04.04 geluid
1 / 25
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe zit je er bij?
A
:)
B
:|
C
:(
D
<3
Slide 2 - Quizvraag
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat moet je deze week af hebben?
Slide 5 - Open vraag
Waar ben je tevreden over als het gaat over science?
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Welke uitspraak over geluid is ONJUIST?
A
Geluid heeft als eenheid Hertz.
B
Geluid is trillende lucht.
C
Geluid perst luchtdeeltjes samen, waardoor de luchtdruk ter plaatse toeneemt.
D
In de ruimte hoor je geen geluid.
Slide 10 - Quizvraag
Welke bewering is JUIST?
A
Hoe goed je kan horen, wordt niet bepaald door je leeftijd.
B
Je gehoor wordt al vanaf je 10e jaar minder, maar na je 60e gaat het gehoor sneller achteruit.
C
Pas na je 60e gaat je gehoor achteruit.
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de trillingstijd van deze trilling?
A
4 ms
B
6 ms
C
8 ms
D
10 ms
Slide 12 - Quizvraag
Wat verstaan we onder frequentie?
A
De tijdsduur van een trilling.
B
De amplitude van een geluidsgolf.
C
Hoe hard het geluid is.
D
Het aantal trillingen per seconde.
Slide 13 - Quizvraag
Kijk nog eens naar de grafiek.
Bereken de frequentie van deze trilling. (Als je niet zeker bent over de trillingstijd, gebruik dan: 5 ms.)
Bereken de frequentie van deze trilling. (Als je niet zeker bent over de trillingstijd, gebruik dan: 5 ms.)
Slide 14 - Open vraag
Welk geluid heeft de hoogste toonhoogte?
A
blauw
B
groen
C
paars
D
rood
Slide 15 - Quizvraag
Welk geluid klinkt het hardst?
A
blauw
B
groen
C
paars
D
rood
Slide 16 - Quizvraag
Wat is het symbool voor geluidssterkte?
A
Hz
B
T
C
L
D
dB
Slide 17 - Quizvraag
Welk begrip hoort er bij het volgende voorbeeld:
"Als je een stemvork laat trillen door er tegenaan te slaan met een hamertje, dan maakt het een redelijk zacht geluid. Als je de stemvork dan tegen een tafel houdt, wordt het geluid veel harder."
"Als je een stemvork laat trillen door er tegenaan te slaan met een hamertje, dan maakt het een redelijk zacht geluid. Als je de stemvork dan tegen een tafel houdt, wordt het geluid veel harder."
Slide 18 - Open vraag
Een gitaar kan hoge en lage tonen produceren. Wat zorgt voor een hogere toon?
A
Een dikkere snaar.
B
Een langere snaar.
C
Een strak aangespannen snaar.
D
Een zwaardere snaar.
Slide 19 - Quizvraag
De geluidssnelheid in lucht is 340 m/s. Kat Karel miauwt naar kat Keessie. De katten staan op 20 meter afstand van elkaar. Binnen hoeveel ms hoort Keessie Karel zijn miauw?
A
42,8 ms
B
46,6 ms
C
52,8 ms
D
58,8 ms
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Wat is dit?
A
adelaarsvaren
B
parapluutjesmos
C
sterretjesmos
D
straatgras
