H2: 2.3 Ontleding les 3

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Startklaar:  Maak opdracht 22 en 23 op blz 41 

Benodigheden

- Schrift

- Pen, potlood

- Laptop

- JDW-map

LessonUp: 

JA!

Telefoons 

We gaan starten!

                                                                                               Wachttijd:

H2: Chemische reacties

2.1: Molecuulmodel

2.2 Mengen of reageren

2.3 Ontleding

2.4 Massa bij chemische reacties

Lesprogramma

1. Huiswerk controle 
2. Terugblik
3. Leerdoelen
4. Instructie
5. Nabespreking
6. Afsluiting

Huiswerkcontrole

Opdracht 14, 16, 18, 20, 24 op bladzijde 40 en 41

Over welke opgaven van
het huiswerk zijn er vragen?

Terugblik

1. Je kent de definitie van een chemische reactie.
2. Je kan het verschil uitleggen tussen mengen en een chemische reactie.
3. Je kan het verschil uitleggen tussen een faseovergang en een chemische reactie.
4. Je kan uitleggen wat er gebeurd bij een chemische reactie op microniveau.  

Hoe reken je 126°C om naar Kelvin?

1. 126 - 273 = - 147 K
2. 126 + 273 = 399 K
3. 273 - 126 = 147 K
4. 126 x 273 = fout antwoord

Ryanne heeft 150 mL verzadigde oplossing van keukenzout gemaakt. Bereken hoeveel keukenzout in 150 mL verzadigde oplossing aanwezig is. (oplosbaarheid zout: 359 g/L)

1. 5,39 g
2. 53,9 g
3. 4,40 g
4. 40,4 g

Vul op de open plaatsen de woorden hoger of lager in. De reactiesnelheid van een reactie is groter naarmate de temperatuur ..(I).. is en de concentratie ..(II).. is.
Welke combinatie is juist?

1. Temperatuur (I) hoger Concentratie (II) hoger
2. Temperatuur (I) hoger Concentratie (II) lager
3. Temperatuur (I) lager Concentratie (II) hoger
4. Temperatuur (I) lager Concentratie (II) lager

Leerdoelen 2.3 Ontleding

1. Je kent de definitie van het energie-effect en kan het verschil uitleggen tussen exotherm en endotherm.
   
2. Je kan het verschil uitleggen tussen ontleding op macro- en microniveau.
   
3. Je kent de definities van thermolyse, elektrolyse en fotolyse.
   
4. Je weet wat een reactieschema inhoud en kan deze maken. 

chemische reacties kun je herkennen aan:

• blijvende verandering van stofeigenschappen (dus geen fase overgangen) want er zijn nieuwe stoffen gevormd
• ontstaan warmte
• ontstaan van licht
• ontstaan van geluid
• onverwachte faseovergangen (b.v. stollen eiwit )

chemische reacties

de moleculen uit de beginstof(fen) worden afgebroken en er worden nieuwe moleculen opgebouwd.

beginstof(fen)--> eindproduct(en)

Exotherm en Endotherm

Exotherm:

• wanneer er bij de reactie   warmte/energie vrijkomt.

Endotherm:

• er moet constant   warmte/energie worden   toegevoegd voor de reactie.

Energie effecten

Soorten ontledingsreacties

Welke drie soorten ontledingsreacties zijn er?1. Thermolyse: ontleding d.m.v. warmte

2. Fotolyse: ontleding d.m.v. licht

3. Elektrolyse: ontleding d.m.v. elektriciteit

Thermolyse

Ontledingsreactie met warmte;

Thermolyse van suiker.

suiker --> koolstof + water + zuurstof

Ontledingsreactie op microniveau.

Op microniveau is een ontleding een 

reactie waarbij de moleculen van de 

beginstof verdwijnen en twee of meer soorten andere moleculen ontstaan.

Elektrolyse

Ontledingsreactie met elektrische energie:

Elektrolyse  van water.

Het reactie-schema van de elektrolyse 

van water is als volgt:

water --> waterstof + zuurstof

Fotolyse

Ontledingsreactie onder invloed van licht

Soorten ontledingsreacties

1. met warmte: Thermolyse  b.v. aanbranden vlees (er komt geen/ niet genoeg zuurstof bij)
   
2. met elektriciteit: Elektrolyse b.v. ontleden water 
   
3. met licht: Fotolyse b.v. verkleuren behang/vloer door licht
4. Thermolyse, elektrolyse en fotolyse zijn altijd endotherm.

Stoffen ontleden op macroniveau

soorten  reacties: grofweg bestaan er 3 soorten reacties:

1. Ontledingsreactie:
   1 beginstof-> meer eindproducten  
2. Verbrandingsreactie:  beginstof+zuurstof-> eindproduct(en) 
3. Overige vormingsreacties: minstens 2 beginstoffen --> 1 of meer eindproduct(en)
   

Reactieschema

• Een chemische reactie geef je kort en bondig weer in een reactieschema.
• Eerst noteer je de beginstof(fen). 
• De pijl naar rechts geeft de verandering aan. 
• Na de pijl volgen de namen van de reactieproducten.
  
• Achter de naam van elke stof schrijf je tussen haakjes de fase waarin de stof zich bevindt. 
• Je noteert (s) voor vast, (l) voor vloeistof en (g) voor gas. Als een stof is opgelost in water, noteer je dat met (aq).

Soorten chemische reacties

Aan de slag

Opdracht 26 t/m 30 en 36, 37 op bladzijde 44 en 45

in je digitale omgeving mag ook!

Je mag samenwerken

Afsluiting: we weten

1. Je kent de definitie van het energie-effect en kan het verschil uitleggen tussen exotherm en endotherm.
   
2. Je kan het verschil uitleggen tussen ontleding op macro- en microniveau.
   
3. Je kent de definities van thermolyse, elektrolyse en fotolyse.
   
4. Je weet wat een reactieschema inhoud en kan deze maken. 

 

Het is duidelijk waar we met het hoofdstuk aan het werk gaan

😒🙁😐🙂😃

Ik begrijp de leerdoelen van deze les?

😒🙁😐🙂😃

De les was leuk?

😒🙁😐🙂😃

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Waar wil je nog extra uitleg over?

Afsluiting

Volgende les:

Huiswerk:

Zet in je Planner!

Opdracht 26 t/m 30 en 36, 37 op bladzijde 44 en 45

in je digitale omgeving mag ook!

Dank je wel voor je aandacht.