Thema 12 Blok 2 BKT 2 week 22 Les 1

• mens en maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

THEMA 12 BLOK 2

Deel 2

Komen, blijven of weggaan? 

Waarom verhuizen mensen van het ene naar het ander land? 

Les 1 Wie komen er naar naar Nederland? 

Wat gaan we doen?

• Begrippen vorige les herhalen
• Uitleg Begrippen deel 2 blok 2
  -arbeidsmigranten, gezinshereniging, vacature, vraag naar arbeid, aanbod vanarbeid, arbeidsmarkt, asielzoekers
  
• Aan de slag! 

Iemand die vanuit het buitenland naar Nederland verhuist, wordt ook wel een:

1. gastarbeider
2. immigrant
3. emigrant
4. asielzoeker

Veel immigranten komen uit de oude Nederlandse koloniën, zoals Indonesië en Suriname

1. Waar
2. Niet waar

Wat is naast werk een andere reden om naar Nederland te verhuizen?

1. gevaar in eigen land
2. gunstig klimaat
3. het lekkere eten
4. familie

Vanuit welk land zijn weinig immigranten naar Nederland gekomen?

1. Nederlandse Antillen
2. Verenigde Staten
3. Suriname
4. Indonesië

Blauwe blokjes

blz.26-27

In de jaren ’60 haalden grote bedrijven arbeidskrachten uit het buitenland >

arbeidsmigrant
en

Sommige arbeiders lieten hun gezinnen overkomen om in Nederland te komen wonen > gezinshereniging

Mensen uit de EU mogen zonder werkvergunning in Nederland werken, zo werken er veel Polen, Roemenen in NL

De arbeidsmarkt

blz. 27

Vacature > een lege arbeidsplaats in een bedrijf.

Vraag naar arbeid > alle vacatures en banen in een land.

Aanbod van arbeid > alle mensen die werk zoeken of werk hebben.

Arbeidsmarkt > het geheel van vraag naar arbeid en aanbod van arbeid.

 

Gastarbeiders waren mensen die in Nederland kwamen om te werken, uit welke landen kwamen de eerste gastarbeiders?

1. België
2. Marokko en Turkije
3. Polen en Roemenië
4. Spanje en Italië

Vluchtelingen blz. 28

Ongeveer 5% van de immigranten in Nederland is vluchteling.

Een asielzoeker is iemand die aan de overheid van een land vraagt om in dat land te mogen wonen, bijvoorbeeld omdat hij gevaar loopt in zijn eigen land.

Asielzoekers die groot gevaar lopen in hun eigen land mogen in Nederland blijven

Je kan de migrantenstromen die naar Nederland kwamen indelen in groepen naar herkomst en de pushfactor noemen   

Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen op de pagina's 

na het filmpje.

Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen op de pagina's achter het filmpje.

1) Wat gebeurt er als je als vluchteling aankomt in Nederland?
Zet in de goede volgorde.
A Je wordt opgevangen door het COA.
B Je vraagt asiel aan bij de IND.
C Je krijgt een verblijfsvergunning of niet.
D Je verhaal wordt gecheckt.

2) Wat betekent ‘bed-bad-brood’?

3) Welke kritiek is er op de opvang in Heumensoord?

4) Noem twee redenen waarom Rami naar Nederland vluchtte.

5) Stel dat jij moet vluchten naar een ander land.
a Naar welk land zou je willen vluchten en waarom?
b Wat zou je meenemen? (Het moet in een tas of koffer passen)

Aan de slag!  

Blok 2 Komen, blijven of weggaan?

Lezen: blz 26 t/m 29

Maken: opd. 15- 17- 18-19- 20-24-25
  

Vergeet de antwoorden niet in te leveren op 

de volgende pagina's 

Lever hier je antwoord in van opdracht 15. Je mag dit typen of met een foto van het boek doen.

Lever hier je antwoord in van opdracht 17-18-19. Je mag dit typen of met een foto van het boek doen.

Lever hier je antwoord in van opdracht 20 Je mag dit typen of met een foto van het boek doen.

Lever hier je antwoord in van opdracht 24-25 Je mag dit typen of met een foto van het boek doen.

Weer hard gewerkt!

Zie jullie in de volgende les.

Zorg dat dit huiswerk af is op 

dinsdag 8 Juni!

So thema 12 Blok 1 en 2 

Dinsdag 15 Juni.