3STW zwaartekracht

hoofdstuk 2 zwaartekracht
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

hoofdstuk 2 zwaartekracht

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je over
zwaartekracht?

Slide 2 - Woordweb

Wedstrijdje: papier laten zweven met een rietje.
Wat moet je doen vooraleer het papiertje 'zweeft'?

Slide 3 - Tekstslide

Welke kracht zorgt ervoor dat het papiertje uiteindelijk toch valt?

Slide 4 - Open vraag

zwaartekracht= Fz
  • De zwaartekracht werkt op alle voorwerpen in de buurt van de aarde.
  • Ze is altijd naar beneden, het middelpunt van de aarde gericht. 
  • zwaarteveld: gebied waar zwaartekracht werkzaam is

Slide 5 - Tekstslide

zwaartekracht is een
A
contactkracht
B
veldkracht

Slide 6 - Quizvraag

Is er enkel op aarde zwaartekracht?
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

leerwerkboek invullen: 
2.1 zwaartekracht is overal 

Slide 9 - Tekstslide

teken per 2
  • Een aarde in het midden van je blad.
  • Teken een vliegtuig, trampoline en appel op of rond de aarde en geef de zwaartekracht weer door middel van een pijl.
  • Geef de 4 kenmerken over de zwaartekracht (graz)

Slide 10 - Tekstslide

de kenmerken van de zwaartekracht

  1. Het aangrijpingspunt: het zwaartepunt van het voorwerp. Valt vaak samen met het middelpunt.
  2. De richting: verticaal, volgens de straal van de aarde.
  3. De zin: wijst naar het middelpunt van de aarde.
  4. De grootte: hangt af van de massa van het voorwerp. (Hoe zwaarder, hoe langer de pijl)

Slide 11 - Tekstslide

invullen werkboek: 
2.2 kenmerken van de zwaartekracht
enkel b

Slide 12 - Tekstslide

verband tussen massa en zwaartekracht
A
Hoe groter de massa, hoe groter de zwaartekracht
B
Hoe groter de massa, hoe kleiner de zwaartekracht

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide