verwijswoorden

Verwijswoorden I
H4B


1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Verwijswoorden I
H4B


Slide 1 - Tekstslide

Omdat dit pand vorig jaar zo mooi verbouwd is, wil ik ......... van u kopen.
A
hem
B
haar
C
het
D
deze

Slide 2 - Quizvraag

Na de omwenteling kon de Libische bevolking eindelijk............... stem laten horen.

Slide 3 - Open vraag

Heeft de arts .......... niet gezegd dat ze in de tropen veel risico lopen?

Slide 4 - Open vraag

De aannemer had voor de verbouwing de verkeerde kozijnen besteld, ......... hem veel geld kostte.
A
dat
B
wat

Slide 5 - Quizvraag

Heb je het gereedschap............... je werkt, bij de Praxis gekocht?

Slide 6 - Open vraag

De politie wil wel meer personeel aannemen omdat ........ voor steeds hetere vuren komt te staan.

Slide 7 - Open vraag

Het mooiste Nederlandse boek wat Iris ooit heeft gelezen, heeft 200 bladzijden.
A
deze zin is goed
B
deze zin is fout

Slide 8 - Quizvraag

Zo'n oude wijn smaakt geweldig, maar je moet ....... wel uit een groot glas drinken.

Slide 9 - Open vraag

Mia las stiekem alle berichten............ haar vriend antwoord had gegeven.

Slide 10 - Open vraag

De gemeenteraad heeft besloten dat ze het geld gaat uitgeven aan een nieuw theater.
A
deze zin is goed
B
deze zin is fout

Slide 11 - Quizvraag

De meisjes zijn blij dat oma elke dag voor.............. kookt.

Slide 12 - Open vraag

Iets........... je niet zeker weet, moet je niet doorvertellen.

Slide 13 - Open vraag

Vincent kent een meisje die ons goed kan helpen bij deze opdracht.
A
deze zin is goed
B
deze zin is fout

Slide 14 - Quizvraag

Nu die mooie klassieke radio niet meer doet, moet ik ....... laten repareren.

Slide 15 - Open vraag

In een concern.......... zoveel vestigingen in het buitenland heeft, moet de voertaal Engels zijn.

Slide 16 - Open vraag

Er komt regen door het raam ........ ik niet heb dichtgedaan.
A
dat
B
wat
C
die
D
welke

Slide 17 - Quizvraag

Voor deze scriptie........... ik met mijn studiegenoot gewerkt heb, hadden we een acht.

Slide 18 - Open vraag

Het beste .... je kunt doen, is je mond houden.

Slide 19 - Open vraag

Welk woord ontbreekt:
Kijk , daar loopt het meisje dat ik graag mag en mooi kan spelen.
A
die
B
wie
C
dat
D
er ontbreekt geen woord

Slide 20 - Quizvraag

Het is niet fijn om in een vliegtuig te zitten........... een noodlanding moet maken.

Slide 21 - Open vraag

Deze zwervers hangen maar op straat. Je kunt geen verstandig woord met ...... wisselen.

Slide 22 - Open vraag

Het waterschap heeft besloten zijn tarieven te verhogen.
A
deze zin is goed
B
deze zin is fout

Slide 23 - Quizvraag