Kamertje verhuren OB

Kamertje verhuren OB
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Kamertje verhuren OB

Slide 1 - Tekstslide

Sociale zekerheid gaat uit van solidariteitsbeginsel, wat is het solidariteitsbeginsel?
A
De sterken helpen de zwakken
B
De zwakken worden niet geholpen
C
Mensen die niet willen werken krijgen geld
D
Als je 67 jaar bent krijg je te maken met het UWV

Slide 2 - Quizvraag

Wat is nivellering?
A
Het verkleinen van inkomensverschillen.
B
Het vergroten van inkomensverschillen.
C
Het gelijk houden van inkomensverschillen.
D
Alle antwoorden zijn onjuist.

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het profijtbeginsel
A
Dat de belasting wordt afgestemd op de hoogte van je inkomen
B
Dat het inkomen voor een deel naar de armen gaat
C
Dat je betaald als je ergens gebruik van maakt
D
Dat je belasting moet betalen over een slecht (ongezond) product

Slide 4 - Quizvraag

Zet de volgende overheidsorganen op een rijtje. Begin bovenaan met het grootste overheidsorgaan. 
Provincies
Landelijke overheid
Waterschappen
Gemeenten

Slide 5 - Sleepvraag

Wat is Prinsjesdag?
A
Prinsen hebben vandaag feest
B
Koning treedt af
C
Koning blikt terug op afgelopen jaar
D
Kabinet maakt plannen voor komend jaar bekend

Slide 6 - Quizvraag

Begrip:
Omschrijving
De verwachte inkomsten en uitgaven van de regering voor het komende jaar
Toelichting en uitleg van de Rijksbegroting
De plannen van de regering voor het komende jaar
Hierin zit de rijksbegroting en de miljoenennota, wanneer de minister deze aanbiedt aan de Tweede Kamer
Koffertje
Rijksbegroting
Troonrede
Miljoenennota

Slide 7 - Sleepvraag


Wat zijn directe belastingen?
A
BTW (belasting over toegevoegde waarde)
B
Accijnzen (op alcohol, brandstof en tabak)
C
Belastingen op inkomen, winst en vermogen
D
Invoerrechten

Slide 8 - Quizvraag

Bekijk de volgende inkomstenbronnen van de overheid. Gaat het om directe belastingen, indirecte belastingen of om niet-belastingontvangsten?
Directe belastingen
Indirecte belastingen
Niet-belastingontvangsten
Accijns
Inkomstenbelasting
Boetes
Verkoop van aardgas
BTW
Wegenbelasting

Slide 9 - Sleepvraag

Directe belasting
Indirecte belasting
Andere inkomsten

Slide 10 - Sleepvraag

Hoe wordt de sociale zekerheid betaald?
A
belastingen
B
sociale premies
C
aardgas baten
D
contributies

Slide 11 - Quizvraag

Sociale voorzieningen worden betaald van belasting geld. Wat is geen sociale voorziening?
A
zorgtoeslag
B
WW
C
Bijstand
D
huurtoeslag

Slide 12 - Quizvraag

Indirecte belastingen
Directe belastingen

BTW
Inkomstenbelasting
Vennootschapsbelasting
Accijns

Slide 13 - Sleepvraag

Stelsel van Sociale Zekerheid
Sociale Verzekeringen
Sociale Voorzieningen
Volksverzekeringen
Werknemers
verzekeringen

Slide 14 - Sleepvraag


Prinsjesdag is altijd op....
A
De derde dinsdag van september
B
De tweede dinsdag van september
C
Op 20 september

Slide 15 - Quizvraag

Wanneer er sprake is van een begrotingstekort, heeft de overheid meer                     begroot dan                     . 
Bij een begrotingsoverschot heeft de overheid meer                             begroot dan                      .

 Vul de woorden in op de juiste plek.
inkomsten
uitgaven
inkomsten
uitgaven

Slide 16 - Sleepvraag

Wat is een vrijemarkteconomie?
A
Een economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen en de overheid niet ingrijpt.
B
Een economie waarin de overheid bepaalt hoeveel er wordt geproduceerd en tegen welke prijs.
C
Een economie waarin de overheid geen invloed heeft.
D
Een economie waarin bedrijven zelf bepalen wat ze verkopen.

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een planeconomie?
A
Mensen maken hun eigen plannen voor hun bedrijven
B
Een economie waarin jij je eigen vakanties kan inplannen
C
Een economie waarin de overheid advies geeft over de productie
D
De overheid vertelt wat bedrijven moeten produceren en hoeveel

Slide 18 - Quizvraag

Noord-Korea heeft een planeconomie
Amerika een vrijemarkteconomie
Nederland een sociale markteconomie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Welke uitspraak past bij een sociale markteconomie?
A
De overheid stelt strenge regels op voor de samenleving.
B
De overheid bemoeit zich niet met het spel van vraag en aanbod.
C
De overheid zorgt dat een land aantrekkelijk is voor grote bedrijven.
D
De overheid grijpt in om het veilig en eerlijk te houden voor iedereen. Bedrijven mogen zelf weten wat ze produceren.

Slide 20 - Quizvraag

Sociale markteconomie
Planeconomie
Vrijemakteconomie
Economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen, maar de overheid grijpt in bij een aantal basisbehoeften om deze betaalbaar te houden.
De overheid bepaalt wat er geproduceerd wordt, hoeveel, door wie en tegen welke prijs.
Economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen.

Slide 21 - Sleepvraag

Behoren de voorbeelden tot de particuliere- of collectieve sector? 
Collectieve sector
Particuliere sector
Collectieve sector
Collectieve sector
Collectieve sector
Particuliere sector
Particuliere sector
Particuliere sector
Collectieve sector
Particuliere sector
Albert Heijn
Belastingdienst
KLM
Philips
UWV

Slide 22 - Sleepvraag

Vroeger was PostNL een staatsbedrijf. Het is van de collectieve sector naar de particuliere sector gegaan. Dit heet..
A
nationalisatie
B
collectivisatie
C
particulierisatie
D
privatisering

Slide 23 - Quizvraag

Een overzicht van verwachte inkomsten en verwachte uitgaven van rijksoverheid voor het komende jaar. 
Toelichting op de rijksbegroting door de minister van Financiën over de gemaakte keuzes. 
Een schuld die is opgebouwd in alle jaren dat de overheid een begrotingstekort had en dus geld heeft moeten lenen van banken. 
Miljoenennota
Rijksbegroting 
Staatsschuld 

Slide 24 - Sleepvraag

Wlz
AOW
Anw
WIA
WW
Wet voor iedereen die permanent (voor altijd) 24 uur per dag (intensieve) zorg of toezicht nodig heeft
Basispen-sioen voor ouderen van de overheid
Uitkering voor mensen na het overlijden van hun partner. 
Uitkering voor mensen die in dienst zijn bij werkgever maar door ziekte minder kunnen werken
Uitkering voor iemand die gewerkt heeft, maar werkloos is geworden

Slide 25 - Sleepvraag

Economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen en waarbij de overheid niet ingrijpt met regels en wetgeving.
Belastingen die je rechtstreeks aan de overheid betaalt. Het zijn belastingen over inkomen, winst en vermogen.
Belastingen die verwerkt zijn in een product, zoals btw en accijns. Je noemt ze ook wel kostprijsverhogende belastingen.
Economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen, maar waar de overheid ingrijpt als het nodig is.
Directe belastingen
Indirecte belastingen
Sociale markteconomie
Vrije markteconomie

Slide 26 - Sleepvraag