1TL1 28 januari

WELKOM
3 Kader
Welkom
1TL1
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

WELKOM
3 Kader
Welkom
1TL1

Slide 1 - Tekstslide

Let op je plek

Slide 2 - Tekstslide

1TL1 De les start over twee minuten !
- Mobiel in de bak
- Boek, laptop, pen en schrift op  
   tafel
- Tas van de tafel

timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Programma van de les
1TL1
Programma:
  • Aanwezigheid
  • Gedicht van de dag
  • Inhalen Toets
  • Toets Lezen volgende week
  • Taalverzorging
  • Kahoot
Lesdoel:
Weten hoe je het werkwoordelijk gezegde in een zin kan vinden

Slide 4 - Tekstslide

Allereerst...
Is iedereen aanwezig?

Slide 5 - Tekstslide

Gedicht van de dag

Slide 6 - Tekstslide

Inhalen toets woordenschat
Woordenschat H3 en H4
Woensdag 2 februari negende uur
Woordenlijsten zijn verstuurd in Magister

Slide 7 - Tekstslide

Toets volgende week vrijdag
Lezen H3 en H4

Slide 8 - Tekstslide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



Alle werkwoorden in een zin die samen iets over het onderwerp zeggen, noem je het werkwoordelijk gezegde (wg).



Slide 9 - Tekstslide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



Soms is het werkwoordelijk gezegde maar één werkwoord 

(de persoonsvorm), soms zijn het er meer. Bijvoorbeeld:


- Leonie kijkt naar buiten.

- Leonie heeft naar buiten gekeken

- Leonie wil graag naar buiten kijken.


Slide 10 - Tekstslide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



De persoonsvorm is altijd onderdeel van het 
werkwoordelijk gezegde.

werkwoordelijk gezegde =
persoonsvorm + alle andere werkwoorden

Slide 11 - Tekstslide

Nakijken
Opdracht 5 van
Hoofdstuk 3 Taalverzorging grammatica, over het werkwoordelijk gezegde. (bladzijde 80 en 81)



Slide 12 - Tekstslide

Werkwoordelijk gezegde  bladzijde 81
Opdracht 5
Eigen antwoord. Bijvoorbeeld:
1 Karel schrijft een e-mail aan zijn oma.
Hij heeft haar geschreven over zijn rapport.
Hij heeft zijn rapport niet aan haar kunnen laten zien.
2 Ik vergeet het goede antwoord op deze vraag.
Ik ben het goede antwoord op deze vraag vergeten.
Ik zou het goede antwoord op deze vraag vergeten zijn.







Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Maak opdracht:
1 t/m 5
Hoofdstuk 3
Taalverzorging Grammatica over het lijdend voorwerp
In het boek bladzijde 80 en 81

Slide 14 - Tekstslide

Kahoot
https://create.kahoot.it/details/0056e49e-28b8-4109-aa51-04cf81b532f1

Slide 15 - Tekstslide