CS2 = Koolstofdisulfide 

Slide 8 - Tekstslide

Systematische naamgeving moleculen

Slide 9 - Tekstslide

Systematische naamgeving
1 = mono
2 = di
3 = tri
4 = tetra
5 = penta
6 = hexa

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de molecuulformule van diwaterstofmono-oxide?
A
HO
B
H2O
C
H2O2

Slide 11 - Quizvraag

Geef de naam van
P2O5
A
fosfordizuurstofpenta
B
difosforpentazuurstof
C
difosforpenta-oxide
D
fosfordioxidepenta

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de naam van NO2
A
Stikstofoxide
B
Stikstof(I)oxide
C
Stikstof(II)oxide
D
Stikstofdioxide

Slide 13 - Quizvraag

Vanderwaalsbinding
  • Ook molecuulbinding genoemd.
  • Dit is de aantrekkingskracht tussen moleculen.
  • Hoe groter het molecuul, des te sterker de vanderwaalsbinding.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat weet jij van van der Waalsbindingen?
Sterk
Zwak
Bij vaste stoffen
Bij vloeistoffen
Bij gassen
Tussen moleculen
Tussen atomen
Groter molecuul, sterker
Kleiner molecuul, sterker

Slide 16 - Sleepvraag